25
Art. 3.
Het is verboden, tenzij met schriftelijke vergunning van Bur
gemeester en Wethouders of op last van het daartoe
bevoegd gezag:
ain den openbaren weg een gat te maken;
b) roosters of steenen uit de bestrating los te maken of
daarin losliggende of tot herstel daarvan op den openbaren
weg aanwezige voorwerpen of materialen te verplaatsen.
Art. 4.
Het is verboden eene nieuw gelegde straat of het vernieuwde
gedeelte eener reeds bestaande straat binnen de eerste vier
weken na de in-gebruik-stelling te schrobben of te vegen.
Art. 5.
Het is verboden, tenzij met schriftelijke vergunning van
Burgemeester en Wethouders, over den openbaren weg te
vervoeren weglocomotieven, stoomketels, stoomwalsen en in
het algemeen buitengewoon zware voorwerpen, die aan dien
weg schade kunnen toebrengen.
Art. 6.
Het is verboden over eene beweegbare brug eene vracht te
vervoeren, waarvan het gewicht, naar het oordeel van het
brug- en havenpersoneel of bij niet-aanwezigheid van dit
personeel naar het oordeel van de dienaren van politie, de
brug aan beschadiging blootstelt.
Art. 7.
Het is verboden wederrechtelijk afsluitingen of afschuttingen,
krachtens bestaande verordeningen, dan wel met vergun
ning of op last van Burgemeester en Wethouders op den
openbaren weg geplaatst, weg te nemen, te verplaatsen of
omver te halen.
Art. 8.
Het is verboden:
a) krengen of eenige vuilnis of afval van welken aard ook
op den openbaren weg te werpen of neder te leggen
b) vloeistoffen, water uitgezonderd, op den openbaren weg
uit te gooien of te laten afloopen;
cop of aan den openbaren weg buiten de waterplaatsen
eenige natuurlijke behoefte te doen, alsmede die waterplaatsen
te gebruiken voor een doel, waarvoor zij niet bestemd zijn,
of op andere wijze te verontreinigen.
Art. 9.
Hij die, tenzij daartoe bevoegd, asch, vuilnis of andere
stoffen of voorwerpen op den openbaren weg heeft
nedergelegd of doen nederleggen, is verplicht deze op de eerste
door de politie gedane aanmaning weg te ruimen of te doen
wegruimen en den openbaren weg te reinigen of te doen reinigen.
Hij die eenige werkzaamheid heeft verricht of doen ver
richten, waardoor de openbare weg is verontreinigd, is even
eens verplicht dezen te reinigen of te doen reinigen, binnen
een uur, nadat de werkzaamheid is afgeloopen.
Art. 10.
Het is aan een ieder zonder uitzondering verboden asch of vuilnis
aover den openbaren weg te vervoeren op andere wijze
dan in behoorlijk gesloten vervoermiddelen;
b) op den openbaren weg van den eenen wagen in een
anderen over te laden
c) op den openbaren weg uit te ziften.
Art. 11.
Het is aan een ieder, behalve aan hen, die door de pachters
van asch en vuilnis daarmede belast of door het bevoegd
gezag daartoe zijn aangewezen, en behalve aan hen, die
overeenkomstig art. 17 met vergunning van Burgemeester en
Wethouders mest op den openbaren weg hebben nedergelegd,
verboden mest, slijk, asch of vuilnis van den openbaren weg
weg te voeren.
Art. 12.
Het is aan een ieder, behalve aan hen, die door de pachters
van asch en vuilnis daarmede belast of door het bevoegd
gezag daartoe zijn aangewezen, verboden over den openbaren
weg asch en vuilnis te vervoeren op andere uren dan tusschen
9 uur des avonds en 8 uur des morgens.
Art. 36 oud.
Het is verboden zonder schriftelijke vergunning van Burge
meester en Wethouders:
ain den openbaren weg een gat te maken;
b) roosters of steenen uit de bestrating los te maken of
daarin losliggende of tot herstel daarvan op den openbaren
weg aanwezige steenen te verplaatsen.
Art. 26 oud.
Art. 38bis oud.
Het is verboden, zonder schriftelijke vergunning van Bur
gemeester en Wethouders of anders dan met inachtneming
van de daarbij gestelde voorwaarden, over den openbaren weg
te vervoeren weglocomotieven, stoomketels, stoomwalsen en
in het algemeen buitengewoon zware voorwerpen, die aan den
weg schade kunnen toebrengen.
Art. 38ter oud.
Art. 38 oud.
Art. 12 oud.
Het is verboden
abloed, ingewanden, grom van visch, krengen, kalk,
steenen, afbraak, hooi, stroo, asch, beenderen, afval van
groenten of van ooft, mest, roet of eenige vuilnis hoege-
inaamd op den openbaren weg te werpen
b) vloeistoffen, water uitgezonderd, op den openbaren weg
te laten afloopen.
Art. 13 oud.
Het is verboden op of aan den openbaren weg buiten de
daartoe bestemde urinoirs (waterplaatsen) te wateren, als-
1 mede deze of den openbaren weg te verontreinigen.
Art. 11 oud.
Hij die, zonder daartoe bevoegd te zijn, asch, vuilnis, of
andere stoffen of voorwerpen op den openbaren weg heeft
nedergelegd of doen nederleggen, is verplicht deze op de
eerste aanmaning vanwege de Politie weg te ruimen of te
J doen wegruimen.
Art. 18 eerste lid, oud.
Ieder, die eenige werkzaamheid heeft verricht of doen
verrichten, waardoor de openbare weg is verontreinigd, is
verplicht dezen schoon te maken of te doen schoonmaken
binnen een uur, nadat de werkzaamheid is afgeloopen.
Art. 9 tweede lid, oud.
Het is aan ieder zonder uitzondering verboden ascb en
vuilnis te vervoeren op andere wijze, dan in behoorlijk ge
sloten vervoermiddelen, op den openbaren weg van een wagen
in een anderen over te laden of de asch aldaar uit te ziften.
Art. 10 oud.
Het is, behalve aan de pachters van asch en vuilnis en de
door dezen daarmee belaste personen en behalve aan hen, die
krachtens art. 1 tot het nederleggen van mest op den open
baren weg bevoegd waren, verboden mest, slijk, asch of
vuilnis van den openbaren weg weg te voeren.
Art. 9 eerste lid, oud.
Het is, behalve aan de pachters van asch en vuilnis en de
door dezen daarmede belaste personen, verboden over den
openbaren weg asch en vuilnis te vervoeren op andere uren,
dan tusschen uur des avonds en 8 uur des morgens.