174 No. 303. Leiden, 12 December 1912. Naar de Commissie voor het Oud-Archief ons mededeelt, zou de Algerneene Rijksarchivaris het zeer op prijs stellen, indien eenige tot het oud notarieel archief behoorende stukken, weder met dat archief, waaraan zij, zooals uit de ter visie liggende rapporten blijkt, ten onrechte zijn onttrokken, werden vereenigd. Bovendien zou genoemde Rijksarchivaris gaarne zien, dat een zich in ons archief bevindend verkort reisjournaal van het schip Hollandia 15951597, dat voor het algemeen rijksarchief van belang kan zijn, aan het Rijk werd afgestaan. Tegen dezen afstand bestaat nog bij de Commissie noch bij ons College bezwaar. Het reisjournaal houdt geen verband met de verzamelingen van het Leidsche gemeente-archief, terwijl de overige stukken, als behoorende tot de oude nota- rieele archieven, toch in ons bezit blijven, zij het ook slechts in bruikleen van het Rijk. Daarenboven komt het ons rationeel voor, dat de bescheiden weder gevoegd worden bij de ver zamelingen, waartoe zij behoord hebben. Op grond van een en ander en rekening houdende met het feit, dat ook het Rijk wel archiefstukken aan de gemeente afstaat, geven wij U mitsdien in overweging het' genoemde reisjournaal en de tot het oud notarieel archief behoorende bescheiden, welke in de ter visie liggende stukken zijn opge somd, aan het Rijk in eigendom af te staan. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 304. Leiden, 13 December 1912. Onder verwijzing naar nevensgaand schrijven van Commis sarissen der Stedelijke Fabrieken van Gas en Electriciteit stellen wij U voor in de bij raadsbesluit van 28 November j. 1. vastgestelde overeenkomst betreffende de levering van electriciteit aan de gemeente Woubrugge (Ingek. Stukken no. 254) de beide navolgende wijzigingen aan te brengen: a. Artikel 8, alinea 8 te lezen: De betaling, in dit artikel onder c vastgesteld, is berekend naar een gebruiksduur van de maximaal optredende belasting in eenig kalenderjaar van 800 uren. waarbij als maximaal optredende belasting is te rekenen de grootste in artikel 9 alinea 1 bedoelde som van meteraanwijzingen gedurende de maanden October, November, December, Januari en Februari, zonder eenige vermindering of reductie b. In artikel 15 achter het woord «Woubrugge" in te voe gen tot en met de onderstations,". Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Leiden, 11 December 1912. Bij dezen hebben wij de eer het volgende onder Uwe aan dacht te brengen. Bij een bespreking met het Gemeentebestuur van Woubrugge is de wenschelijkheid gebleken om de overeenkomst betreffende de electriciteitslevering door de gemeente Leiden aan de ge meente Woubrugge, goedgekeurd in de zitting van den ge meenteraad van Leiden dd. 5 December 1.1., op twee punten nader te precisieeren. Deze zijn: ln art. 8 al. 8. »De betaling de grootste in art. 9 al. 1 bedoelde »som van meteraanwijzingen gedurende de maanden October y>NovemberDecemberJanuari en Februari, zonder eenige ver hindering of reductie In art. 15. »De stroomlevering door Leiden aan Woubrugge, tot en »met de onderstations, geschiedt verder De cursieve woorden zullen moeten worden ingelascht. Toelichting. Het maximum, waarnaar de verbruiksduur wordt gemeten, zal in de wintermaanden worden bepaald, wanneer de be lasting in de Electriciteitsfabriek het hoogst is. Het is niet de bedoeling dit maximum 's zomers te meten, omdat het dan juist gewenscht is belasting voor de Electriciteitsfabriek te verkrijgen. De tweede toevoeging drukt uit, dat de Verordening alleen geldt voor de stroomlevering van Leiden aan Woubrugge en dus niet voor de levering van Woubrugge aan zijne ingezetenen. Door den opzet van het contract is reeds gezorgd, dat Wou brugge ook bij de levering aan zijne ingezetenen eene gezonde tariefpolitiek zal betrachten. Commissarissen der Stedelijke Fabrieken van Gas en Electriciteit, N. C. de Gijselaar, Voorzitter. v. Doesburgh, fung. Secretaris. Aan Heeren Burgemeester en Wethouders van Leiden. N°. 305. Leiden, 13 December 1912. In Uwe Vergadering van 22 Augustus j.l. werd aan de Naamlooze Vennootschap »de Leidsche Zoutkeet" vergunning verleend tot het maken van een hangtransportbaan gedeeltelijk gaande over den Ouden Singel. In verband hiermede werd tevens besloten tot het doen rooien van een viertal boomen aan den Ouden Singel, onder voorwaarde, dat het rooien van gemeentewege, doch voor rekening van de vennootschap zou geschieden. Thans verzoekt genoemde vennootschap de transportinrich ting bewesten, in plaats van beoosten de Koolstraat te mogen maken en haar dan door het maken van een brug over de Koolstraat te mogen verlengen tot in het gedeelte der fabriek, dat beoosten die straat ligt, teneinde op die wijze tevens de beide gedeelten harer fabriek met elkaar in verbinding te brengen. Tegen deze wijziging en uitbreiding der vergunning bestaat noch bij de Commissie van Fabricage, noch bij ons College bezwaar. De losinrichting langs het water zal zich bevinden vóór de per'ceelen Oude Singel nis 247, 246 en 245, welke alle aan de vennootschap toebehooren. zoodat derhalve aan anderen geen last zal worden veroorzaakt. Verder zullen nu de vier boomen, tot wier rooiing in verband met de oorspron kelijke vergunning werd besloten, niet behoeven te vallen, doch kan met de rooiing van een drietal boomen vóór de perceelen Oude Singel nis 245, 246 en 247 worden volstaan. Op grond van een en ander geven wij U in overweging in Uw besluit van 22 Augustus j.l. de navolgende wijzigingen aan te brengen: a. de aanhef van de voorwaarde sub 2 als volgt te lezen: »dat de inrichting worde gemaakt volgens de oorspronke lijk overgelegde teekening, gemerkt A, zooals deze nader is gewijzigd en aangevuld volgens de teekening, gemerkt B, en verder met in achtneming van de op de teekening, gemerkt A, in rood aangebrachte wijzigingen, waarmede wordt bedoeld:"; b. Sub II de woorden »een viertal boomen op den Ouden Singel" te vervangen door: »een drietal boomen vóór de per ceelen Oude Singel nis 245, 246 en 247". Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 306. Leiden, 13 December 1912. Onder verwijzing naar eene in de Leeskamer ter inzage lig gende lijst van op de Stads-Timmerwerf aanwezige, buiten gebruik gestelde, Voorwerpen en materialen, geven wij Uwe Vergadering, overeenkomstig het advies der Commissie van Fabricage, in overweging tot den openbaren verkoop dier zaken te besluiten. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1912 | | pagina 4