116 N°. 205. Leiden, 2 Juli 1907. Tegen den in hare handen gestelden suppletoiren staat van begrooting van het H. G. of Arme Wees- en Kinderhuis en den staat van af- en overschrijving op de begrooting dier instelling, beide het dienstjaar 1906 betreffende, heeft de Commissie van Financiën geene bedenking. Zij adviseert U beide staten goed te keuren. Aan den Gemeenteraad. De Comm. van Financiën. N°. 206. Leiden, 3 Juli 1907. Reeds in de maand December van het jaar 1904 werd door de Plaatselijke Schoolcommissie onze aandacht gevestigd op enkele gebreken van de openbare lagere school der 2e klasse voor jongens en meisjes, die voorziening eischten. In dat gebouw waren nl. twee localen, die beiden elk twee klassen herbergden, zonder de daarvoor vereischte afmetingen te hebben en bovendien ontbrak aan dat gebouw een gym- nastieklocaal. Daarna werd door den heer Sijtsma in de Raadszitting van 8 Juni 1905 gewezen op de behoefte welke z. i. op die school bestond aan een 7e klasse. Eenerzijds, zoo merkte hij op, ging het onderwijs in de zes klassen dier school niet ver genoeg om de leerlingen rijp te doen zijn voor de in richtingen van hooger en middelbaar onderwijs hier ter stede, en anderzijds kon het leerplan ook niet die ouders bevredigen, die hun kinderen nog iets meer willen doen leeren, dan het meest elementaire lager onderwijs. Het gevolg hiervan was dat zoowel de leerlingen die hun opleiding wenschten voort te zetten aan het gymnasium of de Hoogere Burgerschool als die, wier ouders hen gaarne nog wat meer wenschten te doen leeren, nog een jaar het onderwijs moesten volgen in de 7e klasse van een der beide andere 2e klasse scholen, hoewel aan dezen overgang van de eene naar de andere school groote bezwaren verbonden waren en ondanks de ge brekkige aansluiting van het onderwijs op de scholen der 2e klasse onderling, waardoor die bezwaren nog werden verhoogd. Inzonderheid voor de laatstbedoelde categorie van leerlingen was deze ongewenschte toestand dan ook veelal oorzaak dat de ouders hun kinderen maar liever geheel van de school afnamen, dan hen nog voor een jaar naar een andere school te sturen. Ook was het duidelijk dat dit min-afgeronde van het onderwijs van de school aan de Oude Vest van den aan vang af op de keuze eener school door de ouders moest influenceerendie dan ook over het algemeen aan de andere 2e klasse scholen de voorkeur gaven. Hoewel nu de bezwaren van de schoolcommissie volkomen gegrond waren, en anderzijds ook die van den heer Sytsma, getuige het daaromtrent door de schoolcommissie uitge bracht, in de Leeskamer ter inzage liggend rapport, niet ongegrond konden worden geacht, zoo hebben wij toch gemeend ons tot heden van nieuwe voorstellen tot uitbreiding van de school aan de Oude Vest te moeten onthouden. Immers in de laatste jaren was reeds veel aan die school ten koste gelegd, en bovendien deed de algemeene financieele toestand van de gemeente, ook in verband met andere onderhanden zijnde werken, wier uitvoering groote uitgaven eischte, ons huiverig zijn andermaal een vrij belangrijk bedrag voor de verbouwing dezer school aan te vragen. Thans echter is de nood dringend en kan niet langer met een vergrooting van de school worden gewacht zonder den goeden gang van het onderwijs in gevaar te brengen. Immers nog daargelaten de bezwaren waarop de schoolcom missie wees, en de goede gronden, waarop de heer Sytsma op uitbreiding met een 7e klasse meende te moeten aandringen, neemt ook het aantal leerlingen in den laatsten tijd zoo toe, dat de beschikbare ruimte thans beslist onvoldoende wordt. En door overplaatsing der leerlingen naar een andere school, kan dit euvel niet worden weggenomen. Uit het in de Lees kamer ter inzage liggende overzicht der schoolbevolking van de 2e klasse scholen blijkt toch, dat ook de zes laagste klassen van de jongensschool en van de meisjesschool nagenoeg geheel gevuld zijn terwijl aan de gemengde school in drie van de 6 klassen ruimte te kort komt. Tot uitbreiding van de school aan de Oude Vest zal dus moeten worden overgegaan. Op het oogenblik bevat die school 10 localen, waarin de 12 (gesplitste) klassen der school zijn ondergebracht. In twee localeri, wij zeiden het boven reeds, zijn dus in elk twee klassen geplaatst. Wij stellen daarom voor door een uitbreiding met 4 localen in de eerste plaats mogelijk te maken dat ieder der bestaande klassen een eigen locaal krijgt, en voorts dat aan de school een (gesplitste) 7e klasse kan worden toegevoegd. Voorts is de bijbouw van een gymnastieklocaal, waarop reeds sinds geruimen tijd door de onderwijs authoriteiten werd aangedrongen noodzakelijk. Door den Directeur van Gemeentewerken zijn eenige voor- loopige plannen gemaakt, waarmede de êchoolcommissie zich in allen deele kan vereenigen. De kosten van uitvoering van het ruimste plan, dat den bijbouw van 4 localen en een gymnastieklocaal beoogt, worden, met inbegrip van de kosten van inrichting en meubilair, globaal geschat op f 24 500.—. Uit den aard der zaak zal echter eerst een meer nauwkeurige en gedetailleerde begrooting kunnen worden opgemaakt, wan neer door u in beginsel tot de uitbreiding besloten is en tot het ontwerpen van meer uitgewerkte plannen kan worden overgegaan. Eerst daarna zullen IJ de vereischte gelden dan ook definitief kunnen worden aangevaagd. In afwachting dus van de u nader ter goedkeuring aan te bieden definitieve plannen geven wij U thans in overweging te besluiten: 1°. dat het onderwijs aan de school 2e klasse voor jongens en meisjes met ingang van den cursus 1908'09 zal worden uitgebreid met een 7e klasse; 2°. dat aan de school zullen worden toegevoegd een 11e, 12e, 13e en 14e leerloeaal en een gymnastieklocaal, overeenkom stig de in de Leeskamer liggende voorloopige plannen, waarvan de kosten van uitvoering globaal worden geraamd op 24.500 Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 207. Leiden, 3 Juli 1907. In de raadszitting van 12 Juli 1906 werd besloten voor het jagen op waterwild op de vroonwateren voor het jachtseizoen 19061907 permissiën uit te reiken tegen f 12.per stuk. De afzonderlijke jachten op waterwild worden gewoonlijk geopend in het laatst der maand Juli. Evenals in vorige jaren geven wij Uwe Vergadering in overweging ook dit jaar ons te machtigen om voor het seizoen 19071908 permissiën uit te reiken voor het jagen op waterwild op de vroon wateren tegen betaling van f 12.per stuk. In 1906 werden 17 permissiën uitgereikt, alzoo tot een bedrag van f 264. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Gedrukt bij J. J. GROEN ZOON, te Leiden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1907 | | pagina 6