36
DONDERDAG 15
FEBRUARI 1906.
De Voorzitter Ik moet daarop, antwoorden, dat het aan
hangig maken van dit voorstel zoo rauwelijks, toch moeilijk
gaat, wapneer wij eenigszins a tête reposée het prae-advies
willen behandelen. Wel kan ik dit zeggen, dat ik niet geloof,
dat het gunstig zal luiden. Toen wij met deze zaak zijn
begonnen, is de heer Bosch zoo vriendelijk geweest, om eenige
lijnen aan te geven voor de hoofdbeginselen van een instructie,
en aldus is nu die zaak in behandeling in de Kamer van
Burg. en Weth.maar ook dit wacht op de terugkomst van
den heer Juta, die onze vergaderingen, helaas, nog niet kan
bijwonen. Ik kan echter de verzekering geven, dat de zaak
met bekwamen spoed zal worden afgehandeld, om daarna in
den Raad te komen. Dan zal voor den heer Paul het oogen-
blik zijn gekomen om daarnaast zijn voorstel te doen, om
hetzij den Burgemeester, hetzij een der Wethouders tot Com
missaris te benoemen. Ik moet zeggen, dat ik meer zou hechten
aan de benoeming van een gedelegeerd Commissaris uit den
Raad, dan van een president-commissaris, omdat dan de positie
veel zuiverder zou zijn. Maar daarvoor is noodig de mede
werking van de Duinwater-Maatschappij, en in elk geval kan
het voorstel nog niet zoo dadelijk worden behandeld.
De heer Fokker. M. d. V. Door iemand, die ter zake uit
nemend deskundig is, is mijne aandacht er op gevestigd, dat
de prijzen van het koper en de machinerieën, die voor de
electrische centrale alhier noodig zullen zijn, op het oogenblik
enorm in prijs stijgen, en is mij gezegd, dat wanneer wij nog
eenigen tijd zouden wachten met het besluit om de centrale
te bouwen en het geld daarvoor te voteeren, dit voor de
gemeente werkelijk groot nadeel zou kunnen opleveren, daar
dan veel hooger prijzen zouden moeten worden betaald.
Ik heb dit feit onder de aandacht van Burg. en W7eth
willen brengen, teneinde hun te vragen, of hetgeen ik te
berde bracht misschien ook reeds hunne aandacht heeft ge
trokken en zoo ja, of nu zeer binnenkort de nadere plannen
voor den bouw van de electrische centrale kunnen worden
tegemoet gezien.
De Voorzitter. Ik kan den heer Fokker antwoorden, dat
aan zijn wensch in de volgende vergadering zal worden vol
daan. Wat hij meedeelt was ook ons bekend, terwijl de ziekte
van den heer Juta de reden is, dat het voorstel tot vaststel
ling van de aanhangig gemaakte plannen den Raad nog niet
heeft bereikt. Wij meenen echter nu niet langer te mogen
wachten, en in de vergadering van Burg. en Weth. is beslo
ten, om in de eerstvolgende Raadsvergadering de plannen
ter goedkeuring aan te bieden. Groote vrees, dat schade
zal worden beloopen, bestaat echter niet, indien wij maar
spoedig handelen, want als ik mij niet bedrieg, dan heeft
de Commissie offertes in handen van eenige fabrikanten, die
ze zullen moeten gestand doen, indien wij maar zorgen,
dat die tijd niet voorbij gaat.
De heer Fockema Andreae. M d. V Dezer dagen heb
ik in een van de provinciale couranten een stuk gelezen
over het melken van de koeien op de markt en de on
hygiënische wijze, waarop dat vaak geschiedt. De wensche-
lijkheid werd betoogd, om daarop toe te zienwaarbij er op
werd gewezen, dat misschien in dit opzicht het voorbeeld
van Berlijn kon worden gevolgdwaar goede voorschriften zijn
gegeven.
Nu weet ik volstrekt niet, hoe hier dat werk geschiedt,
en in hoeverre ook hier door bijzonder vuile handen en klee-
ren van de menschen, die daarmede bezig zijn, de hygiëne
wordt geschaad. Ik verwacht niet dadelijk antwoord van U
op hetgeen ik opmerk, maar wensch wel Burg. en Weth en
de marktcommissie te verzoeken, aan dit belang eens de
noodige aandacht te schenken.
De Voorzitter. Ik zal gaarne uwe opmerking brengen ter-
kennis van den gemeente-veeartsdie daarover het noodige
licht zal kunnen verspreiden.
Daar thans niemand meer het woord verlangtwordt de
vergadering door den Voorzitter gesloten.
Te Leiden, ter Boekdrukkerij van J. J. Groen Zoon.
t
t