25
Op grond van het bovenstaande geven wij U in overweging
te besluiten het gedeelte van de Magdalena Moonsstraat, dat
op de in de Leeskamer ter inzage liggende teekening, met
een bruine kleur is aangeduid, kosteloos in eigendom en onder
houd bij de gemeente over te nemen.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 43. Leiden, 15 Februari 1907.
Onder overlegging van het bericht van het Hoofd der school
en van het advies van den Arrondissements-Schoolopzierier,
hebben wij de eer Uwe Vergadering de volgende voordracht
aan te bieden voor de benoeming van eene onderwijzeres aan
de Openbare Meisjesschool 1e klasse, ter voorziening in de
vacature, ontstaan door de benoeming van Mej. G. Zindel tot
onderwijzeres met verplichte hoofdakte:
1°. Mej. A. M. E. DE LEEUW, tijdelijk onderwijzeres aan de
Openbare Meisjesschool le klasse;
2°. Mej J. C. W. HOOGKAMER, werkzaam aan de Openbare
Meisjesschool 2e klasse;
3#. Mej. H. M. 1TTMANN, onderwijzeres aan de Openbare
School der 4e klasse N°. 1.
Wij verzoeken U thans tot eene benoeming over te gaan.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 44. Leiden, 15 Februari 1907.
De Commissie van Financiën heeft de eer U mede te deelen,
dat zij tegen den in hare handen gestelden staat van af- en
overschrijving op de begrooting der dienstdoende Schutterij
het dienstjaar 1906 betreffende, geene bedenkingen beeft.
Zij adviseert U derhalve tot voorloopige goedkeuring van
dien staat te besluiten.
De Comm. v. Financiën.
Aan den Gemeenteraad.
N°. 45. Leiden, 18 Februari 1907.
Het komt ons voor, dat voor de inwilliging van nevensgaand
verzoek van S. G. J. de Groot geen termen aanwezig zijn.
Werd de verbouwing van het perceel Noordeinde n°. 11 vol
gens de overgelegde teekening uitgevoerddan zou dat perceel
aan de zijde van de Sliksteeg over een lengte van 2 Meter
een hoogte krijgen van 5.60 Meter en over een lengte van
9.80 Meter een hoogte van 7 Meter boven de kruin van den
weg, terwijl die hoogte, in verband met de breedte van de
Sliksteeg, daar slechts zou mogen zijn 4.05 Meter. De gevel
zou dus over 2 Meter 1.55 M. en over 9 80 Meter 2.95 M.te
hoog worden opgetrokken. Dit nu schijnt ons, met het oog
op een behoorlijk toetreden van licht en lucht in de Sliksteeg,
zeker niet wenschelijk. En er kan te minder reden bestaan
om de hier gevraagde ontheffing van het verbod van art. 19
le en 2e lid der Bouwverordening te verleenen, aangezien bij
onderzoek bleek dat geen noemenswaardige ruimte op de ver
dieping, bestemd voor werkplaats en magazijn, zou te loor
gaan, indien van af een hoogte van 4.05 M. een onder een
hoek van 30 graden terugvallend dak werd gemaakt, zoo
noodig met een dakvenster ter breedte van 1.75 M een en
ander overeenkomstig het bepaalde bij litt. a van het 5e lid
van art. 19 der verordening.
Wij geven U mitsdien in overweging afwijzend op het
verzoek te beschikken.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth van Leiden.
Aan den Raad der Gemeente Leiden.
Komt ondergeteekende met beleefd verzoek tot verbouwing
van het Perceel Noordeinde N°. 11 te Leiden, kadastraal
bekend Sectie F N°. 686, volgens bijgaande teekening met
ontheffing van Art. 19 le alinea tot het optrekken der zijgevel
aan de Sliksteeg tot een hoogte van 6.70 M. uit begane grond.
Met verschuldigden eerbied en hoogachting,
UEd's dw. Dienaar,
S. G. J. de Groot.
No. 46. Leiden 19 Februari 1907.
Bij Raadsbesluit van 22 September 1904 werd ons machtiging
verleend tot Hare Majesteit de Koningin het verzoek te
richten het maximum aantal op Endegeest te verplegen
patiënten tijdelijk voor een nader te bepalen tijd te ver-
hoogen, met 12 later met 24. (Zie lngek. St. n°. 206).
Bij Kon. Besluit van 12 November 1904 (Stbl. no. 241)
werd daarop vergunning verleend om in de houten hulp
paviljoens op «Endegeest" 24 vrouwen te verplegen. De termijn
waarvoor die vergunning werd verleend, eindigt op 31 Mei a.s.
Gedep. Staten deze provincie deelen ons thans mede dat
het noodzakelijk is, »om in de behoefte aan vrouwen plaatsen
te kunnen voorzien tot de opening van het gesticht der
gemeente Rotterdam onder Poortugaal, welke opening in den
loop van 1907 wordt verwacht," dat bedoelde hulppaviljoens
in gebruik blijven en verzoeken ons de noodige stappen te
willen doen, ten einde verlenging der vergunning te ver
krijgen tot 1 Januari 1910.
Noch bij de commissie van beheer over de gestichten
«Endegeest1' en «Rhijngeest," noch bij ons college bestaat
hiertegen bezwaar.
Mitsdien geven wij Uwe Vergadering in overweging ons
te machtigen tot Hare Majesteit de Koningin het verzoek
te richten de verleende vergunning te willen verlengen tot
1 Januari 1910.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 47. Leiden, 19 Februari 1907.
Wij hebben de eer Uwe Vergadering de volgende voor
drachten aan te bieden voor de benoeming van een onder
wijzeres en vier onderwijzers met verplichte hoofdakte aan de
eerlang te openen school der 3e klasse aan den Zuidsingel en
van twee onderwijzers met verplichte hoofdakte aan de open
bare school der 4e klasse No. 2, ter vervulling van de vaca
tures ontstaan door het verleend eervol ontslag aan den
onderwijzer A. R. H. Kamminga en door de benoeming van
den heer A. B. van der Voorden tot onderwijzer-plaatsver
vangend hoofd der nieuwe school aan den Zuidsingel:
School Zuidsingel.
a. 1°. Mej. J. H. TEN HOLTEN, onderwijzeres met ver
plichte hoofdakte aan de openbare school der 4e
klasse N°. 1
2°. Mej. S. M. GRöNLOH, onderwijzeres aan de openbare
school der 4e klasse N°. 1
3°. Mej W. J. EIJNDFIOVEN, onderwijzeres aan de open
bare school der 3e klasse N°. 1
b. 1°. M. G. VAN EWIJK, onderwijzer met verplichte hoofd
akte aan de openbare school der 4e klasse N°. 2;
2°. J. VAN NOORD, onderwijzer met verplichte hoofd-
acte aan de openbare school der 4e klasse N°. 1
3". DE JONG, onderwijzer met verplichte hoofdakte
aan de openbare school der 4e klasse N°. 2.
c. 1°. J. VAN NOORD, onderwijzer met verplichte hoofd
akte aan de openbare school der 4e klasse N°. 1
2°. D. DE JONG, onderwijzer met verplichte hoofdakte
aan de openbare school der 4e klasse N°. 2;
3°. A. M. VAN SERMONDT, onderwijzer aan de open
bare school der 3e klasse N°. 5.
d. 1°. D. DE JONG, onderwijzer met verplichte hoofdakte
aan de openbare school der 4e klasse N°. 2;
2°. A. M. VAN SERMONDT, onderwijzer aan de openbare
school der 3e klasse N°. 5;
3°. W. WOLDA, onderwijzer aan de openbare school dei-
Se klasse N°. 5.
e. 1°. A. M. VAN SERMONDT, onderwijzer aan de open
bare school der 3e klasse N°. 5;
2°. W. WOLDA, onderwijzer aan de openbare school der
3e klasse N°. 5;
3°. J. HEEMSTRA, onderwijzer aan de openbare school
der 3e klasse N°. 5.
School 4e klasse N2.
(vacature Kamminga).
1°. W. WOLDA, onderwijzer aan de openbare school dei-
Se klasse N°. 5;
2°. J. HEEMSTRA, onderwijzer aan de openbare school
der 3e klasse N°. 5;
3°. G. BEUN, onderwijzer aan de openbare school der
3e klasse N°. 4.
(Vacature van der Voorden).
1°. J. Heemstra, onderwijzer aan de openbare school dei-
Se klasse N°. 5;
2°. G. BEUN, onderwijzer aan de openbare school der
3e klasse N<4*
3°. A. M. VAN SERMONDT, onderwijzer aan de open
bare school der 3e klasse N°. 5.