DONDERDAG 2 MEI 1912. 59 één of meer beambten speciaal onder zich hebben. De andere ambtenaar di'e hier bedoeld wordt, heeft wel een apart lokaal en iemand die hem daarin behulpzaam is, maar men kan toch weer niet zeggen, dat die speciaal onder hem staat en dat ook niet andere ambtenaren hem nu en dan behulp zaam zijn. In het algemeen zijn de ambtenaren met lagere titels behulpzaam aan allen, die boven hen staan en zij zijn niet speciaal aangewezen om een bepaalden hoofdambtenaar te helpen. De heer Sijtsma. M. d. V. Ik ben in zekeren zin bevre digd door uw antwoord, maar ik hoop toch, dat mijn opmer kingen geen aanleiding zullen geven tot voorstellen van ver bouwing van het raadhuis. De Voorzitter. Dat zou ook moeilijk gaan, maar misschien dat er in de toekomst nog wel aanleiding zal zijn tot uit breiding. De algemeene beraadslaging wordt gesloten. Beraadslaging over art. 1, luidende »In artikel 1 sub b en in artikel 2, al. 4 van bovengenoemde verordening wordt in plaats van »tevens" gelezen «al dan niet". De heer Carpentier Alting. M. d. V. In de eerste plaats eene opmerking Het is mij opgevallendat Burgemeester en Wethouders voorstellen in plaats van het woord «tevens" te lezen »al dan niet", waar het toch voor de hand had ge legen de woorden «tevens chef van de afdeelinger maar liever geheel uit te nemen. In de tweede plaats een vraagis het niet wenschelijk, in verband met deze wijziging de geheele formatie van Hoofd commiezen vast te stellen. De bepaaldheid van het aantal Hoofdcommiezen, thans verband houdend met het aantal aldee- lingen, zal door de voorgestelde wijziging verloren gaan. Daarom schijnt het mij wenschelijk, indien op het oogenblik bijv. vijf Hoofdcommiezen noodig worden geacht, in artikel 1 te lezen«ten hoogste vijf Hoofdcommiezen". Hieromtrent zou ik gaarne het oordeel van Burgemeester en Wethou ders vernemen. De Voorzitter. Wij hebben dit juist gekozen om denzelfden reden, dien ik zooeven den heer Sijtsma heb meegedeeld. Als uw plan doorging en wij kregen vijf Hoofdcommiezen, precies gelijkstaande aan de chefs, dan kregen wij op de Secretarie meer dan een vlag op één schip. Dat zou de heer Sijtsma ook niet willen. Wij zouden dan direct moeten gaan bouwen een kamer, waar de afdeeling Onderwijs zou gevestigd zijn. De bedoeling is, dat de heer Boumari wordt Hoofdcommies en dat hij de behandeling der Onderwijsaan- gelegenhedendie hij onder zich heeft, ook behoudt en dus chef van die afdeeling blijft, echter zonder den titel van Chef. Als dat niet zoo zou blijven, dan zou dat tot moeilijk heden aanleiding kunnen geven en daarom is het het beste, dat wij deze ambtenaren, die feitelijk chefs zijn een titel en een salarisregeling g^venwaardoor die menschen, die de hoogste verantwoordelijke betrekking hebben, een werkkring krijgen met behoorlijk traktement, terwijl dan tevens te rade wordt gegaan met de thans te Leiden bestaande bijzondere omstandigheden, die het niet wenschelijk maken, de zaken dadelijk zoo grootscheeps in te richten. De hiërarchie blijft dezelfde. Alleen de Rekenkamer en de Burgerlijke stand blijven los van de eigenlijke Secretarie. De heer Carpentier Alting. M. d. V. Ik dank u voor uw inlichtingen, maar ik geloof niet dat hetgeen ik heb voor gesteld eenigszins ingaat tegen hetgeen door u is opgemerkt. Mijn bedoeling was te vragen of het niet gewenscht is in art. 1 te lezen «Ten hoogste vijf hoofdcommiezen." Zulk een wijziging zou ten gevolge hebben, dat binnen de aldus gestelde grenzen aan Burgemeester en Wethouders werd overgelaten naarmate het hun op een gegeven oogen blik wenschelijk zou schijnen den rang van Hoofdcommies te verleenen, terwijl eene wijziging als door Burgemeester en Wethouders wordt voorgesteld alle formatie doet vervallen, en dus toelaat dat er een ongelimiteerd aantal Hoofdcom miezen zou zijn in verband met het artikel van de Gemeen tewet, dat de benoeming van ambtenaren overlaat aan Bur gemeester en Wethouders. Vergis ik mij niet dan zou daardoor een ingrijpende verandering in de verordening worden gemaakt, daar toch zooals ze nu luidt, het aantal hoofdcommiezen be paald wordt door het aantal afdeelingen. De Voorzitter. Pardon, het aantal afdeelingen kon ook vermeerderd worden, dus het is gebleven zooals het was. Vroeger was het aantal Hoofdcommiezen ook ongelimiteerd, maar het is nu zoo, dat wij de chefs van de afdeelingen niet meer als zoodanig traktement .geven, maar omdat zij Hoofd commies zijn. Wij hebben dit gedaan, omdat de ambtenaren hier in het stadhuis gezamenlijk zijn ondergebracht in één lokaal; maar verder blijft het zooals het was; het aantal Hoofdcommiezen blijft ongelimiteerd, en dit aantal kan de Raad controleeren, omdat de salarissen op de begrooting komen te staan. Het lijkt mij echter geheel verkeerd, dit aantal nu hier te gaan vastleggen. De heer Fokker. M. d. V. Mag ik hierover even iets zeggen. Ik citeer uit het hoofd, maar ik geloof dat uw laatste op merking niet geheel en al juist is. verwijst naar de begroo ting, maar als ik mij niet vergis komt daarop één post voor, de salarissen van de ambtenaren ter Secretarie, en dat is wel in onderdeelen gespecificeerd, maar daaraan kunnen wij niets doen. Het is één bedrag en Burgemeester en Wethouders kunnen daarmede ongeveer doen wat zij willen. De Voorzitter. De specificatie staat in de toelichting, en wanneer hij het daarmee niet eens is, kan de Raad toch de begrooting verminderen met opgave van redenen. Ik zou het verkeerd vinden, wanneer Burgemeester en Wethouders inci denteel, door een opmerking van den heer Carpentier Alting, gebonden werden, terwijl vroeger toch ook het aantal onge limiteerd was. Thans is ook de benoeming tot Hoofdcommies, tevens Chef van een afdeeling, aan Burgemeester en Wet houders en ongelimiteerd, alleen gebonden aan de begrooting en terwijl wij niets veranderen aan het systeem maar alleen zeggen dat een Hoofdcommies niet behoeft te zijn Chef van een afdeeling, zouden wij op eens gebonden zijn aan een bepaald aantal Hoofdcommiezen; dat vind ik verkeerd Hier veranderen wij juist absoluut niets aan het systeem van de verordening en ik vind het heel moeilijk, Burgemeester en Wethouders aan een bepaald getal te binden, want dat kan zeer variabel zijn. Het is zeer wel mogelijk dat, wanneer men iemand maakt chef van een afdeeling en hem een aparte kamer geeft, hij toch een lageren rang bekleedt dan Hoofdcommies, terwijl bij het gezamenlijk zitten in een lokaal het zijn van Hoofd commies en van chef van een afdeeling niets met elkander heeft te maken. Stel eens, dat wij maken een aparte afdee ling van Onderwijs en een aparte afdeeling van Militie, dan kan ik mij voorstellen een Commies eerste klasse, Chef van de Afdeeling Onderwijs, die na lange dienstjaren eerst Hoofd commies wordt; ik vind dat een zeer verstandig systeem, want men behoeft dan niet dadelijk de hoogere traktementen te geven. De beraadslaging wordt gesloten en art. 1 wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen. Artt. 2 tot en met 4 worden zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming aangenomen. De verordening in haar geheel wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen. V. Voorstel: a) tot het aangaan van eene overeenkomst met de gemeente Alkemade betreffende de levering van electriciteit in die gemeente b) tot aanvulling van het uitbreidings- en vernieuwingsfonds der Electriciteitsfabriek met een bedrag van ƒ89000. c) tot vaststelling van den desbetreffenden begrootingsstaat. (Zie Ing. St. No. 92). Algemeene beraadslagingen worden niet gehouden. Artt. 1 tot en met 4 worden zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming aangenomen. Beraadslaging over art. 5, luidende: «Door Leiden wordt aansluiting op het net aan aanvragers verleend op de voorwaarden, in het aan deze overeenkomst gehechte en ten bewijze van goedkeuring door partijen ge- teekend «Reglement betreffende de levering van electriciteit in Alkemade door de Stedelijke f abrieken van Gas en Elec triciteit te Leiden" vermeld. Het reglement voornoemd zal worden toegepast op de wijze en volgens de regelen als bij aansluiting in de gemeente Leiden geldt, alles voor zoover bij deze overeenkomst daarvan niet uitdrukkelijk wordt afgeweken. Door Leiden kan gevorderd worden eene storting van een waarborgsom door den gebruiker van den stroom voor even tueel verschuldigde kabelhuur. üp daartoe strekkend verzoek van Alkemade is Leiden ver plicht onmiddellijk tot uitbreiding van het kabelnet in Alke made over te gaan, mits door Alkemade, behalve de garantie in art. 1 tweede lid genoemd, op de nieuw te leggen kabels wordt gegarandeerd een stroomverbruik gedurende drie achter eenvolgende jaren van ƒ1.60 per jaar en per meter te leggen hoofdkabel, onverminderd de bepaling, dat voor aftakkingen van de hoofd kabels van meer dan tien meter lengte de kabel- huur volgens het reglement aan Leiden verschuldigd is. Indien het voor eenige kabeluitbreiding op verzoek van Alkemade tevens noodig is een nieuw transformatorstation te bouwen, zal het bedrag door Alkemade aan Leiden te garan deeren krachtens alinea 3 van dit artikel gedurende den daarin

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1912 | | pagina 5