47 personen en de daaraan toe te kennen werkloonen. Binnen 4 dagen doen zij deze declaratie volgen door een evenzoo onderteekende loonlijstwaarop naast de namen van het per soneel het door ieder ontvangen bedrag nauwkeurig is ingevuld, terwijl hierachter de vhandteekeningen voor ontvangstdier personen moeten voorkomen. Art. 41. Aan dengeen, die zich verwijdert, voordat de rol is afge lezen, zonder daartoe vergunning te hebben gekregen, wordt geen werkloon, noch aandeel in de premie toegekend. Art. 42. Deze verordening treedt in werking op Op dat tijdstip worden buiten werking gesteld de verorde ning van den Oden Juli 1899 Gemeenteblad no. 7) en die van den len September 1908 Gemeenteblad no. 33), houdende wijziging dier verordening. N°. 84. Leiden, 19 Maart 1909. Tegen inwilliging van het hierbij overgelegd verzoek van den heer G Beun, om eervol ontslag uit zijne betrekking van onderwijzer aan de Openbare Jongensschool 2e klasse alhier, bestaat bij ons geen bezwaar. Onder overlegging van het daaromtrent uitgebracht advies van het hoofd der school, geven wij U mitsdien in overweging aan den heer G. Béun, op zijn verzoek, met ingang van 25 April a s. eervol ontslag uit zijne betrekking te verleenen. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Leiden, 16 Maart 1909. Naar aanleiding van Uw verzoek om te willen dienen van bericht en raad omtrent de aanvrage van ontslag met ingang van 25 April a. s van den heer G. Beun, onderwijzer aan de Openb. Jongensschool 2e klheb ik de eer U te berichten, dat ik Uw college in overweging geef den Gemeenteraad te adviseeren aan het verzoek van bovengenoemden onderwijzer gevolg te geven. Het hoofd der openbare Jongensschool 2e kl. W. Cramer. Aan lleeren Burgemeester en Wethouders van Leiden. Aan den Gemeenteraad van Leiden. Geeft met vei schuldigden eerbied te kennen, Beun, Gideon, onderwijzer aan de Openbare Jongensschool 2de klasse, (hoofd de heer W. Cramer), dat hij met ingang van 27 April a. s. benoemd is tot onderwijzer aan een kostschool te Acton, London W, Enge land, en dat hij deswege eervol ontslag vraagt uit zijn tegen woordige betrekking, met ingang van '25 April a. s. 't Welk doende, enz. G. Beun. Leiden, 15 Maart 1909. N°. 85. Leiden, 19 Maart 1909. Tegen inwilliging van nevensgaand verzoek van Mr. J. C. van der Lip om eervol ontslag als Commissaris der Stads Bank van Leening bestaat noch bij commissarissen dier inrichting noch bij ons college bezwaar. Mitsdien geven wij Uwe Vergadering in overweging aan Mr. J. C. van der Lip op zijn verzoek eervol ontslag te ver leenen als Commissaris der Stads Bank v .n Leening, onder dankbetuiging voor de goede diensten door hem in die betrek king aan de gemeente bewezen. Ter vervulling van de vacature, door dat ontslag ontstaande, bieden wij U, ingevolge het bepaalde bij art. 1 van het Regle ment der Bank de volgende alphabetische voordracht aan, met. verzoek tot de benoeming van een nieuwen commissaris over te gaan. 1°. A. CORTS. 2°. Mr. A. VAN DER ELST. 30. Mr. A. J. FOKKER. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Leiden 22 Februari 1909. De ondergeteekende heeft de eer uwen Raad eerbiedig te verzoeken hem eervol ontslag te willen verleenen uit de betrekking van Commissaris van de Stadsbank van Leening. 't Welk doende enz. J. C. van der Lip. Aan den Raad der Gemeente Leiden. Te Leiden, ter Boekdrukkerij van J. J. GROEN ZOON.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1909 | | pagina 5