78 DONDERDAG 26 MAART 1908. tijd op den duur even zeker verdringen als het metrieke stelsel den Amsterdamschen voet vervangen heeft. Bijtijds moet Nederland de goede zijde kiezen, eenheid van tijd met geheel Midden-Europa verkrijgen en zich niet door de spoor wegmaatschappijen den Greenwichtijd laten opdringen. Wij houden ons aanbevolen voor mededeeling aan onzen eersten Secretaris van hetgeen Uw Raad naar aanleiding van deze missive besluiten zal. En wij twijfelen niet of de zoo algemeene volkswensch, waaraan het wetsontwerp op de tijd- regeling van Minister Rink beantwoordde, zal ook door het tegenwoordige ministerie en door de Tweede Kamer inge willigd worden, wanneer slechts blijke dat men in breede kringen niet met de averechtsche beschouwingen van de spoorwegmaatschappijen, van den effectenhandel en van som mige der groote persorganen, die sedert 1892 hunne meening gewijzigd hebben, wenscht mede te gaan. Het Bestuur voornoemd: J. S. Meuwsen, Voorzitter Amsterdam. Mars van Hout, Onder-Voorz. Helmond. W. Nieuwenhuizen, Secretaris Nijmegen. H. Hermens Moons, 2e Roermond. J. Das Dzn., Penningmeester Utrecht. Thijs Plet, 2e Nijmegen. A. A. CollenteurRotterdam. Ed. G. SchurmannRotterdam. W. H. NederhoedLeeuwarden. Fr. KeulemansMiddelburg. C. M. M. van den Berg. Rijswijk. C. A. CrebasGroningen. 21 Maart 1908. De Voorzitter. Naar aanleiding van dit adres wensch ik mede te deelen, dat Burg. en Weth. eenigen tijd geleden een voorstel van de Kamer van Koophandel ontvingen de heeren hebben het waarschijnlijk wel in de courant gelezen om een wettelijke regeling van den tijd te verkrijgen, welken tijd dan ook, hetzij den Midden-Europeeschen, den Amsterdamschen of den Greenwichtijd, opdat vergissingen onmogelijk zouden zijn. Burg. en Weth. hebben aan dat verzoek gevolg gegeven en het gesteund. Üm die reden stel ik thans voor, het verzoek in handen van Burg. en Weth. te stellen ter afdoening. De heer Fockema Andreae. Dat is dus zeker in de ver onderstelling, dat Burg. en Weth. hun houding niet wijzigen en niet zullen aandringen op de invoering van een bepaalden tijd. De Voorzitter. Natuurlijk is het in de veronderstelling dat Burg. en Weth. niet zullen afwijken van hun houding. De heer Pera. M. d. V. Ik zou er vóór zijn om instemming te betuigen met het voorstel, dat hier gedaan wordt. Ik weet, dat de kwestie van de tijdregeling in den Raad menigmaal een punt van bespreking heeft uitgemaakt, waaraan ik, jaren geleden, ruimschoots heb deelgenomen. Geheel en al kan ik mij vereenigen met het oordeel, dat hier is uitgesproken. Het zal ongetwijfeld van belang zijn als wij komen tot den Midden- Europeeschen tijd, zoowel voor de samenleving in 't algemeen als voor de industrie in 't bijzonder. Als dit idee geen meerderheid in den Raad kan vinden, is er natuurlijk niets aan te doen, maar ik neem toch aan, dat dewenschelijkheid van den Midden-Europeeschen tijd thans vrij algemeen ge voeld wordt. Daarom ligt het op onzen weg er voor te ijveren, dat deze tijdregeling tot stand komt. De Voorzitter. Mag ik vragen, of de meerderheid van den Raad bezwaar heeft, om dit adres in behandeling te nemen en af te doen? De heer Sijtsma. M. d. V. Zou het niet wenschelijk zijn, dat Burg. en Weth. een praeadvies uitbrengen over dit adres? Wij kunnen het dan op de volgende vergadering behandelen. Dat praeadvies behoeft niet uitvoerig te zijn, maar we zijn op dit oogenblik nog niet erg voorbereid. Er kan óver deze tijden heel wat gezegd worden en misschien zal dat ook ge beuren. Op het oogenblik acht ik mij niet competent, een op eigen overtuiging gegronde meening daarover uit te spreken. De Voorzitter. Ik maak er op opmerkzaam, dat we hier eigenlijk niet met een verzoek te doen hebben. Het is dan ook niet op zegel. Er is dan ook alle reden voor, om de zaak eenvoudig aan Burg. en Weth. over te laten ter afdoening. Nu de Raad daarover eenigszins verdeeld schijnt te zijn, geef ik in overweging dit voorstel in stemming te brengen. De heer Fockema Andreae. M. d. V. Mag ik even een op merking maken naar aanleiding van hetgeen ik daar van u hoor? Als dat adres niet op zegel is, dan is er niets aan de orde en kunnen wij dus niets besluiten. Wanneer nu iemand adhaesie wil betuigen, moet hij dat te zijner tijd maar als voorstel bij den Raad indienen. Ik hoop, dat de Raad dat dan met groote meerderheid zal verwerpen. De Voorzitter. Mijne heeren, er schiet dus niets anders over dan het adres voor kennisgeving aan te nemen. Het adres wordt voor kennisgeving aangenomen. 6°. Verzoek van L. J. Doove om dispensatie van het verbod vervat in art. 75bis der verordening op de Straatpolitie. Wordt gesteld in handen van Burg. en Weth. Aan de orde is alsnu: II. Voorstel tot bestendiging van de huur van het perceel Nieuwsteeg n°. 10. (Zie Ing. St. n°. 11). Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming aan genomen. III. Voorstel tot verhooging van eenige posten der begrooting, dienst 1907, waarvan de raming te laag is gebleken. (Zie Ing. St. no. 78). Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming aan genomen. IV. Voorstel tot verhooging van volgnr. 116 der begrooting, dienst 1907, Kosten van het Slachthuis". (Zie Ing. St. n°. 80). Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming aan genomen. V. Voorstel tot verhooging van de begrooting, dienst 1907, ten behoeve van de uitkeering van de aan de eigenaren van de te onteigenen perceelen in de Paardensteeg toegekende schadeloosstellingen. (Zie Ing. St. n°. 81). Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming aan genomen. VI. Verzoek van de Naamlooze Vennootschap «Nationaal Grondbezit" om vergunning tot het bouwen van een houten loods, bestemd tot berging van automobielen, in den tuin van het perceel Terweepark N°. 2. (Zie Ing. St. n°. 74). Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming con form het praeadvies besloten. VII. Voorstel om aan H. M. de Koningin voor te stellen, Burgemeester en Wethouders te machtigen aan J. J. Bulters vergunning te verleenen voor den verkoop van sterken drank in het klein in de gemeentelijke Graanbeurs en het koffie huis »de Burcht". (Zie Ing. St. n°. 76.) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming aan genomen. VIII. Voorstel om het leggen van de overdekking van ge wapend beton op de verbreede Borstelbrug op te dragen aan de «Hollandsche Maatschappij tot het maken van werken in gewapend beton" te 's Gravenhage. (Zie Ing St. n°. 79.) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming aan genomen. IX. Adres van de Leidsche Varkensslachtersvereeniging houdende een 6-tal verzoeken in zake het gebruik van het Openbaar Slachthuis. (Zie Ing. St. n°. 23). Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming con form het praeadvies besloten. X. Gewijzigd voorstel in zake de onteigening, ten name van de vereeniging tot bevordering van den bouw van werk manswoningen, van eenige perceelen in het stadsgedeelte, begrepen tusschen het Levendaal, de Geeregracht, de Kal ver straat en de Zijdgracht en het verleenen van een voorschot, benevens een bijdrage uit de gemeentekas in de kosten dier onteigening en in de kosten van uitvoering van het nader ingediende plan tot verbetering van den woningtoestand in genoemd bouwblok. (Zie Ing. St. n°. 65). De Voorzitter. In het voorstel van Burg. en Weth. komt op pagina 45 een wijziging. Daar staat: »Op grond van al het aangevoerde geven wij u dus thans in overweging, met intrekking van uw besluit van 10 Januari 1907" enz.; ik verzoek dit als volgt te lezen: »Op grond van al het aan gevoerde geven wij u dus thans in overweging, met wijziging van uw besluit van 10 Januari 1907, te besluiten:

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1908 | | pagina 2