GEMEENTERAAD VAN LEIDEN.
53
INGEKOMEif JSTlJKKEHf.
N°. 75. Leiden, 18 Maart 1912.
De Commissie van Financiën heeft de eer U mede te dee-
len, dat zij geene bedenkingen heeft tegen de door Burge
meester en Wethouders ingediende voordrachten
a. tot wijziging der begrooting voor 1911, ter zake van de
bijdrage der provincie Zuid-Holland in de kosten van ver
nieuwing der Blauwpoortsbrug (log. St. No. 49),
b. tot verhooging van de retributie voor het gebruik van
de veilingloods aan de Boommarkt, van Vs tot 1 van de
bruto opbrengst der geveilde waren (Ing. St. No 50),
c. tot verkoop van de Certificaten N. W. Schuld, nominaal
groot ƒ6700 en ƒ7700, behoorende tot de bezittingen van het
opgeheven fonds genaamd »Halle van Manufacturen" (Ing. St.
No. 56).
Zij geeft U derhalve in overweging overeenkomstig die
voordrachten te besluiten.
Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiën.
N°. 76. Leiden, 19 Maart 1912.
Tegen inwilliging van het hierbij overgelegd verzoek van
Mej. J. Enders, om eervol ontslag uit hare betrekking van
onderwijzeres aan de openbare school der 3e klasse No. 2
alhier, bestaat bij ons geen bezwaar.
Wij geven U mitsdien in overweging aan Mej. J. Enders,
op haar verzoek, met ingang van 15 Juni a. s. eervol ontslag
te verleenen als onderwijzeres aan de openbare school der 3e
klasse No. 2.
Het ter zake door het Hoofd der betrokken school uitge
bracht bericht, is in de Leeskamer ter inzage nedergelegd.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
Leiden 13 Maart 1912.
Edelachtbare Heeren 1
Ondergeteekende verzoekt beleefd, met ingang van 17 Juni
1912, ontslag als onderwijzeres aan de openbare lagere school
der 3e Klasse No. 2 te Leiden.
Zij heeft de eer te zijn
Edelachtbare Heeren
Uw dienstw: dien.esse
J. Enders.
Aan den Gemeenteraad van Leiden.
N°. 77. Leiden, 22 Maart 1912.
In verband met het door Uwe Vergadering, in hare zitting
van den 21en dezer, genomen besluit, waarop betrekking had
ons voorstel van 15 Maart 1912, Opgenomen onder volgnr. 74
der Ingekomen Stukken van dit jaar, hebben wij de eer U
thans voor te stellen, om den heer C. E. Hoorens van Heij-
ningen, tijdelijk leeraar in de wiskunde aan de Hoogere Bur
gerschool voor Jongens alhier, te benoemen tot leeraar aan
de Afdeeling B. der Kweekschool voor Onderwijzers en Onder
wijzeressen, om onderwijs te geven in het rekenen gedurende
twee uren per week.
Aangezien de heer Hoorens van Heijningen voorloopig nog
als tijdelijk leeraar aan de Hoogere Burgerschool voor Jon
gens werkzaam is, geven wij U in overweging zijne benoe
ming aan de Kweekschool vooralsnog ook een tijdelijk karakter
te geven en te doen plaats hebben tot het tijdstip waarop
de tijdelijke aanstelling aan de Hoogere Burgerschool eindigt,
zijnde 1 September 1912.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 78. Leiden, 29 Maart 1912.
Aan nevensgaand verzoek van het bestuur der vereeniging
»Buitenbedrijf', om tegen betaling van ƒ10 'sjaars gedurende
een drietal avonden per week van 8 tot 10 uur de beschik
king te mogen hebben over een der bovenlokalen van het
Waaggebouw, teneinde daarin aan ten hoogste 6 jongens
onderricht te doen geven in het bespelen van blaasinstrumen
ten en in het trommelen, kan bezwaarlijk worden voldaan.
Het bovenlokaal van het Waaggebouw toch is reeds in ge
bruik gegeven aan het Stedelijk Muziekcorps, en waar dit
corps het lokaal niet alleen voor de gewone repetitieavonden,
doch ook meermalen ten behoeve van repetities voor extra
concerten en voor het uitzoeken en sorteeren van muziek
noodig heeft, is het moeilijk in deze een schikking te treffen.
Adressanten zijn echter, naar de Directeur van Gemeente
werken ons mededeelt, ook genegen de groote bovenzaal van
het Caeciliagasthuis, die voorheen gediend heeft voor hulpschool
en aan alle te stellen eischen voldoet, van de gemeente te
huren.
Noch bij de Commissie van Fabricage, noch bij ons College
bestaat hiertegen bezwaar en wij geven Uwe Vergadering
mitsdien in overweging aan de Vereeniging »Buitenbedrijf'
tot wederopzeggens vergunning te verleenen om de groote
bovenzaal van het Caeciliagasthuis gedurende een drietal
avonden per week voor het bovengenoemde doel te gebruiken
tegen betaling van een bedrag van 10 per jaar of gedeelte
daarvan en verder onder de navolgende voorwaarden:
1°. dat de kosten van verwarming, verlichting en schoon
houden voor rekening der vereeniging komen;
2°. dat het gebruik geschiede zonder hinder te veroorzaken
aan eventueele gebruikers van andere localiteiten van het
gebouw
3°. dat alle schade, aan het gebouw of de omgeving toege
bracht, tengevolge van het gebruik maken van het lokaal,
door de vereeniging aan de gemeente worde vergoed;
4°. dat alle ter zake van het gebruik door Burgemeester
en Wethouders gegeven of nog te geven voorschriften wor
den nagekomen;
5°. dat deze vergunning vervalt, wanneer daarvan vóór of
op 15 Mei 1912 geen gebruik is gemaakt, of aan de gestelde
voorwaarden niet wordt voldaan.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden
Aan Burgemeester en Wethouders
der Gemeente Leiden,
hebben de eer te verzoeken W. E. van Wijk, als voorzitter
en G. P. Molenaar, als secretaresse namens het bestuur der
Vereeniging «Buitenbedrijf" (goedgekeurd bij K. B. van 13
April 1911 n°. 88)
hun toe te staan een der bovenlokalen van het Waag
gebouw op drie avonden per week in gebruik te hebben van
8 tot 10 uur, om daar een aantal van ten hoogste zes jon
gens onderricht te doen geven in het bespelen van blaas
instrumenten en in het trommelen.
Adressanten zijn bereid hiervoor te betalen eene retributie
van tien gulden, 'sjaars, benevens de kosten van verlichting
en verwarming van het lokaal, benevens om omtrent de
berekening dezer kosten en omtrent den meest gewenschten
tijd, overleg te plegen met die muziekcorpsen die thans reeds
het Waaggebouw met overeenkomstig doel gebruiken.
Met verschuldigden eerbied
W. E. van Wijk, Noordeindsplein 4a.
G. P. Molenaar, Schoolstr. 36.
Den Haag.
N°. 79. Leiden, 29 Maart 1912.
In Uwe Vergadering van 9 November j.l. werd besloten de
door M. de Tombe c. s. te dempen sloot aan den Zoeter-
woudschen weg (zie Ingek. Stukken n°. 275, sub 3° van 1911)
van gemeentewege te doen bestraten, nadat die demping zou
zijn voltooid, door de Tombe c. s. een bedrag van 1350 in
de gemeentekas zou zijn gestort en het gedempte slootge-
deelte met de aangrenzende te bestraten perceelsgedeelten
kosteloos in eigendom en onderhoud aan de gemeente zou
zijn overgedragen.
Thans heeft, naar de Directeur van Gemeentewerken ons
mededeelt, de demping plaats gehad, terwijl het bedrag van
f 1350 ter beschikking van de gemeente is gesteld en de
Tombe c. s. binnenkort het verzoek tot grondoverdracht
zullen indienen.
Wij geven UT daarom in overweging door vaststelling van
den hierbij overgelegden begrootingsstaat, model C, een bedrag
van f 2700, zijnde de geraamde bestratingskosten, te onzer
beschikking te stellen.
Op den post voor «Onvoorziene Uitgaven" zijn thans nog
f 13951 beschikbaar.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.