DONDERDAG 28 FEBRUARI 1907.
43
Kitting van Donderdag Februari 1907.
Voorzitter: de heer Mr. N. DE RIDDER, Burgemeester.
Geopend des namiddags te twee uur.
Te behandelen onderwerpen:
1° Benoeming van eene onderwijzeres aan de Meisjesschool
le klasse. (43)
2° Benoeming van eene onderwijzeres en vier onderwijzers
met verplichte hoofdakte aan de school der 3e klasse
N°. 7. (47)
3° Benoeming van twee onderwijzers met verplichte hoofd
akte aan de school der 4e klasse N°. 2 (47)
4° Staat van af-en overschrijving op de begrooting der dienst
doende schutterij, dienst 1906. (44)
5° Voorstel tot beschikbaarstelling van gelden ter bestrijding
van de kosten van de onlangs gesloten geldleening. (48)
6° Verzoek van P. van Nijnatten om vergunning tot het
bouwen van een bouten loods, bestemd tot berging van
houtwaren, in den tuin van het perceel Rijnkade N°. 12. (40)
7° Voorstel om Burg. en Weth. te machtigen tot Hare
Majesteit de Koningin het verzoek te richten de vergun
ning tot het verplegen van 24 vrouwen in de houten
hulppaviljoens op «Endegeest" te verlengen tot 1 Januari
1910. (46)
8° Voorstel tot kostelooze overname in eigendom en onder
houd bij de gemeente van een gedeelte van de Magdalena-
Moonsstraat. (42)
9° Voorstel tot onderhandsche verpachting van het recht
van tolheffing aan de Leiderdorpsche brug aan P. J.
Ramaker. (38)
10° Voorstel tot onderhandsche verpachting van het recht
tot heffing van den weg- en watertol tegenover den Rijns-
burgschen vliet bij het Leidsche hek aan de wede G. J.
Ciggaar geb. van Egmond. (39)
11° Verzoek van S. G. J. de Groot om ontheffing van het
bepaalde bij art. 19, le lid, der verordening op het Bou
wen en Sloopen. (45)
12° Verzoek van M. de Ruyter c. s. om wijziging van de
verordening houdende aanwijzing van de dagen, uren en
plaatsen voor het houden van de verschillende markten
en van veilingen van groente, ooft en aardappelen, in
dien zin, dat ook eieren zullen mogen worden geveild. (41)
13° Verzoek van de Gemeente-commissie van het Ned. Her
vormd Kerkgenootschap om toekenning van een subsidie
in de kosten van de restauratie der Pieterskerk. (49)
14» Verzoek van de afd. Leiden van den Bond van Neder-
landsche onderwijzers om herziening van de salarisrege
ling van het onderwijzend personeel. (36)
!5o Vaststelling van het 2e suppletoir kohier der plaatselijke
directe belasting, dienst 1906. (37)
Tegenwoordig zijn 27 leden, als de heeren: Juta, van Hamel,
Aalberse, de Boer, Bosch, Witmans, Sijtsma, de Goeje, van
der Lip, le Poole, Reimeringer, van Tol, van der Eist, Zaal
berg, P. J. Mulder, Driessen, Timp, Bots, Hasselbach, Stigter,
Zwiers, van Gruting, Meuleman, Kerstens, Korevaar, Fokker,
de Vries, alsmede de Burgemeester, Voorzitter.
Afwezig zijn: de heeren Paul en Vergouwen wegens uitste-
digheid, Fockema Andreae wegens ongesteldheid en A. Mulder.
De notulen van het verhandelde in de vorige vergadering
van den 7en Februari worden goedgekeurd.
De Voorzitter deelt mede dat zijn ingekomen:
1°. Mededeeling van den Minister van Binnenlandsche
Zaken dat het besluit, waarbij de aanstelling van J. Clay tot
tijdelijk leeraar in de natuurkunde aan het Gymnasium is
bekrachtigd, wordt goedgekeurd.
2°. Mededeeling van den Minister van Binnenlandsche Zaken
dat de raadsbesluiten waarbij Ph. de Vries en C. Henner zijn
benoemd tot leeraren in de gymnastiek aan het Gymnasium
worden goedgekeurd.
3°. Dispositie van Gedep. Staten ten geleide van het
goedgekeurd raadsbesluit tot wijziging der begrooting, dienst
1907, voor de tijdelijke belegging van de nog beschikbare
gelden van de geldleening ad f 890000.
4°. Ontvangstbericht van Gedep. Staten van de verordening
van 6 December 1906 tot wijziging van de verordening op
wegen, lanen, straten enz., met mededeeling dat eene aan
vrage tot vernietiging van de artt. 4 en 5 dier verordening
in overweging wordt genomen.
Dit stuk luidt als volgt:
's Gravenhage, den 12/13 Februari 1907.
Ingevolge art. 167 der Gemeentewet hebben wij de eer U
bij deze de ontvangst te berichten van de ons bij Uwe mis
sive van den 1 Februari 11. n"., 12/6 in afschrift medegedeelde,
door den Raad Uwer gemeente den 6 December 1906 vast
gestelde Verordening tot wijziging der verordening op wegen,
lanen, straten enz., en wateringen en slooten, onder mede
deeling, dat nu aan het verzoek, uitgedrukt in ons schrijven
van 17 December 11., G. S. n°. 41, niet voldaan is, wij met
het oog op de toepassing, die in Uwe Gemeente blijkbaar
aan de aldus gewijzigde verordening van 6 Juli 1899 wordt
gegeveneene aanvrage tot vernietiging van de artikels 4 en
5 (lier verordening in overweging hebben genomen.
De Gedeputeerde Staten der Provincie Zuid-Holland,
J. J. Duynstee, lo. Voorzitter.
F. Tavenraat, Griffier.
Aan Heeren Burgemeester en Wethouders der Gemeente Leiden.
5°. Dispositie van Gedep. Staten ten geleide van de goed
gekeurde raadsbesluiten, tot verhuring van het eerste, aan
den weg gelegen, der 7 perceelen van het Raamland aan den
Hoogen Rijndijk aan de Vereeniging «Volksspeeltuinen", en
van het perceel Vrouwenkerksteeg No. 10 aan M. S. van
Gelderen.
6°. Mededeeling van J. Hoogenraad dat hij de benoeming
tot lid der Plaatselijke Schoolcommissie aanneemt.
7°. Dispositie van Gedep. Staten ten geleide van het goed
gekeurd raadsbesluit tot verhuring van de bovenwoning aan
de Oude Heerengracht No. 3a, aan A. de Mooy.
8°. Dispositie van Gedep. Staten ten geleide van het goed
gekeurd raadsbesluit tot verhooging der begrooting, dienst
1907, voor de kosten van vergrooting van den paardenstal
van het Openbaar Slachthuis.
9°. Mededeeling van de Kamer van Koophandel en Fabrie
ken van de toelating der nieuw gekozen leden de heeren:
B. J. H. Haitink, J. Harteveld Azn., M. H. van Waveren en
C. G. L. van Wensen.
Worden voor kennisgeving aangenomen.
De Voorzitter legt vervolgens over: -
1°. Verzoek van A. Verlint om vergunning tot het plaatsen
van een kiosk aan den walkant van het Kort-Rapenburg.
Dit stuk luidt als volgt:
Aan den Gemeenteraad van Leiden.
Geeft met verschuldigden eerbied te kennen;
A. Verlint, fruithandelaar, wonende alhier Breêstraat n°. 113;
dat hij tusschen den walkant en den boomenrij op het
Kort Rapenburg tegenover het begin der Bloemmarkt wenscht
te plaatsen een kiosk of kraamter lengte van den eenen
boom tot den ander;
dat de kraam zoo gebouwd zal worden, dat zij op aan
zegging van het Gemeentebestuur, ten alle tijde verplaatst,
of uit elkaar genomen kan worden, en tevens zoo ingericht
en gebouwd, dat zij de omgeving daar ter plaatse niet zal
ontsieren
dat hij in genoemden kraam tegen zeer billijken prijs wenscht
te verkoopen, koffie-thee-chocolade-broodjes-vruchten enz:
dat hij door de scherpe concurrentie in den fruithandel,
toeneming van winkeliers op dat gebied, en met het oog op
de maatschappelijke positie zijner kinderen, zich genoodzaakt
acht, dit middel ter hand te nemen, ten einde hem en zijn
gezin voor financieëele achteruitgang te bewaren;
dat hij bereid is voor de in te nemen plaatsruimte, de
daarvoor jaarlijksche verschuldigde recognitie te betalen;
Redenen, waarom hij Uwen Raad eerbiedig verzoekt, een
gunstige beschikking hierop te mogen ontvangen.
't Welk doende:
A. Verlint, Fruithandelaar
Breedstraat No. 113a.
Leiden, 12 Februari 1907.
De Voorzitter. Dit adres is abusievelijk gericht aan den
Gemeenteraad, aangezien de Verordening ïegelende het gebruik
van gemeentewerken en bezittingen dergelijke beschikkingen
opdraagt aan Burg. en Weth. Ik stel dus voor dit adres te
stellen in handen van Burg. en Weth. ter fine van afdoening.
De heer van der Lip. M. d. V. Mag ik nog even een vraag
doen? U hebt zooeven gezegd dat het adres van Verlint niet
tehuis behoort bij den Raad, maar moet worden afgedaan
door Burg. en Weth. Nu wil ik gaarne aannemen, dat dit
juist is, maar ik wil toch de vraag stellen, hoe het dan komt,
dat korten tijd geleden een dergelijk verzoek van v. Zwicht
wel in den Raad behandeld is.