DONDERDAG 22 MAART 1906. 55 dat de zuinigheid hier bezig is de wijsheid te bedriegen. Wan neer die eigenaars den weg behoorlijk bestraten en rioleeren, zijn zij met één uitgave daarvan af; zij kunnen verder vragen de straat aan de gemeente over te dragen voor niets en heb ben dan verder geen onderhoudskosten meer, want daarvoor zorgt dan de Gemeente. Maar wat zal nu gebeuren Verwerpt de Raad het voorstel van Burg. en Weth., dan zullen die eigenaren, niet alleen nu, maar telkens bij tusschenpoozen weer en nogeens weer dien weg in een behoorlijken toestand moeten brengen. Dat is ook in hun eigen belang, want deden zij dat niet, dan zouden zij geen huurders voor hunne per- ceelen meer kunnen krijgen; het laat zich echter gevoelen, dat de uitgave, die de eigenaren zich daarvoor telkens moeten getroosten, bezwarend wordt. Wanneer ik goed ben ingelicht, dan wordt die weg nogal bereden, door dat aan het eind eene inrichting is, die nogal veel passage per as noodig maakt, hetgeen natuurlijk tengevolge heeft, dat die weg er niet beter op wordt. Dat is de reden, waarom die eigenaars herhaaldelijk en telkens opnieuw op onkosten zullen worden gejaagd, ter wijl wanneer het voorstel van Burg. en Weth. wordt aange nomen zij misschien ineens voor eene uitgaaf van f 100 komen te staan, maar door het overdoen van den weg aan de Gemeente zijn zij dan ook voor altijd van kosten daarvooraf. Ik geloof dus, dat inderdaad de eigenaars op den langen duur beter gebaat zullen worden door nu den weg ineens goed in orde te doen maken, dan dat zij telkens voor het feit staan voor uitgaven te worden gesteld, ook al mogen die dan eiken keer minder groot zijn dan thans. Ik geloof dus, dat het in het belang van de eigenaren is, om het voorstel van Burg. en Weth. aan te nemen. De beraadslaging wordt gesloten. Het voorstel van Burg. en Weth., in stemming gebracht, wordt verworpen met 12 tegen 10 stemmen. Tegen stemmen de heeren: Witmans Sijtsma, van Gruting, Timp, Bots, Zwiers, Reimeringer, Vergouwen, de Boer, van Tol, P. J. Mulder en Meuleman. Voor stemmen de heeren: Juta, Eerstens, Le Poole, Korevaar, Hasselbach, van der Lip, Driessen, van der Eist, Zaalberg en Fokker. Xlll. Verzoek van de Handelsbediendenvereeniging »Kennis is Macht" om verhooging van het haar toegekend subsidie. (Zie lng. St. no. 58 en 64.) De Voorzitter. Tevens komt hierbij in behandeling de motie ingediend door den heer Meuleman De heer Meuleman. M. d. V. Ik heb niet veel tot toelichting te zeggen, en hetgeen in mijn schrijven reeds is opgemerkt, zou ik eenvoudig kunnen herhalen Vroeger is altijd beweerd, dat de school van het Genootschap «Mathesis" eene Burger avondschool uitwon, maar men vergeet weieens, dat toen de subsidie bedroeg f 4000 en dat die langzamerhand is gestegen tot f 8000. En daarbij valt wel niet te betwijfelen, het advies van de Kamer van Koophandel lezende, dat over een paar jaar ook voor «Kennis is Macht" eene verhooging van subsidie zal worden gevraagd. In het advies van de Kamer van Koop handel toch staat, dat hiermede een stap zal worden gedaan op den goeden weg en dat de toestand, hoewel niet geheel voldoende, vrij bevredigend is. Het ligt dus wel eenigszins voor de hand, dat over een paar jaar een tweede stap zal moeten worden gedaan en wij dus dan eene aanvraag om verhooging van subsidie zullen krijgen. Er is dus zeker niets tegen, dat Burg. en Weth. eens een onderzoek instellen, op hoeveel kosten het zou komen, wanneer de Gemeente zelf die zaken in handen nam, hetgeen naar mijne meening beter is, dan subsidies aan bijzondere vereenigingen. De heer Juta. De conclusiedie de heer Meuleman getrokken heeft uit de missive van de Kamer van Koophandel blijft natuurlijk voor zijne rekeningofschoon ik wel wil zeggendat het niet in de bedoeling heeft gelegen, om die uitlegging er aan te geven. Intusschen, mocht het handelsonderwijs zoo danige vlucht nemendat later bij den Raad moet worden gekomen om verhooging van subsidie, dan zal dat een bewijs zijn, dat deze reorganisatie van het handelsonderwijs zeker zeer doeltreffend is geweest. Maar ik wenschte eene vraag te doen aan den heer Meule man naar aanleiding van zijn motie. Is de bedoeling van den heer Meuleman, dat bij het onderwijs, dat dan eventueel aan de Burgeravondschool zou worden gegeven, wanneer het denkbeeld bij den Raad ingang vindt, zal worden gegeven handelsonderwijs, zooals dat nu wordt voorgesteld of zooals dat in de toekomst aan «Kennis is Macht" zal worden ge geven lk vraag dat uitdrukkelijk de heer Meuleman knikt van ja omdat de Burgeravondschool in een instelling van middelbaar onderwijs, waar handelsonderwijs niet als vak wordt gegeven. Alzoo, als wij nu een Burgeravondschool gaan oprichtendan moet daarbij nu worden uitgedruktdat daar ook zal worden gegeven het handelsonderwijs, zooals dat hier is geprojecteerd. Als dat de bedoeling van den heer Meuleman isheb ik verder tegen uitstel van deze zaak ook geen be zwaar, hoewel ik innig overtuigd ben, dat de inrichting van eene burgeravondschool en het onderwijs, dat daar gegeven wordtniet alleen niet minder, maar tot veel meer uitgaven zal leiden. Maar dat zal het prseadvies van Burg. en Weth. dan wel leeren. De heer Meuleman. Ik wensch er nadruk op te leggen, dat ik volstrekt niet wil worden geacht tegen het geven van handelsonderwijs te zijnintegendeel, ik meen, dat wanneer de Gemeente zelf de zaak ter hand neemt met allen eer bied voor wat «Kennis is Macht" heeft tot stand gebracht zulks misschien beter is. En tevens spreekt het vanzelf, dat de bedoeling is, dat aan een op te richten burgeravondschool ook dit handelsonderwijs zal worden gegeven, anders zou mijn motie geen zin hebben. De motie-Meuleman wordt voldoende ondersteund en maakt dus een onderwerp van beraadslaging uit. De Voorzitter. Burg. en Weth. hebben tegen de motie, zoo- als de heer Juta reeds heeft laten doorschemeren, geen over wegend bezwaar; de zaak kan eens onderzocht worden. Van meer dan één zijde is gevraagd, of thans voor deze Gemeente niet de tijd was gekomen, om de oprichting van eene Burger avondschool ter hand te nemen, met het oog op de hooge subsidie aan het Genootschap «Mathesis Scientiarum Genitrix" en nu ook voor dit subsidie een vrij belangrijk bedrag zal worden gevorderd, schijnt het niet ongewenscht de zaak eens onder de oogen te zien. Dat wij het Handelsonderwijs een goed hart toedragen, blijkt wel uit het warm gestelde praeadvies, en ook de heer Meuleman wil daarin niet te kort schieten. Wij zullen dus de opdracht aanvaarden, maar wenschen daaraan dit toe te voegen. De opvatting is dandat eventueel op de burgeravondschool hetzelfde Handelsonderwijs zal worden gegeven, als wat wij voor hebben met de subsidie aan «Kennis is Macht", want het meer uitgebreid Handelsonderwijs tot opleiding voor kantoren kan natuurlijk niet in de bedoeling liggen bij de oprichting van eene Burgeravondschool, maar alleen het onderwijs aan eene dergelijke inrichting gecombineerd met eene opleiding zooals «Kennis is Macht" bedoelt te geven. De beraadslaging wordt gesloten. De motie Meuleman wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen. De Voorzitter. Hiermede is dus voor het oogenblik de voordracht van Burg. en Weth. vervallen. XIV. Behandeling van bezwaarschriften tegen aanslagen in de plaatselijke directe belasting, dienst 1905. (Zie lng. St. n°. 59) Üe Voorzitter. Aangezien dooreen lid de wensch is kenbaar gemaakt, om hierover te spreken, zal dit punt worden behandeld in eene zitting met gesloten deuren. Vooraf echter wensch ik te vragen, of iemand nog iets voor de openbare zitting in het midden heeft te brengen? Zoo niet, dan wordt de openbare vergadering gesloten. Te Leiden, ter Boekdrukkerij van J. J. Groen Zoon.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1906 | | pagina 5