DONDERDAG 30 NOVEMBER 1911. 187 XVIII van de agenda aan te houden tot eene volgende ver gadering, die naar alle waarschijnlijkheid zal gehouden worden heden over acht dagen en zal aanvangen des namiddags te half twee. Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt aldus besloten. De Voorzitter. Tenslotte blijft dan nu nog over het laatste punt der agenda, hetwelk ik u voorstel nog in deze vergade ring te behandelen. XIX. Bezwaarschriften tegen aanslagen in de plaatselijke lirecte belasting, dienst 1911. (Zie Ing. St. No. 297). Wordt zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming conform het praeadvies besloten. De Voorzitter. Verlangt thans nog een der leden het woord voordat ik de deuren doe sluiten De heer Fokker. M. d. V. Ik zou, in verband met het aan houden van punt XV van de agenda, willen verzoeken, den brief van den schoolopziener, die vandaag is voorgelezen, in druk in de stukken op te nemen, opdat wij er thuis op ons gemak kennis van kunnen nemen. De Voorzitter. De brief wordt als gewoonlijk in het Baads- verslag opgenomen. De heer Fokker. Maar dat hebben wij de volgende week vóór de vergadering nog niet in ons bezit. De Voorzitter. Dan zal ik het afzonderlijk gedrukt laten rondzenden. Hierop doet de Voorzitter de deuren sluiten. Na eenigen tijd wordt de openbare vergadering heropend. De Voorzitter. Ik stel u namens Burgemeester en Wet houders voor, den heer F. G. Rosier, hoofdcommies ter gemeente secretarie, chef der afdeeling Algemeene Zaken, met ingang van 1 Januari 1912-eene personeele toelage te verleenen van ƒ400.'sjaars, welk voorstel ons College gaarne dadelijk in behandeling genomen zou zien. Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt tot onmiddellijke behandeling van dit voorstel besloten. De heer Fokker. M. d. V. Waar het voorstel van Burge meester en Wethouders betreft den heer Rosier, een zeer uitnemend ambtenaar, wil ik verklaren mij daarmede te kun nen vereenigen. Ik leg deze verklaring hier af, opdat aanneming van dit voor stel door andere hoofdambtenaren der gemeente niet als prece dent worde beschouwd, waarop zij zich hunnerzijds wellicht bij een verzoek om salarisverhooging zouden willen beroepen. Uitsluitend wegens de persoonlijke verdiensten van den heer Rosier kan ik met het gedane voorstel medegaan. Hierop wordt het voórstel van Burgemeester en Wethouders zonder hoofdelijke stemming aangenomen. Daar hierna geen der leden meer het woord verlangt, sluit de Voorzitter de vergadering. Leiden, ter Boekdrukkerij van J. J. GROEN ZOON.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1911 | | pagina 13