114 DONDERDAG 28 JULI 1910. 4°. Mededeeling van den Inspecteur van het Middelbaar Onderwijs, dat geen bezwaar bestaat tegen de toekenning van periodieke traktementsverhooging aan de leerares aan de Hoogere Burgerschool voor Meisjes Mej. M. H. Nederburgh. Deze mededeeling wordt voor kennisgeving aangenomen en de pensioengrondslag van Mej. M. H. Nederburgh zonder be raadslaging of hoofdelijke stemming van 800 op 900 gebracht. 5°. Voordracht van Commissarissen der Stedelijke fabrieken van gas en electriciteit ter benoeming van een Commissaris. Zal worden opgenomen onder de Ingek. Stukken. Aan de orde is alsnu: I. Verzoek van Mr. H. M. G. Kloppenburg om eervol ontslag als Regent van het Geref. Minne- of Arme Oude Mannen- en Vrouwenhuis. (Zie Ing. St. No. 217). Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming con form het praeadvies eervol verleend II. Verzoek van Dr. J. C. M. Timmermans om bestendiging in de betrekking van Stadsgeneesheer. (Zie Ing. St. No. 211). De Voorzitter. Er zijn nu eenige benoemingen te doen; mag ik den heeren Driessen, Roem, P. J. Mulder en Aalberse verzoeken het stembureau te willen uitmaken 1 Wordt benoemd met 21 stemmen de heer Dr. J. C. M. Tim mermans; drie briefjes waren van onwaarde. III. Benoeming van een Keuringsveearts, tevens adjunct- Directeur van het Openbaar Slachthuis. (Zie Ing. St. No. 210). Wordt benoemd met algemeene (24) stemmen de heer S. Douma. IV. Benoeming van een Regent van het Geref. Minne- of Arme Oude Mannen- eri Vrouwenhuis. (Zie Ing. St. No. 217). Wordt benoemd met 22 stemmen de heer Mr. A. J. Blok; 2 briefjes waren in blanco. De Voorzitter. Ik dank de leden van het stembureau voor de genomen moeite. V. Rekening, dienst 1909, van de Stads Bank van Leening. (Zie Ing. St. No. 202). De heer Fokker. M. d. V. Naar aanleiding van deze reke ning wensch ik een vraag te doen. Ik heb nl. tot mijn ver bazing gezien dat onder de uitgaven een post voorkomt van ƒ26,35 voor de levering van graszoden, aan arbeidsloon en het onderhoud van den tuin van de Bank van Leening. Ik dacht dat wij hier stadstuinlieden hadden, en dat dus der gelijk werk van gemeentewege geschiedde. Ik geloof ook dat dit goed zou zijn, beter dan dat wij voor alle gemeentelijke instellingen een particulieren tuinman er op na houden. De heer Korevaar. M. d. V. Wat de levering van gras zoden betreft, mag het ook geen verwondering wekken, als op een rekening voor «Gemeentewerken" een post voor gras zoden voorkomt, omdat deze niet door de gemeente zelve worden geleverd, maar van een ander worden betrokken. De heer Fokker zeide ook een post voor arbeidsloonen in verband met het onderhouden van een tuin op de rekening te hebben gevonden. Ik kan daaromtrent geen inlichtingen geven, want de uitgaven ten behoeve van de Bank van Lee ning worden gesplitst in die ten behoeve van het Gebouw en die der exploitatie. Bovendien is mijn aandacht nooit op de door den heer Fokker bedoelde uitgaven gevallen. De heer Fokker. Ik dank den Wethouder van Fabricage voor zijn antwoord, waaruit blijkt, dat zijn aandacht niet op deze zaak was gevallen. Zou dit nu geen goede gelegenheid zijn er de aandacht van Burgemeester en Wethouders eens op te vestigen en dezen in overweging te geven het onder houd van plantsoenen en tuinen in een centrale hand, bij «Gemeentewerken", te brengen en, als het daaronder thuis behoort, in dien geest een schrijven te richten tot aidecom- missiën, die onder het gemeentebestuur ressorteeren De heer Vergouwen. Ik zal niet op dit punt ingaan, maar toch moet ik er op wijzen, dat ik voor het denkbeeld van den heer Fokker niets gevoel. Als de commissie, die de Bank van Leening beheert, een tuin onderhoudt en daarvoor slechts ƒ26 noodig heeft, zou ik het dan alleen noodzakelijk achten daarin verandering te brengen, wanneer dat onderhoud van gemeentewege goedkooper kan plaats hebben. Is dat laatste het geval niet of blijven de kosten dezelfde, dan zie ik geen enkele reden om het onderhoud van dien tuin niet aan parti culieren op te dragen. De beraadslaging wordt gesloten en de rekening zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd. (De heer Corts had bij de behandeling van dit punt de vergadering tijdelijk verlaten.) VI. Rekening, dienst 1909, van het H. G. of Arme Wees- en Kinderhuis. (Zie Ing. St. No. 203). Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming goed gekeurd. (De heeren Corts en van der Lip hadden tijdens de behan deling van dit punt de vergadering tijdelijk verlaten). VII Rekening, dienst 1909, van de Kamer van Koophandel en Fabrieken. (Zie Ing. St. No. 204). Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming goed gekeurd. VIII. Rekening, dienst 1909, van de Stedelijke fabrieken van gas en electriciteit. (Zie Ing. St. No. 205.) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming goed gekeurd. (De heeren Korevaar, Aalberse en Driessen hadden tijdens de behandeling van dit punt de vergadering tijdelijk verlaten). IX. Voorstel tot verhooging van volgn. 149 der begrooting, dienst 1910, «Kosten van examens en proeflessen der onder wijzers''. (Zie Ing. St. No. 206). Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming aan genomen. X. Voorstel tot overbrenging van het dienstjaar 1909 op dat van 1910 van de benoodigde gelden voor de voldoening van eenige onbetaald gebleven vorderingen en tot voldoening van gelden uit den post voor onvoorziene uitgaven van 1910. (Zie Ing. St. No. 213). Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming aan genomen. XI. Voofstel tot verhuring van het stukje land genaamd «het Galgenveld", onder Oegstgeest, aan E. A. F. Vermond. (Zie Ing. St No. 207). Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming aan genomen. XII. Voorstel tot verhuring van het open erf aan de Kaarsen makersstraat, Sectie C No. 1291, aan K. van Rossen. (Zie Ing. St. No. 218). Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming aan genomen. XIII. Voorstel tot verhuring van het weiland aan den Zoeterwoudschen Singel aan P. P. de Jong. (Zie Ing. St. No. 219.) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming aan genomen. XIV. Verzoek van W. C. Mulder om vergunning tot dem ping van twee gedeelten sloot langs perceel Sectie M, N° 1065, gelegen aan en achter den Zoeterwoudschen Singel. (Zie Ing. St. No. 220.) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming con form het praeadvies besloten. XV. Voorstel om den eigenaren van de sloot, gelegen achter de perceelen aan den Witten Singel N» 59—62, te gelasten die sloot te dempen en door een riool te vervangen. (Zie Ing. St. No. 209.) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming aanr genomen. XVI. Voorstel tot wijziging en opnieuw vaststelling van de verordening van 10 Februari 1910, tot wijziging van de ver ordening regelende de heffing van schoolgeld aan de gemeen telijke Kweekschool voor onderwijzers en onderwijzeressen. (Zie Ing. St. No. 221.) De Voorzitter. Aanvankelijk hebben Burgemeester en Wet houders voorgesteld een paar wijzigingen in deze verordening aan te brengen, maar het. is hun gebleken, dat het, ter voor koming van verwarring, beter is de verordening in haar geheel opnieuw vast te stellen. Tegelijkertijd kan dan een kleine drukfout, die sedert 1899 in de verordening voorkwam, worden verbeterden de datum van in werkingtreding worden veranderd.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1910 | | pagina 2