DONDERDAG 22 OCTOBER 1908. 185 11°. Verzoek van de Naaml. Vennootschap »Leidsche Manu- facturenhandel" om het door haar ingediend verzoek om ontheffing van het bepaalde in art. 19, le lid, der Bouw verordening als niet gedaan te beschouwen, Dit stuk luidt als volgt: Leiden 20 October 1908. Aan den Raad der gemeente Leiden. Ondergeteekende geeft met verschuldigden eerbied te kennen, dat door hem op 19 September 11. een verzoekschrift is ingediend tot ontheffing van het bepaalde in art. 19 al. 1 der bouwverordening. Dat sinds dien echter door hem de bouwplannen zijn gewijzigd. Weshalve hij U alsnog beleefd vraagt, het toen ingediende verzoek als niet gedaan te beschouwen. Hetwelk doende Uw Ed. dw. d. De Naaml. Venn. Leidsche Manufacturen- handel v. Vroom en Dreesmann. Direct. W. A. A. Kerckhoff. Zal worden behandeld bij punt 22 der agenda. 12°. Schrijven van den Ned. Bond van Gemeente-ambtenaren in zake de verbetering der positie van de Ambtenaren ter Secretarie. De Voorzitter. Dit is een uitvoerig gedrukt stuk en het komt mij voor, dat het beter aan het doel beantwoordt door het in de Leeskamer ter visie te leggen, dan door het nu hier voor te lezen. De leden zouden er nu door voorlezing niet zoo goed kennis van kunnen nemen. Het betreft hier een aandrang, om bij de samenstelling van de begrooting rekening te houden met een stelsel, een bepaald systeem van be zoldiging, dat in het adres wordt ontwikkeld. Ik zou het 't beste vinden, als het stuk ter visie werd gelegd, dan kunnen de leden er vóór de behandeling van de begrooting wel kennis van nemen. lntusschen wil ik opmerken, dat het mij bij oppervlakkige beschouwing voorkomt, dat de salarissen van de meeste ambtenaren reeds voldoen aan de eischen, in dat systeem aanbevolen. Wordt besloten, dat het schrijven in de Leeskamer ter inzage zal worden gelegd. De Voorzitter deelt alsnog mede 1°. dat aan den leeraar aan de Hoogere Burgerschool Dr. J. C. Schalkwijk, met ingang van 7 September 1908, een ver hooging van wedde ad ƒ45 is toegekend wegens het geven van 1 lesuur per week meer. In verband hiermede wordt zijn pensioens-grondslag nader vastgesteld op ƒ2190. 2°. dat op Maandag 2 November a.s. des middags van 2—4 uur ten Raadhuize eene verkiezing zal plaats hebben van zes leden van de Kamer van Koophandel en Fabrieken, en dat in het stembureau zitting zullen hebben de heeren G. P. Timp en Mr. A. van der Eist met den Burgemeester of wien hem vervangt. Alle overige raadsleden kunnen als plaatsvervangers optreden van de heeren Timp en van der Eist. 3°. dat in de Commissie bedoeld in art. 22 van het Werk liedenreglement zijn benoemd: door Burgemeester en Wethouders: tot leden: P. Hoogeboom en A. Corts; tot plaatsverv. leden: W. C. Mulder en L. van der Laan; bij de op 23 September en 2 October j.l. gehouden verkiezing: tot ledenA. Segaar en N. J. Moonen tot plaatsverv. ledenG. A. Annokkee en J. Heemskerk. Aan de orde is alsnu: I. Verzoek van Mej. J. Reudler om eervol ontslag als leerares aan de Hoogere Burgerschool voor Meisjes. (Zie Ing. St. n°. 242.) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming eervol verleend. II. Verzoek van Mej. C. E. Maclaine Pont om eervol ontslag als hoofd der Meisjesschool 1° klasse. (Zie Ing. St. u°. 245.) De Voorzitter. Burg. en Weth. stellen voor, dat ontslag eervol te verleenen. De heer Sijtsma. M. d V. ik heb er natuurlijk geen bezwaar tegen, dat dat ontslag eervol wordt verleend, maar ik zou Burg. en Weth. in overweging willen geven, met de benoe ming van een plaatsvervanger niet te veel haast te maken, omdat er door mij en eenige andere personen een voorstel zal worden ingediend, tot combinatie van de twee eerste klasse scholen. Dat voorstel zal bij de begrooting in behandeling kunnen komen, en daarom lijkt het mij beter, tot zoo lang te wachten met de voorbereidende werkzaamheid voor deze benoeming. De Voorzitter. Ik geloof niet, dat het gewenscht is, vooruit te loopen op voorstellen, die bij den Raad aanhangig zullen gemaakt worden. De sollicitanten zijn opgeroepen, de adressen ingekomen, en dan zal moeten worden beslist, of een voor dracht den Raad zal bereiken De heer van Hamel. M. d. V. Ik wilde nog even opmerken, dat men toch bezwaarlijk met de benoeming zal kunnen wachten, totdat de voorstellen, die eventueel den Raad zullen bereiken, aangenomen worden, omdat er nog een heele tijd zal verloopen, voordat die voorstellen algeheel beslag zullen hebben gekregen. Daarvoor is noodig het schooltoezicht en voorbereidende maatregelen van onderzoekdan kan er nog appèl komen, en dat alles gaat met groot tijdverlies gepaard, zoodat het niet mogelijk zal zijn, de benoeming zoolang aan te houden. De heer Pera. M. d. V. Zooals de heer van Hamel het voorstelt, zouden de paarden achter den wagen gespannen worden, doordat wij ons op die wijze aanstonds de handen gaan binden. Is het noodzakelijk, dat er zoo spoedig mogelijk een hoofd wordt aangesteld, laat ons dan besluiten tot een tijdelijke benoeming. Als ik den heer Sijtsma goed begrijp, den zal, als de beide scholen gecombineerd worden, er geen geen nieuw hoofd noodig zijn. Daarom lijkt het mij beter dan een tijdelijk hoofd te benoemen, zoodat wij over eenige maanden weer vrij zijn. De Voorzitter. Mag ik den heer Pera even opmerken, dat het aan den Raad zelf staat, een eventueele benoeming niet te doen plaats hebben. De opmerking van den heer van Hamel is in zooverre juist, dat het voorstel er nog niet is. Burg. en Weth. kunnen dus moeilijk maatregelen nemen met het oog op een voorstel, dat er nog niet is. En zelfs al was het voor stel er al, dan konden de voorbereidingen voor de benoemin gen geregeld hun gang gaan, totdat het voorstel wordt aan genomen. De heer Sijtsma. Ik wilde alleen nog de opmerking maken, dat het voornemen bestaat, bij de behandeling van de be grooting met een dergelijk voorstel te komen. Nu staat de behandeling van de begrooting voor de deur. De oproeping heeft echter reeds plaats gehad naar ik vernam. Als men nu met een voordracht bij den Raad komt en later zou het be sluit vallen, die scholen te combineeren en het hoofd zou dan niet meer noodig zijn, dan zouden al de drukte en kosten voor niet gemaakt zijn. Daarom wilde ik tot eenig remmen aan sporen. De Voorzitter. De heeren hebben gehoord, wat het ge voelen van Burg. en Weth. is en de heeren hebben medege deeld, wat zij van plan zijn. De beraadslaging wordt gesloten. Het gevraagde ontslag wordt zonder hoofdelijke stemming eervol verleend. III. Verzoek van J. W. Segaar om eervol ontslag als onder wijzer aan de school der 4e klasse N° 1. (Zie Ing. St. No 251.) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming eervol verleend. IV. Benoeming van de Voorzitters, leden en plaatsvervan gende leden van de stembureaux in het 2e Kiesdistrict voor de eventueele stemming en herstemming ter benoeming van een lid van den Gemeenteraad (vacature-Le Poole). De Voorzitter. Eenige wijziging is noodig in het voorstel sub 4°. Burg. en Weth. stellen voor, in het hoofdstembureau te benoemen in plaats van den heer Zaalberg den heer Driessen. De heer Fokker. Het stembiljet inziende, bemerk ik, dat voor het 5e stemdistrict als tweede lid de heer Mr. van Leeuwen wordt voorgesteld. Nu is het mij bekend, dat Mr. van Leeu wen eenigen tijd in 's Bosch zal verblijven en moeilijk kan overkomen. Nu wij toch gaan veranderen, zou dit wellicht ook veranderd kunnen worden. De Voorzitter. Ik moet u opmerken, dat voor stemdistrict 5, drie plaatsvervangers zijn, van geen van wien bekend is, dat zij dien dag verhinderd zijn. Het zal wel 't beste zijn, die zaak maar zoo te laten. Er zullen dus nu eenige benoemingen moeten worden ge daan Ik noodig de heeren van Hamel, Driessen, De Boer en Vergouwen uit, het stembureau te willen formeeren. Worden benoemd met algemeene (27) stemmen, behalve de heer H. C. Juta, die 26 stemmen verkrijgt (één stem is uitgebracht op Mr. E. de Vries), de navolgende heeren:

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1908 | | pagina 3