140 DONDERDAG 29 SEPTEMBER 1910. werkmanswoningen die voornemens mogten zijn daar ter plaatsen nieuwe straten met woningen aanteleggen, door de onbewoonbare verklaring der perceelen aan goedkoope bouw grond te helpen. Daarenboven is adressant van de voordracht tot onbewoonbaar verklaring zijner perceelen geheel onkundig gebleven en verneemt hij deze pas door een bericht uit 't Leidscb Dagblad. 't Ware te wenschen dat de raadsleden die meestal afgaan op advies van B. en W. en van de gezondsheid Commissie alvorens hunne stem hiervoor uittebrengen zich eerst per soonlijk overtuigde van de toestand van bovengenoemde perceelen. Ook het bezwaar dat bij het uitbreken van brand wegens de nauwe toegang met brandbluschmiddelen niet bereikbaar zouden zijn is denkbeeldig daar 2 perceelen aan de Paradijs steeg gelegen zijn, dus publieke straat, terwijl het perceel Koningspoort slechts 7 meter van de straat verwijderd is. Redenen waarom adressant beleefd verzoekt dit voorstel van onbewoonbaar verklaring niet te willen steunen. 't Welk doende P. Kooreman. Aan de raad der gemeente Leiden. Leiden, 28 September 1910. aan den Leidsche gemeenteraad. Geeft met verschuldegde eerbied te kennen de ondergete kende Willem Verhoog woonende steevenshof No. 8 dad hij heefd gelezen in het Leidsche dagblat dad aan U Edele word voorgesteld verschillende huizen in de paaradijssteeg als onbe woonbaar te verklaaren waaronder een van ondergetekende bij is, en wel No. 62. het perseel heefd een woonkamer van ongeveer 14 Meeter, heefd een goede hoogte, is niet vochteg, heefd een houte vloer, en heefd goed licht, en lucht, is pas kort geleede van buite en binnen geverfd en behange, is verhuurd aan 2 bejaarde Menschen zonder kinderen voor 1 gulden per week, rede waarom ondergetekende zich tot IJ Edele wend met het beleefd verzoek did huis of op nieuw te laaten onder zoeken of deze niet te rangschikke onder de onbewoonbaar verklaarde huizen. 't Welk doende met Hoog Achting U Edele Dw Dienaar W. Verhoog Wz. 11°. Verzoek van de Leidsche Runder- en Varkensslagers- vereeniging om het aanvangsuur van de Veemarkt gedurende de wintermaanden later te stellen. Dit stuk luidt als volgt Leiden, 28 September 1910. Aan den Raad der Gemeente Leiden. EdelAchtbare Heeren, De Leidsche Runder- en Varkensslagersvereeniging ver zoekt beleefd de openstelling der veemarkt aldus te wijzigen, dat deze gedurende de maand October gesteld worde op des v.m. 6 uur en van 1 November tot 1 Maart op des v.m. 7 uur. Zij is overtuigd dat deze wijziging bevorderlijk zal zijn tot meer aanvoer van vee en meer bezoek ook van buiten de stad wonende koopers. Is toch voor den boer met het oog op het late uur waarop in October en November met de melkerij kan worden begonnen, het uur van opening te vroeg, ook voor de buiten de stad wonende koopers zou een latere aanvangstijd zeer wenschelijk zijn. Bovendien is de aanvoer in genoemde maanden op den thans gestelden openingstijd uiterst gering, en kunnen met name de kalveren zoo vroeg niet voldoende worden bezien om de juiste kwaliteit te kunnen beoordeelen, omdat daarvoor het volle daglicht noodig is. Zij meent in deze te mogen vertrouwen dat de op de markt dienstdoende H.H. veeartsen hare meening zullen deelen, en beveelt IJ dus haar verzoek ten zeerste aan. Zich vleiende met een gunstige beschikking Met verschuldigde hoogachting, Namens de Vereeniging voornoemd, J. v. d. Steen, Voorzitter. L. van Bergen, Secretaris. Al deze verzoeken worden gesteld in handen van Burg. en Weth. 12°. Voorstel van den heer Pera tot wijziging van de voor gestelde regeling van de bezoldiging der politiebeambten. Zal worden behandeld bij punt 22 der agenda. De Voorzitter deelt alsnog mede: a. dat aan Mevr. C. J. Gamelkoorn, weduwe van wijlen den gepensionneerden leeraar aan de H- Burgerschool voor Jongens, C. J. Leendertz, met ingang van 10 December a.s. een pensioen is verleend van f 690 'sjaars; b. dat op den 26en September j.l. heeft plaats gehad de opne ming der boeken en kas van den Gemeenteontvanger, waar van proces verbaal is opgemaakt dat aan Gedep. Staten is medegedeeld en ter lezing van de leden in de Leeskamer nedergelegd c dat in de Commissie van onderzoek, bedoeld in art. 22 van het Werkliedenreglement zijn benoemd: door Burgemeester en Wethouders: tot leden: A. M. Touw en J. Bots, tot plaatsverv. leden: W. C. Mulder en C. Peltenburg; bij de op 21 September j.l. gehouden verkiezing: tot. leden: A. Segaar en J. van Weizen, tot plaatsverv. ledenC. du Croix en J. J. Limburg. De Voorzitter. Alvorens tot de behandeling der agenda over te gaan, wensch ik mede te deelen, dat van verschillende zijden mij is verzocht eene besloten vergadering te houden. Ik zal dus de deuren doen sluiten, teneinde de vergadering te laten beslissen, of met gesloten deuren zal worden be raadslaagd. De openbare vergadering wordt na eenigen tijd hervat. Aan de orde is alsnu: I. Benoeming van een onderwijzer-plaatsvervangend hoofd aan de Jongensschool le klasse. (Zie Ing. St. No. 272). De Voorzitter. Mag ik voor het doen van deze en de vol gende benoemingen de heeren Driessen, de Boer, Vergouwen en Fokker uitnoodigen het stembureau te willen uitmaken? Wordt met algemeene (29) stemmen benoemd de heer W. A. Kriest. II. Benoeming van een onderwijzer met verplichte hoofdakte aan de Jongensschool 2e klasse. (Zie Ing. St. No. 270). Wordt met 28 stemmen benoemd de heer H. Bolt; de heer Broekhuyzen verkreeg 1 stem. III. Benoeming van een onderwijzer met verplichte hoofd akte aan de school der 2e klasse voor jongens en meisjes. (Zie Ing. St. No. 280). Wordt met algemeene (29) stemmen benoemd de heer P. C. Schreuder. IV. Benoeming van eene derde onderwijzeres in de hand werken aan de school der 3e klasse No. 6. (Zie Ing. St. No. 281). Wordt benoemd met 28 stemmen Mej. A. Wassink; Mej. Rosier verkreeg 1 stem. V. Benoeming van eene derde onderwijzeres in de hand werken aan de school der 4e klasse No. 1. (Zie Ing. St. No. 281). Wordt benoemd met 27 stemmen Mej. J. M. S. Rosier; Mej. Wassink verkreeg 1 stem, terwijl een briefje van on waarde was. VI. Benoeming van een tijdelijk leeraar in de oude talen aan het Gymnasium. (Zie Ing. St. No. 275). De heer Fockema Andreae. M. d. V. Ik wil er even op wijzen, dat in den brief van curatoren staat: »door eene noodzakelijk geworden splitsing der tweede klasse". Dit moet zijn der eerste en tweede klasse. Wordt benoemd met 28 stemmen de heer C. Spoelder, ter wijl één briefje van onwaarde was. VII. Benoeming van een lid der Plaatselijke Schoolcommissie. (Zie Ing. St. No. 276.) Wordt benoemd met 17 stemmen de heer N Brouwer; de heer Dr. J. H. P. van Kerckhoft verkreeg 12 stemmen. VIII. Benoeming van een Directeur van het Openbaar Slachthuis. (Zie Ing. St. No. 282). Benoemd wordt met 16 stemmen de heer Dr. W. Stuurman de heer G. G. J. Westholz verkreeg 13 stemmen. De Voorzitter. Mag ik de heeren stemopnemers bedanken voor de genomen moeite.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1910 | | pagina 4