DONDERDAG 30 JÜNI 1910.
97
Zitting van Donderdag 30 Juni 191©.
Geopend des namiddags te twee uur.
Voorzitter: de heer Burgemeester Jhr. Mr. N. C. DE GIJSELA AR.
Te behandelen onderwerpen:
1° Benoeming van eene 4e onderwijzeres in de handwerken
aan de school der 3e klasse No. 6. (172)
2° Verzoek van Dr. W. de Jong om bestendiging in de be
trekking van Stadsgeneesheer. (174)
3° Verzoek van Mej. C. H. Vermaas om bestendiging in de
betrekking van Stads vroed vrouw. (173)
4° Verzoek van Mej. Dr. Chr. Ligtenberg om eervol ontslag
als leerares aan de Hoogere Burgerschool voor Meisjes. (170)
5° Verzoek van Dr. B. J. Goossens om eervol ontslag als
leeraar aan de Hoogere Burgerschool voor Jongens. (171)
6° Rekening, dienst 1909, van het krankzinnigengesticht
»Endegeest" en het sanatorium »Rhijngeest". (165)
7° Rekening, dienst 1909, van de Stedelijke Werkinrichting.
(166)
8° Rekening, dienst 1909, van de Vereeniging tot bevordering
van den bouw van Werkmanswoningen. (167)
9° Voorstel tot uitgifte van permissiën voor het jagen op
waterwild op de Vroon wateren. (176)
10° Voorstel tot het geven van een naam aan de straat naast
het Diaconessen huis. (175)
11° Voorstel tot wijziging der begrooting, dienst 1910, ten
behoeve van de kosten van herstelling der oude notarieële
archieven. (168)
12° Voorstel tot beschikbaarstelling van gelden tot uitkeering
van subsidiën aan bijzondere bewaarscholen. (169)
13° Voorstel tot verhuring van de perceelen, gemeente Oegst-
geest Sectie E nis 79 en 80, aan de weduwe C. Dieben
Biesiot. (177)
14° Verzoek van het Bestuur der Leidsche Gymnastiek- en
Scherm vereeniging «Hercules" om het gebruik van het
gymnastieklokaal der school 3e klasse no. 4. (178)
15° Verordening, houdende wijziging van de verordening van
12 Maart 1908, bepalende het getal der scholen voor open
baar lager onderwijs te Leiden, den omvang van het
onderwijs op elke school, den bijstand aan de hoofden der
scholen te verleenen en de bezoldiging van het onder
wijzend personeel. (179)
16° a. Verordening, regelende de bezoldiging van de aan het
krankzinnigengesticht «Endegeest", de afdeeling voor
jeugdige idioten en het sanatorium voor zenuwlijders
a Rhijngeest" verbonden geneesheeren.
b. Verordening, houdende wijziging van de verordening
van 23 October 1902, houdende huishoudelijk reglement
voor het krankzinnigengesticht «Endegeest" en het
sanatorium voor zenuwlijders «Rhijngeest".
c. Voorstel tot toekenning van een personeele toelage aan
den geneesheer van het sanatorium «Rhijngeest." (180)
17° Verordening, regelende het onderwijs in de gymnastiek
aan het gymnasium, de middelbare scholen, de kweek
school en de openbare lagere scholen te Leiden. (159)
18° Voorstel tot het verleenen van afschrijving van plaatselijke
directe belasting, dienst 1909. (181)
19° Bezwaarschriften tegen aanslagen in de plaatselijke directe
belasting, dienst 1910. (182)
20° Voorstel om de bezwaarschriften tegen den aanslag in het
vergunningsrecht te stellen in handen van een commissie
uit den Raad ten fine van praeadvies. (183)
Tegenwoordig zijn 28 leden, als de heeren: Eerstens, van
Hamel, Korevaar, van der Lip, Fockema Andreae, Sijtsma,
van der Eist, Bosch, Roem, Carpentier Alting, Fokker, Zwiers,
P. J. Mulder, van Gruting, Pera, de Boer, Timp, Briët, Hoogen-
boom, Corts, Wildeboer, Bots, Vergouwen, Driessen, Meuleman,
de Vries, Reimeringer en Aalberse, alsmede de Burgemeester,
Voorzitter.
Afwezig zijn de heeren: van Tol, wegens verhindering,
A. Mulder, wegens ongesteldheid, en van Hoeken.
De Voorzitter. Mijne Heeren. Sedert onze vorige vergadering
heeft H. M. de Koningin en Haar Huis een smartelijk verlies
geleden door het overlijden van H. K. H. Prinses von Wied
geboren Prinses Marie der Nederlanden. En dat verlies is
voor H. M. de Koningin te grooter nu met deze Prinses is
heengegaan de laatste bloedverwante van de oudere generatie.
Prinses Marie werd wij weten het allen ondanks baai-
langdurig verblijf in het buitenland, geacht, geëerd, bemind
door heel het Nederlandsche volk en Zij van Hare zijde heeft
die liefde van het Nederlandsche volk nimmer onbeantwoord
gelaten.
Bij meer dan eene gelegenheid toch heeft Zij op de meest
ondubbelzinnige wijze doen blijken dat Zij was een edele Vorstin,
die met hart en ziel aan het Nederlandsche volk gehecht was.
Haar heengaan is dan ook een zware slag voor Hare Majes
teit de Koningin en het Nederlandsche volk; Hare nagedachtenis
zal ook bij ons in dankbare herinnering blijven.
Het College van Burgemeester en Wethouders heeft gemeend
in uwen geest te handelen door, ook namens Uwe Vergadering,
aan H. M. de Koningin deelneming te betuigen in het gevoelig
verlies dat H. M. heeft geleden.
Het mocht daarop van Hr. Ms. Particulier Secretaris de
volgende dankbetuiging ontvangen
Het Loo, 25 Juni 1910.
Voldoende aan de bevelen van Hare Majesteit de Koningin
heb ik de eer het Gemeentebestuur van Leiden Hoogst-
derzelver oprechten dank over te brengen voor de betuiging
van deelneming, Hare Majesteit mede namens den Gemeenteraad
gebracht, bij het overlijden van Hare Koninklijke Hoogheid
de Prinses Weduwe van Wied, Prinses der Nederlanden.
De Particulier Secretaris van H. M. de Koningin,
F. M. E. van Geen.
Aan Burgemeester en Wethouders van Leiden.
(De rede van den Voorzitter wordt door de leden staande
aangehoord en met teekenen van instemming ontvangen).
De notulen van de vorige vergadering van 9 Juni 1910 worden
goedgekeurd.
De Voorzitter deelt mede dat zijn ingekomen:
1°. Mededeeling van den Minister van Binnenlandsche Zaken,
dat eene Rijksbijdrage over '1910 ten behoeve van de Kweekschool
voor onderwijzers en onderwijzeressen is verleend van 7536
en dat die bijdrage over 1909 is bepaald op ƒ6646.41.
2°. Mededeeling van G. H. Kokxhoorn dat hij de benoeming
tot Commissaris der Stads-Bank van Leening aanneemt.
3°. Mededeeling van den Minister van Binnenlandsche Zaken
dat een Rijkssubsidie voor het jaar '1910 ten behoeve van het
Gymnasium is verleend van ƒ9177.
4°. Beschikking van den Commissaris der Koningin houdende
benoeming van Prof. Dr. R. P. van Calcar en Dr. G. M. Kruimel
tot leden der Gezondheidscommissie.
5°. Dispositie van Gedep. Staten ten geleide van de goed
gekeurde raadsbesluiten tot overname in eigendom en onder
houd bij de gemeente van een strook grond langs den Rijns-
burgerwegtot verhuring van de perceelen weiland, gemeente
Oegstgeest, Sectie E nis 780 en 781 aan de wed. C. Dieben—
Biesiot en tot onderhandsche opdracht van de levering van
den bouw der rolbasculebrug aan de firma Kloos en Zn. en
van de bewegingsinrichtingen van die brug aan de firma Figee.
6°. Dispositie van Gedep. Staten ten geleide van de goed
gekeurde raadsbesluiten tot verhooging van eenige begrootings-
posten, dienst 1909, waarvan de raming te laag is gebleken;
tot voldoening van een onbetaald gebleven vordering van den
dienst 1908 uit den post «Onvoorziene Uitgaven", dienst
1909 en tot verhooging van volgnommer 193 der begrooting,
dienst 1910, «aflossing van geldleeningen".
7°. Beschikkingen van den Commissaris der Koningin
houdende aanwijzing van Dr. L. van Itallie tot Voorzitter der
Gezondheids-Commissie en benoeming van Mr. Ph. B. Libourel
tot lid dier Commissie.
Worden voor kennisgeving aangenomen.
De Voorzitter legt vervolgens over:
1°. Verzoek van de firma de Vries Stevens e.a. om leve
ringen voor de gemeente zooveel mogelijk aan Leidsche instal
lateurs op te dragen.
Dit stuk luidt als volgt:
Aan den Gemeenteraad van Leiden.
Geven met verschuldigden eerbied te kennen, ondergetee-
kenden, installateurs voor. electrische leidingen gevestigd te
Leiden
dat zij voor leveringen van Gemeentewege te houden, ver
zoeken zoo veel mogelijk Leidsche installateurs aan te wijzen,
waar ook nu weder de illuminatie van het raadhuis door een
Haagsche installateur wordt uitgevoerd,
dat zij verzoeken indien vervanging van den onderdirecteur
der electrische centrale tijdelijk noodig is, een electrotechnisch
ingenieur aan te wijzen,
dat daarvoor nu steeds invalt een zich noemend consultee-
rend en adviseerend ingenieur, welke ook particulieren met
aanbiedingen ten dienste staat,
dat deze persoon daardoor een ongewenscht inzicht krijgt
in gemeente-zaken en een aanzien gaat genieten, als zou hij