12 DONDERDAG 6 FEBRUARI 1913. Bovendien is dit geen onderwerp, dat voor behandeling in den Raad bestemd is. Als adressant ot zijn zoon zich niet belasting plichtig gevoelen, dan moeten zij dat maar invullen op het biljet. Ik stel daarom voor, dit schrijven voor kennisgeving aan te nemen. Daartoe wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming besloten. 4°. Verzoek van W. J. de Gooyer en P. A. Bril om ver gunning tot het maken van een houten schuur achter de fabriek »Rembrandt" op het terrein aan de Rijn-en Schiekade Sectie M no. 211. 5°. Verzoek van de afd. Leiden van den Bond van Neder landsche Gemeentewerklieden om verbetering van de loonen der gemeentewerklieden. 6°. Verzoek van H. M. Klaver om eervol ontslag als onder wijzer aan de school der 4e klasse No. 2. 7°. Verzoek van de afd. Leiden van den Centralen Bond van Bouwvakarbeiders om verhooging van de minimum loonen van metselaars, steenhouwers, grondwerkers en opperlieden in de bestekken van alle uit te voeren gemeentelijke bouw werken. Dit stuk luidt als volgt: Leiden 3 februarie 1913. Aan den Raad der Gemeente Leiden. Geven eerbiedig te kennen, Hendrik Piekaar en Pieter Hendrik Meijers respektievelijk voorzitter en secretaris van de afdeeling Leiden van den »Centrale(n) Bond van Bouwvak arbeiders" dat zij zich, in opdracht hunner vereeniging tot u wenden, met het verzoek voortaan in de bestekken van alle uit tevoeren Gemeentelijke bouwwerkken te willen bepalen, 1. Voor een metselaar, een minimum loon van 28 cent per uur. 2. Voor een steenhouwer, een minimum loon van 28 cent per uur. 3. Voor een grondwerker, een minimum loon van 24 cent per uur. 4. Voor een opperman, een minimum loon van 23 cent per uur. 't Welk doende Met verschuldigde gevoelens Voor de Centrale(n) Bond van Bouwvakarbeiders afdeeling Leiden H. Piekaar, Voorzitter. P. H. Meijers, Secretaris. Sophiastraat No. 10. Worden gesteld in handen van Burg. en Weth. 8°. Amendement van Mr. A. van der Eist op de voorge stelde verordening tot wijziging der verordening op wegen, lanen, straten enz. en wateringen en slooten. Zal worden behandeld bij punt 21 der agenda. 9°. Verzoek van P. Pijl om vrijstelling van de betaling van plaatselijke directe belasting, dienst 1913. Dit stuk luidt als volgt: Leiden: 1913—1—18. Weledelachtbare Heeren. In verband met 'n schrijven van de Ged. Staten van Z.-Hol land tot mij gericht waarin staat: «overwegende dat gebleken is, dat appellant over 1911 geen belastbaar inkomen heeft genoten, daarbij in aanmerking ge nomen, dat niet als inkomen in den zin der heffingsverorde ning moet worden beschouwd, hetgeen door hem voor levens onderhoud en studie op zijn vermogen wordt ingeteerdgelet op art. 265 der gemeentewet, besluiten (Ged. Staten) den aanslag te vernietigen", ben ik zoo vrij u 't volgende te schrijven. Het bericht dat mijn aanslag over 1911 mij zal gerestitueerd worden, heb ik ontvangen. Echter dat mijn aanslag over 1912 mij gerestitueerd zal worden, hier over ontving ik geen bericht. Misschien komt 't hierdoor, ik formeel tegen dezen aanslag niet geprotesteerd heb. Maar in aanmerking genomen, dat ik van 't standpunt uitging, dat wanneer ik voor 491i niet aangeslagen had moe ten worden, dit zeker niet gedaan had moeten worden voor 1912 (daar mijn omstandigheden door inteering minder goed waren als in 1911, zoodat dus als ik in 1911 vrijgesteld werd, dit als 't ware van zelf sprak voor 1912) zoo heb ik er niet aangedacht u wederom met protesten lastig te vallen. Ik hoop dan ook dat u de billijkheid en rechtvaardigheid boven 't formeele zal stellen en dus zoo goed zult zijn mij den aanslag over 1912 ook te restitueeren. Hoogachtend, Uw dw. dn. Rapenburg 115. P. Pul. De Voorzitter. Aan dit verzoek kan niet worden voldaan, omdat de heer Pijl niet gereclameerd heeft. Ik stel dus voor, adressant in zijn verzoek niet ontvankelijk te verklaren. Aldus wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming besloten. 10°. Rekening, dienst 1912, van de Kamer van Koophandel en Fabrieken. 11°. Rekening, dienst 1912, van de Plaatselijke School commissie. Worden gesteld in handen van de Commissie van financiën. 12°. Verzoek van J. Laterveer om eervol ontslag als onder wijzer met verplichte hoofdakte aan de school 4e kl. No. 2. 13°. Bezwaarschriften tegen aanslagen in de plaatselijke directe belasting, dienst 1912. Worden gesteld in handen van Burg. en Weth. 14°. Nader adres van de vereeniging van bezoldigde agenten van politie «Door Eendracht Saamgebracht" in zake de her ziening van de jaarwedden van het agentenpersoneel. Zal worden behandeld bij punt 22 der agenda. 15°. Verzoek van de Wed. v. d. Kloot om ontslagen te worden van de huur van het perceel Lokhorststraat No. 20. 16°. Verzoek van C. de Graaf om het land te mogen huren gelegen ten noorden van de Decimastraat en ten oosten van de Kooilaan. Worden gesteld in handen van Burg. en Weth. 17°. Voorstellen van de heeren Pera en Sijtsma tot wijziging van de salarisregeling van het. politiepersoneel. Zullen worden besproken bij punt 2:l der agenda. De Voorzitter stelt alsnog voor: lu. de jaarwedde van den tijdelijk leeraar aan het Gymna sium Dr. T. van Lohuizen vast te stellen op f 700.— 2°. de jaarwedde en den pensioensgrondslag van de leerares aan de Hoogere Burgerschool voor Meisjes Mej. E. A. W. Broes van Dort vast te stellen op f 1500.—zijnde aan deze leerares, met ingang van 1 October 1912, een verhooging van wedde toegekend van f 100.—. Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt aldus besloten. Aan de orde is alsnu I. Benoeming van een Regent van de R. K. Armen en van het Wees- en Oudeliedenhuis. (Zie Ing. St. No. 22). De Voorzitter. Mag ik de heeren Corts, Fokker, Vergouwen en van der Pot uitnoodigen, het stembureau te willen vormen Wordt benoemd met 23 stemmen de heer Mr. P. J. M. Aalberse; 2 stemmen werden uitgebracht op den heer Mr. A. F. L. M. Tepe; 1 stem was van onwaarde. II. Benoeming van een onderwijzer-plaatsvervangend hoofd der school 4e klasse No. 2. (Zie Ing St. No. 19). Wordt benoemd met 24 stemmen de heer A.Dirks; 1 stem werd uitgebracht op den heer J. van Noord1 stem was van onwaarde. III. Verzoek van A. Kist om bestendiging in de betrekking van Stadsgeneesheer. (Zie Ing. St. No. 28). Wordt herbenoemd met 25 stemmen de heer A. Kist; 1 stem was van onwaarde. De Voorzitter. Mag ik de leden van het stembureau wel bedanken voor de genomen moeite. IV. Verzoek van D. Douma om eervol ontslag als onderwijzer met verplichte hoofdakte aan de school der 3e klasse No. 3. (Zie Ing. St. No. 26). Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming con form het praeadvies besloten. V. Vaststelling van het aan Gedeputeerde Staten uit te brengen verslag aangaande de wijze, waarop het op de gemeentebegrooting voor schoolkindervoeding toegestaan be drag, is besteed. (Zie Ing. St. No. 20). Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming con form het praeadvies besloten. VI. Verzoek van D. Treur om vergunning tot het bouwen

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1913 | | pagina 2