DONDERDAG 28 OCTOBER 1909.
155
Tegen stemmen de heeren: van Tol, van der Lip, Roem,
Wildeboer, Timp, Carpentier Alting, van 'Hamel, Korevaar,
Zwiers, Corts, Sijtsma, Fokker, de Boer, van Gruting, Aalberse,
Meuleman, de Vries, Eerstens, Reimeringer, Fockema Andreae,
Hoogenboom, Bots, Driessen en van der Eist.
Vóór stemmen de heerenBosch, Briët, van Hoeken, A.
Mulder, Vergouwen en P. J. Mulder.
De heer Fokker. M. d. V. Uit het door den heer Briët
gezegde is mij gebleken, dat bij hem bezwaar bestaat tegen de
wijze van handelen van de vereeniging »Schoolkindervoeding".
Nu zijn er meer vereenigingen, die subsidie krijgen, en in het
bestuur waarvan dan een lid van den Raad zitting heeft.
Zou het dus- niet goed zijn ook aan dit subsidie de voorwaarde
te verbinden, dat een lid van den Raad deel moet uitmaken
van het bestuur dér vereeniging?
Eenige Stemmen. De heer de Boer zit erin.
De heer Fokker. Zeer juist: maar niet als lid van het
Gemeentebestuur.
De Voorzitter. Dat zou kunnen gebeuren, maar tot op
dit oogenblik is die voorwaarde niet aan het subsidie ver
bonden. Ik geloof niet, dat er reden is nu hierop verder in
te gaan. Misschien zal de vereeniging zelf zulk een voorstel doen.
Volgn. 152 wordt hierop zonder hoofdelijke stemming aan
genomen.
De volgnrs. 153 tot en'met 159 worden achtereenvolgens
zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming aan
genomen.
Pe Voorzitter. Ik schors thans de vergadering tot heden
avond kwart over acht uur.
-
AVONDVERGADERING.
Geopend des avonds te kwart over 8 uur.
Afwezig: de heeren Pera en Aalberse.
Aan de orde is de voortzetting van de behandeling der
ontwerp-begrooting voor het jaar 1910.
Volgn. 160 wordt zonder beraadslaging en zonder hoofde
lijke stemming aangenomen.
Beraadslaging over volgn. 161, luidende: i>Subsidie aan het
Genootschap Mathesis Scientiarum Genitrix 9000."
De heer Fokker. M. d. V. Ik zal geen stemming vragen over
dit volgnummer en ook geen amendement voorstellen, maar ik
wil even zeggen, dat wanneer de plannen tot hervorming
van dit soort onderwijs tot uitvoering mochten komen, waarbij
«Mathesis" misschien overbodig zou worden, ik mij voorbe
houd een volgend jaar dezen post niet zoo te laten door
gaan.
De beraadslaging wordt gesloten en volgn. 161 zonder
hoofdelijke stemming aangenomen.
De volgnrs. 162 tot en met 166 worden achtereenvolgens
zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming aange
nomen.
Beraadslaging over volgn. 167, luidende: vUitgavep voor
volksfeestenf 5250."
De heer van Hoeken. M. d. V. Het heeft mijn aandacht
getrokken, dat de financieele positie van de 3-Octoberveree
niging er in de laatste jaren goed op vooruit is gegaan. Als
wij letten op het groote aantal liefhebbers voor de uitdee-
ling, dan zien wij dat deze de gelden van de 3-October-
vereeniging voor een groot deel verslindt. Het is opmerkelijk,
hoeveel menschen zich voor die uitdeeling opgeven. Er is
van middag gesproken over misbruik maken van kinder
voeding, maar als er. van misbruik mag worden gesproken,
dan geloof ik, dat dit hierbij het geval is. En wat nu de
financiën van de gemeente betreft, geloof ik, dat het niet
op mijn 'weg ligt v,oor te stellen dit subsidie af te schaffen,
maar wel om het te verminderen tot f 500. Ik weet niet, ot
het ondersteund zal worden, maar ik zou toch willen voor
stellen het subsidie aan de 3-Octobervereeniging op f 500
te bepalen.
De heer Fokker. M. d. V. Burgemeester en Wethouders
hebben in hun antwoord medegedeeld, dat een voorstel tot
vernedering van dit subsidie van hen niet kon worden ver-
wajBI Nu er echter een voorstel is gekomen uit den.Raad,
zouWk gaarne willen weten, hoe Burgemeester en Wethouders
daaroyer denken.
De heer A. Mulder. Ik zal voor dit amendement stemmen,
hoewel ik overtuigd ben, dat wij allen de 3-Octobervereeni-
ging $en goed hart toedragen. Het is ook niet de bedoeling
om de 3-Octobervereeniging te fnuiken, maar boven de f 1000,
die zij van de gemeente ontvangt, geloof ik, dat haar nog
een groot bedrag geschonken wordt, zij het ook niet in den
vorm van contanten. Ik meen daarbij toch te kunnen voegen,
dat een 'aantal werklieden, die in dienst der gemeente zijn,
hunne diensten geven ten behoeve van het 3-Octoberfeest.
Op het land wordt toch al tijden tevoren door de stadswerk-
lieden heel wat werk gedaan, al is dit dan niet uitsluitend
ten bate van de 3-Octobervereeniging. Ik meen, dat men het
eenigszins in aanmerking moet nemen bij het subsidie, dat
de vereeniging krijgt, en daarenboven meen ik ook, dat de
vereeniging krachtig genoeg is om die 500 te kunnen missen.
De heer van der Lip. De heer Fokker heeft gevraagd, hoe
Burgemeester en Wethouders denken over het amendement.
Ik kan hem meedeolen, dat Burgemeester en Wethouders er
niet gunstig over denken; zij zijn er bepaald'tegen om het
subsidié aan de 3-Octobervereeniging te verminderen. Ik begin
in de eerste plaats met op te iperken, dat indertijd aan de
3-Octobervereeniging een Subsidie is verleend onder1 deze voor
waarde, dat eerst wanneer het saldo of de reserve van de
vereeniging meer bedraagt dan f 1500, het subsidie zou
worden verminderd met zoodanig bedrag als de reserve de
som van 1500 te boven gaat. Er is dus bepaald, dat de
vereeniging zou krijgen f 1000, en dat dit bedrag alleen dan
zou verminderd worden, wanneer de reserve klom tot boven
de f 1500.Wanneer wij' ons aan die voorwaarde willen houden,
dan zou om die reden alleen het amendement moeten ver
worpen worden. Boverdien komt het ons College voor, dat
dit subsidie alleszins gerechtvaardigd is. De 3-Octoberver
eeniging zorgt ieder jaar op loflijke wijze voor een volksfeest,
ons zijn nooit klachten over de feestviering ter ooren gekothen,
behalve een paar jaar geleden de klacht over den «paar
denkop" van den heer van der Eist. Overigens is het steeds
een passende feestviering, waarvan de geheele burgerij kan
genieten. De gemeente heeft verder ook wel eenig belang bij
eene eenigszins ruime toelage, want wanneer de vereeniging
haar werk eens neerlegt, dan zou datgene, wat zij tot dus
verre heeft gedaan, van gemeentewege moeten geschieden,
want feest op 3 October moet er zijn, dat spreekt vanzelf.
En dan zou het de gemeente nog veel duurder uitkomen,
dan het subsidie, dat wij nu aan de 3-Octobervereeniging
geven.
Wat de opmerking van den heer Mulder betreft, ik geloof
dat deze niet juist is. Voor zoover ik weet worden er nu
door de gemeente geen werklieden meer aan de vereeniging
afgestaanin vroegere jaren wel, maar toen gaf de Gemeente,
ook maar,een subsidie van f 400. Naderhand is dit op f 800
gebracht, juist omdat de vereeniging het gebruik miste van
het personeel en het m'ateriaal van de gemeente. De heer Mulder
vergist zich dus, meen ik, wanneer hij zegt, dat ook op nog
andere wijze de 3-Octobervereeniging van gemeentewege
eene tegemoetkoming krijgt.
Om al deze redenen meenen Burgemeester en Wethouders
de aanneming van het amendement te moeten ontradenzij
zouden het aangenaam vinden, wanneer de post onveranderd
gehandhaafd bleef.
De heer Vergouwen. M. d. V. In hetgeen de heer van
der Lip heeft gezegd, vind ik aanleiding* om te vragen, of de
eventueele vermindering van het subsidie met f 500 de
3-Octobervereeniging in zulk een toestand zal brengen, dat
de gemeente zal moeten bijspringen als zij dit bedrag derft.
Ik geloof, dat de vereeniging krachtig genoeg is om die
f 500 te kunnen missen en dat zij daardoor niet direct
minder zalworden. Ik geloof dus, dat wij de gevolgen van het
amendement voor de 3-Octobervereeniging niet te zwaar
moeten opvatten.
De beraadslaging over het amendement wordt gesloten.
Het amendement van den heer van Hoeken wordt in stem
ming gebracht en met 20 tegen 9 stemmen verworpen.
Tegen stemmen de heeren: van der Lip, Roem, Wildeboer,
Carpentier Alting, van Hamel, Korevaar, Zwiers, Corts,
Fokker, de Boer, van Gruting, Meuleman, de Vries, Kerstens,
Reimeringer, Fockema Andreae, Hoogenboom, Bots, Driessen
en van der Eist.
Vóór stemmen de heeren: Bosch, van Tol, Briët, Timp,
Sijtsma, van Hoeken, A. Mulder, Vergouwen en P. J.. Mulder.