178 Tevens moet bij het verzoek tot opneming worden over gelegd eene verklaring van den geneesheer, die den lijder het laatst behandeld heeft, in welke verklaring de voornaamste verschijnselen der ziekte worden vermeld, en waaruit duide lijk moet blijken dat de patient niet aan krankzinnigheid noch aan eene besmettelijke ziekte lijdende is. Art. 3 Er zijn drie klassen van verpleging, waarin zoowel manne lijke als vrouwelijke patiënten worden verpleegd. Art. 4. De verpleegden der eerste klasse zijn gehuisvest in de uit sluitend voor hunne verpleging ingerichte villa Rhijngeest, waar ieder hunner een afzonderlijke kamer heeft en een ge zelschapszaal te hunner beschikking is. Zij gebruiken de maaltijden gezamenlijk, tenzij de behan delende geneesheer afwijking van dezen regel wenschelijk acht. Zij kunnen van alle wandelingen op het landgoed Rhijn geest gebruik maken. Art 5. De verpleegden der tweede klasse A en B zijn gehuisvest in het hoofdgebouw. Die der tweede klasse A hebben slaapkamers, ingericht voor twee, drie of vier verpleegden of afzonderlijke slaap kamers; die der tweede klasse B slaapkamers, ingericht voor twee of vijf verpleegden. De plaatsing der verpleegden in de verschillende vertrekken wordt geregeld in verband met hetgeen uit een geneeskundig oogpunt voor hen wenschelijk geacht wordt. Er zijn voor beide klassen gezelschapszalen, ingericht ten gebruike van de verpleegden. In elk der beide afdeelingen van deze klassen gebruiken de verpleegden de maaltijden gezamenlijk, tenzij de behande lende geneesheer afwijking van dezen regel wenschelijk acht. Zij kunnen gebruik maken van het landgoed Rhijngeest met uitzondering van een uitsluitend voor de verpleegden der eerste klasse bestemd gedeelte. Art. 6. De kosten van verpleging in de eerste klasse bedragen, naar gelang van de kamer, welke de verpleegde in gebruik heeft, 28.35.of 42.per week, waarbij een ge deelte van eene week voor eene geheele week wordt berekend. Onder deze verpleegkosten zijn begrepen pension met be diening, het eerste onderzoek van den hoogleeraar, de ver dere geneeskundige behandeling door de geneesheeren van Rhijngeest, versterkende middelen, medicamenten en baden Buitengewone middelen, als mineraalwateren, suikervrije melk, handchocolade, wijnen, specialité's enz. worden afzonderlijk in rekening gebracht. Latere consulten met den hoogleeraar worden afzonderlijk aan dezen gehonoreerd. Aan de patiënten wordt door den Geneesheer-Directeur desverlangd en voor zooverre beschikbaar, afzonderlijk ver plegend personeel verschaft. Voor een afzonderlijke dag- of nachtverpleegster of ver pleger der inrichting is 3 per dag of per nacht verschuldigd. Is geen verpleegster of verpleger der inrichting beschik baar en moet deze tijdelijk in dienst worden genomendan is voor kosten van voeding en huisvesting ƒ1.50 per dag verschuldigd, onverminderd het bedrag, dat aan deze ver pleegsters of verplegers als salaris moet worden uitgekeerd en door de patiënten met hen moet worden verrekend. Het bedrag der verpleegkosten moet vooruit betaald worden. Art. 7. De kosten van verpleging in de tweede klasse A bedragen bij verpleging met anderen in één kamer gedurende de eerste en tweede week der verpleging ƒ21.per week, waarbij een gedeelte van eene week voor eene geheele week wordt berekend. Gedurende den verderen verpleegtijd wordt men geacht zich telkens voor eene maand verbonden te hebben tegen betaling van f 60.per maand (van 30 dagen). Onder deze verpleegkosten zijn begrepen pension met be diening, het eerste geneeskundig onderzoek, de verdere ge neeskundige behandeling, versterkende middelen, medicamenten en baden. Buitengewone middelen, als mineraalwateren, suikervrije melk, handchocolade, wijnen, specialité's enz. worden afzonderlijk in rekening gebracht. Wanneer het gebruik eener afzonderlijke slaapkamer wordt gewenscht, kan, zoolang de beschikbare ruimte dit toelaat, aan dat verlangen door den Geneesheer-Directeur worden voldaan tegen extra-betaling van ƒ7.per week gedurende de eerste en tweede week der verpleging en 40.per maand gedurende den verderen verpleegtijd. Patiëntendie om de een of andere reden niet met andere lijders in één kamer kunnen worden verpleegd, zijn verplicht van eene afzonderlijke kamer gebruik te maken tegen beta ling van bet biervoren genoemd tarief. Door den Geneesheer-Directeur wordt desverlangd en voor zooverre beschikbaar afzonderlijk verplegend personeel ver schaft Voor een afzonderlijke dag-of nachtverpleegster of verpleger der inrichting is ƒ2.50 per dag of per nacht verschuldigd zonder extra-betaling voor het gebruik eener afzonderlijke kamer. Is geen verpleegster of verpleger der inrichting beschikbaar, en moet deze tijdelijk in dienst worden genomen, dan is voor kosten van voeding en huisvesting 1.25.— per dag ver schuldigd, onverminderd het bedrag, dat aan deze verpleeg sters of verplegers als salaris moet worden uitgekeerd en door de patiënten met hen moet worden verrekend. Het bedrag der verpleegkosten moet vooruit betaald worden. Art. 8. De kosten van verpleging in de tweede klasse B bedragen gedurende de eerste en tweede week der verpleging 15. per week, waarbij een gedeelte van eene week voor eene ge heele week wordt berekend. Gedurende den verderen verpleeg tijd wordt men geacht zich telkens voor eene maand ver bonden te hebben tegen betaling van 40.per maand, (van 30 dagen). Onder deze verpleegkosten zijn begrepen pension met be diening, het eerste geneeskundig onderzoek, de verdere genees kundige behandeling, versterkende middelen, medicamenten en baden Buitengewone middelen, als mineraalwateren, suikervrije melk, handchocolade, wijnen, specialités enz. worden afzonderlijk in rekening gebracht. Het bedrag der verpleegkosten moet vooruit betaald worden. Art. 9. Iedere verpleegde moet in het bezit zijn van de noodige kleedingstukken, in overeenstemming met zijn stand en levenswijze. Doorgaans zullen van onderkleederen zes stuks van elk voldoende zijn. Elk kleedingstuk moet behoorlijk gemerkt zijn, terwijl een nauwkeurige opgave moet worden overgelegd van die, welke de lijder medebrengt. De verpleegden voorzien zeiven in het wasschen van hun lijf- en linnengoed; desgewenscht wordt hun eene geschikte gelegenheid aan de hand gedaanwaar zij dit kunnen doen verrichten. Art. 10. Bezoeken aan verpleegden, ook van geestelijken, mogen in het Sanatorium alleen plaats hebben op de daarvoor vast gestelde dagen en uren en met toestemming van de behande lende geneesheeren. Art. 11. De Geneesheer-Dire.cteur is bevoegd verpleegden, die zich onbehoorlijk gedragenzich niet storen aan voorschriften vari orde en tucht, in wier verpleegkosten niet of niet behoorlijk wordt voorzienof bij wie zich verschijnselen eener besmette lijke ziekte of van krankzinnigheid voordoen, na bekomen verlof van den Voorzitter der Commissie van Beheer, uit het Sanatorium te verwijderen. Art. 12. Indien de verpleegde vóór den vijftienden dag der verple ging vertrekt, heeft nimmer terugbetaling van verpleegkosten plaats. Bij vertrek na verloop van dien termijn, alsook wanneer het vertrek geschiedt op verlangen van den Geneesheer- Directeur, worden de verpleegkosten berekend tot en met den dag van vertrekmits in het eerste geval door de ver pleegden tenminste 5 dagen tevoren aan den behandelenden geneesheer van het vertrek mededeeling is gedaan. Bij overlijden worden de verpleegkosten berekend tot en met den dag van het vervoer van den overledene. Voor verblijf van verpleegden buiten de inrichting wordt geene korting verleend. Art. 13. Het begeleiden bij opneming of bij vertrek kan geschieden door verplegend personeel van het Sanatorium, tegen betaling per dag van 3 voor de patiënten der eerste klasse, 2.50 voor die der tweede klasse A en 1.50, voor die der tweede klasse B per geleider, benevens reis- en, zoo noodig, verblijfkosten. Art. 14. In de begrafenis van verpleegden wordt niet door het Sanatorium voorzien. Art. 15. Deze verordening treedt in werking op den len Januari 1908. Tegelijkertijd wordt buiten werking gesteld de verordening van 9 Juli 1903, houdende voorwaarden van opneming en verpleging van lijders in het Sanatorium voor zenuwlijders «Rhijngeest" te Oegstgeest (Gemeenteblad No. 34). Aan den Gemeenteraad. Burg en Weth. van Leiden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1907 | | pagina 4