38
zijn, dat dit op de meest eervolle wijze moet worden verleend,
onder dankbetuiging voor de vele en gewichtige diensten,
door deze Regentessen aan ons Gesticht bewezen,
Regenten van het Heilige Geest- of Arme Wees-
en Kinderhuis
J. C. van der Lip, Voorzitter.
Abr. Corts, Secretaris.
Aan Heeren Burgemeester en Wethouders van Leiden.
Aan den Gemeenteraad van Leiden.
geeft met verscnuldigden eerbied te kennen Mejufvrouw
A. R. M. Kaiser dat zij zichwegens gevorderden leeftijd
gedrongen gevoelt tegen 1 Mei e. k. haar ontslag te verzoeken
als regentes van het JL G. of Arme Wees- en Kinderhuis
alhier.
'tWelk doende enz.
Leiden6 Maart 1906. A. R. M. Kaiser
Aan den Gemeenteraad van Leiden.
Geeft met verschuldigden eerbied te kennen Mevrouw Wed.
Dr. KipsValckenier, dat zij, de stad metterwoon zullende
verlaten, zich genoodzaakt ziet tegen 1 Mei aanstaande haar
ontslag te verzoeken als Regentes van het Heilige Geest- of
Armen Wees en Kinderhuis alhier.
't Welk doende
Leiden, 5 Maart 1906. Wed. H. C. KipsValckenier.
N°. 76. Leiden, 6 April 1906.
Geheel in overeenstemming met het te dezer zake door
de commissie van fabricage uitgebracht advies geven wij u in
overweging op geen van de beide door B. C. Vos, bloemkweeker
te Noordwijk, in bijgaande adressen gedane aanbiedingen in
te gaan.
De heer Vos wenscht van de gemeente te koopen den berm
langs de Haarlemmertrekvaart van af den Noordwijkerhoek
tot aan de grenspaal Leiden—Haarlemal dan niet met den
daarlangs loopenden weg. Voor den berm alleen wenscht hij
een koopsom te betalen van 3300.voor weg en berm te
zamen 3750.—.
De berm is groot 4 H.A. 11 A. en 5 c.A. De jaarlijksche
opbrengst bedraagt 131.Wordt de berm verkocht
voor 3300.dan trekt de gemeente daarvan, berekend tegen
4 °/0, jaarlijks ƒ132.of een voordeel van ƒ1.Waar
het nu te verwachten is dat de berm jaarlijks in waarde
zal stijgen, komt het ons met de commissie van fabricage
voor, dat er voor de gemeente geenerlei reden kan zijn om
tot dezen verkoop over te gaan.
Voor weg en berm te zamen biedt de heer Vos ƒ3750.
Deze verkoop heeft het voordeel, dat de gemeente nu ook
van het onderhoud van den weg ontheven zou worden. De
jaarlijksche onderhoudskosten zijn te stellen op 245..Voeg
daarbij een bedrag van 150.als de opbrengst van een
koopsom van 3750.dan zou de gemeente bij dezen ver
koop een jaarlijkscn voordeel hebben van ƒ395.—Daartegen
over staat echter dat zij met de inkomsten van den berm
boven aangegeven op ƒ131.thans ook die van den weg, te
ramen op f 121.zou missen. Het geheele voordeel voor de
gemeente bij verkoop van weg en berm zou dus ten slotte
op f 395.252.d. i. 143.— neerkomen.
Ook dit oogenblikkelijk voordeel schijnt ons met de com
missie van fabricage niet belangrijk genoeg om daarvoor de
kans op een belangrijke waardevermeerdering in de toekomst
prijs te geven. Bedenkt men toch dat bij verkoop van den berm
voor een bedrag van f 3300.per M2 een prijs zou worden
bedongen van slechts f 0.08 terwijl thans voor enkele stukkenvan
den berm reeds ƒ0.70 of zelfs 1.—per M2 geboden en betaald
is, dan mag zeker met grond worden verwacht, dat in de
toekomst de verkoop onder veel gunstiger voorwaarden zal
kunnen plaats hebben.
Daargelaten dus nog of de verkoop van den weg aan een
particulier persoon, waardoor deze tevens met het onder
houd van den weg belast zou worden, door Gedep. Staten
zou worden goedgekeurd, waaraan met reden mag worden
getwijfeld, komt het ons voor dat ook dit aanbod voor de
gemeente onaannemelijk is.
Wij geven U dan ook in overweging op beide verzoeken
van adressant afwijzend te beschikken.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden..
Aan den Raad der Gemeente Leiden.
Ondergeteekende B. C. Vos. Bloemkweeker, wonende te
Noordwijk, geeft met de verschuldigde eerbied te kennen.
Vernomen hebbende dat de Gemeente Leiden niet ongenegen
is van hare gronden langs de Leidsche Trekvaart in eigendom
over te doen,
Verzoekt ondergeteekende naar aanleiding hiervan beleefd,
aan de Raad Uwer Gemeente den Berm langs genoemde Vaart
van af de Noordwijksche Hoek tot aan den grens der Gemeente
Leiden en Haarlem aan Hem in eigendom af te staan tegen
het eventueel door U te stellen bedrag als koopsom.
Het welk doende,
Uw Dw. Dnr.
B. C. Vos.
Noordwijk, 9 Januari 1906.
Wel Edele Heer
Naar aanleiding onzer afspraak meld ik U het volgende.
Voor den Berm langs de Leidsche trekvaart van af den
Noordwijker hoek tot den grens der Gemeenten Leiden
Haarlem wil ik Drie duizend twee honderd en vijftig geven
ƒ3250.
ünder voorwaarden mijnerzijds erkenning der bestaande
Recognitieën en als vaststaand aannemenddat de grootte van
den Berm plus minus vier Hectare is 4 HA. Zooals IJ
mij heeft opgegeven.
Voorts wenschte ik in eigendom te verkrijgen den weg en
de graskant langs de Leidsche vaart eveneens van af Noord
wijkerhoek tot aan den grens der Gemeenten LeidenHaarlem
en wel op voorwaarden dat door mij het onderhoud van be
doelde weg en kunstwerk voor mijn rekening wordt genomen
behalve den brug aan den Piet Gijzenbrug en wil ik
voor bedoelde weg, en gronden geven vier Honderd en vijftig
Gulden ƒ450.
Mogt evenwel tegen laatstgenoemd verzoek bezwaren zijn
dan wensch ik toch te handhaven het door mij eerst gedane
verzoek en Bod ad Drie Duizend Twee honderd vijftig
Gulden 3250.voor eerstgenoemden Berm.
Hoogachtend
UEd. Dw. Dnr.
Noordwijk 24 Januari 1906. B. C. Vos,
Noordwijk, 1 Februari '06.
WelEd. Heer.
Naar aanleiding onzer afspraak het volgende.
Met het oog op het gedane bod voor den berm, weg enz.
langs de Leidsche trekvaart in massa, acht ik het bod voldoende
omdat onder de opgegeven maat honderden meters zijn begrepen
die voor mij waardeloos zijn n.l. water enz. wat betreft weg
en kunstwerken dit te onderhouden zijn de kosten bepaald
niet gering. Mogt er evenwel aan den berm 40 of 50-ont
breken dit zoude ik er dan bij bieden willen en is dan ver
volgens mijn hoogste en uiterste bod, ƒ3300 voor den Berm
en ƒ450 voor den weg, te zamen 3750.
Hoogachtend,
UEd. dw. Dnr.
B. C. Vos.
N°. 77. Leiden, 6 April 1906.
Door de commissie voor het oud-archief werd ons verzocht een
voorstel bij Uwe Vergadering in te dienen om een bedrag van
1000.— beschikbaar te stellen voor het drukken van den
catalogus van de op het archief aanwezige prentverzameling.
Hoewel met de commissie overtuigd van de wensehelijkheid om
ook dezen catalogus in druk te doen verschijnen, maakten wij
niettemin bezwaar reeds voor dit jaar de daarvoor vereischte
gelden aan den Raad aan te vragen, waar immers reeds op de
loopende begrooting een buitengewone uitgave van 3500.
ten behoeve van het oud-archief werd uitgetrokken voor den
aanleg der centrale verwarmingsinstallatie. Wij verklaarden
ons evenwel bereid deze uitgave op de begrooting voor het
volgend dienstjaar voor te dragenwaartegen bij de commissie
geen bezwaar bestond.
Daarentegen werd de archivaris door dit besluit zeer teleur
gesteld. Hij; wees er op dat uitstel een ernstige- vertraging
in den gang der werkzaamheden en veel tijdverlies zou ver
oorzaken, daar immers het afwerken thans, nu hij geheel in
het werk zit, veel gemakkelijker zou gaan, dan na een
interruptie van bijna een jaar. Hij meende daarom te
mogen voorstellen den catalogus in twee afdeelingen te
doen verschijnen en daarvan alleen de eerste, betreffende