26 DONDERDAG 15 FEBRUARI 1906. de heer Fockema Andreae zegt is wel iets waars, maar aan den anderen kant ligt daarin ook iets bijzonder hards, want in dat geval zullen een of twee paar ouders het in de hand hebben om een geheele school van het geneeskundig toezicht te versteken. Dat gaat inderdaad te ver. En het bezwaar dat dan de waarborg niet aanwezig zou zijn, dien de Verorde ning wil ja, inzooverre is er dan geen volledige waar borg; maar er zal toch zijn eenige waarborg, gelegen in het onderzoek van die kinderenwier ouders daartegen geen bezwaar hebben. En nu komt het ons voor, dat die waar borg voldoende is om die school niet te versteken van het geneeskundig toezicht. Wij vinden het dan beter in deze een zoo groot mogelijk voordeel te bereiken, terwijl bij den krassen maatregel, daarentegen zoo'n school misschien wordt gemaakt tot een brandpunt van besmetting. Ik geloof, dat het na deze inlichting, vooral wanneer de heer Aalberse den klemtoon legt op de gecursiveerde woor den, duidelijk zal zijn wat Burg. en Weth. willen. Nu zegt de heer Aalberse ook nog, dat het toch beter is, dat alleen verklaringen inkomen van de ouders, die bezwaar hebben, dan dat verklaringen worden gevorderd van alle ouders, die geen bezwaar hebben. Ik geloof daarentegen, dat het veiliger is om de zaak te regelen op de wijze als Burg. en Weth. voorstellen, en dat, wanneer wij alleen eischen eene verklaring van de ouders, die bezwaar hebben, allicht later verschillende ouders met hunne bezwaren voor den dag zullen komen, bijv. doordat zij niet met dezen maatregel bekend waren. Trouwens, veel verschil maakt het niet, of verklaringen zullen worden gevorderd in den eenen of in den anderen zin; het is te doen in beide gevallen om ver klaringen, die door middel van het hoofd der school worden gezonden aan het bestuur dier school, welk bestuur dan vervolgens aan Burg. en Weth. verzoekt, dat de school onder geneeskundig toezicht zal worden gesteld. Dat is de manier, waarop wij van een dergelijk verzoek kennis krijgen, en langs dien weg heeft hetgeen wij voorstellen geen enkel bezwaar. De heer Fockema Andreae. M. d. V., mag ik nog met een enkel woord op uwe bestrijding van het amendement antwoorden? Ik geloof inderdaad, dat de zaak in de praktijk iets anders zal staan, dan U het voorstelt. Wij staan hier mede op dit oogenblik op een keerpunt. Dit is iets nieuws en op dit oogenblik zal, dunkt mij, feitelijk beslist worden, of ook op de bijzondere scholen een inderdaad afdoend sanitair toezicht zal komen. Laten wij twee gevallen tegenover elkaar stellen. Ik weet niet hoe het zal loopendaarvoor ken ik den toestand niet genoeg; men kan zich het geval denken, dat op eene bijzondere school de helft van de ouders zegt: wij zijn van het sanitair toezicht niet gediend, dan zou het sanitair toezicht op die school toch inderdaad niets beduiden, dan zou niet bereikt worden, wat men met het sanitair toe zicht wil en daardoor zou dan die school krijgen een valsche vlag. Men kan zich daartegenover ook voorstellen, dat de ouders van slechts een der kinderen bezwaar hebben. Nu zegt Uzou men dan daarom die school van het sanitair toezicht moeten versteken? Ik antwoord: neen, maar dan zal het bestuur dier school tot de ouders zeggen: Iedereen neemt daarmede genoegen, waarom zult gij van dit toezicht afkeerig zijn Gij behoeft het onderzoek niet te laten doen door den schoolartsmaar kunt dat ook doen geschieden door uw eigen dokter; onderwerpt u echter aan hetzelfde als waar aan anderen zich onderwerpen en doet gij dat niet, dan kun nen wij uw kind niet toelaten. En aangezien het school bestuur het vertrouwen van de ouders heeft, zal door het zedelijk overwicht van dat bestuur wel worden voorkomen, dat er ouders zijn, die hunne kinderen aan het toezicht onttrekken en zal men zoodoende door zachten drang komen tot een volledig toezicht. Ook wil ik den nadruk leggen op iets, wat ik in mijn eersten termijn heb gezegd en waarop u niet hebt geatten deerd. Het is voor de meeste ouders een bezwaar, wanneer zij hunne kinderen thuis krijgen. Bestaat nu niet het gevaar, dat juist die ouders, die vreezen, wanneer op hunne kinderen sanitair toezicht wordt uitgeoefend, een bericht te zullen krijgen, dat zij hunne kinderen tijdelijk van de school moeten afnemen, ter wille van de andere kinderen hunne kinderen aan het toezicht zullen onttrekkenen bestaat dus inderdaad geen gevaar, dat aan het sanitair toezicht zullen worden ont trokken juist diegenendie men er gaarne aan zou willen onderwerpen Ik geloof, dat inderdaad door hetgeen ik heb voorgesteld niet aan de bijzondere school het voorrecht van dit toezicht wordt onthouden, maar dat het middel, dat ik aan de hand doe, slechts een zachten drang geeft, dat de ouders zich zul len onderwerpen aan wat feitelijk niet anders dan het heil hunner kinderen bedoelt. De heer Aalberse. M. d. V. In de eerste plaats een enkel woord naar aanleiding van wat door U is gezegd. Ik heb het dus goed ingezien, dat de formuleering van het artikel het omgekeerde is van die in de memorie van toelichting; in deze wordt gesproken van het overleggen eener verklaring der ouders, die bezwaar hebben, terwijl in het artikel sprake is van het overleggen var: eene verklaring door de ouders, die geen bezwaar hebben. Het blijkt nu echter, dat Burg. en Weth. opzettelijk die verandering hebben aangebracht. Ik blijf er echter bij, dat het m. i. voldoende is, wanneer de ouders, die bezwaar hebben, in de gelegenheid worden ge steld, dat te verklaren. Waarom zullen wij de overlegging van eene verklaring vragen aan de ouders, die geen bezwaar hebben? Dat is absoluut overbodig; dat is een administratieve omslag, die nergens voor noodig is. Er zijn menschen, die, wanneer men hun niets vraagt, misschien geen bezwaar zullen hebben, terwijl men, wanneer men daarnaar gaat vragen, bij hen bezwaren opwekteen ander gevolg heeft dat niet. In de tweede plaats zou ik nog willen vragen, of ik mij zoo sterk kan hebben vergist in de opvatting van Burg. en Weth., dat op de openbare school, zelfs wanneer de ouders bezwaar hebben tegen het onderzoek, de kinderen toch tegen den wil hunner ouders door den schoolarts worden onderzocht? Ik moet zeggen, dat ik dat in de Verordening niet heb ge lezen. Integendeel. En wanneer dat niet zoo is, dan zie ik ook niet in, welk groot bezwaar er is tegen het voorstel van den heer Fockema Andreae, dat niet eischt, dat alle kinderen zullen worden onderzocht door den schoolarts, maar facul tatief laat ook genoegen te nemen met het onderzoek dooi den huisarts, wanneer de ouders verklaren bezwaar te hebben tegen het onderzoek door den schoolarts. De Voorzitter. Wat betreft hetgeen door den heer Fockema Andreae is gezegd, wensch ik nog het volgende op te mer ken. Het is mogelijk, zegt hij, dat zich het geval voordoet, dat juist die ouders, wier kinderen tengevolge van het onder zoek gevaar zouden loopen van de school te worden wegge zonden zullen zijn degenendie het onderzoek zullen tegen houden. Maar ik geloof toch, dat het gevaar in de praktijk niet zoo erg behoeft te wegen. Het betreft hier een beperkt onderzoek, dat zich niet verder uitstrekt dan besmettelijke ziekten, en wanneer zich daarvan gevallen op de bijzondere school voordoendan zal zeker het bestuur of de onderwijzer zelf dergelijke kinderen wel van de school verwijderen, al mocht worden gevreesd, dat de ouders om die reden hunne kinderen niet aan het onderzoek willen onderworpen hebben. Ik herhaal, dat er voor het stelsel vari den heer Fockema Andreae wel iets te zeggen is, maar indien men hier te kras optreedt, vrees ik, dat van het sanitair toezicht op de bijzon dere school heel weinig terecht zal komen. Indien men dat toezicht eene gelukkige zaak acht, dan zal men wel doen in deze de touwtjes niet te strak aan te halenmaar zoetjes aan te beginnen En het komt mij voor, dat in het amendement van den heer Fockema Andreae de zaak wel wat strak wordt getrokken. Wat nu betreft het bezwaar van den heer Aalberse, ik moet eerlijk zeggen, dat ik het gewicht daarvan niet geheel inzie. Of wij er in de memorie van toelichting wellicht op hebben gewezen, dat het wenschelijk was eene verklaring te vorderen alleen van die ouders, die bezwaar hebben, terwijl nu in het artikel staat, dat wij eene verklaring van de ouders, die geen bezwaar hebben, vragen, wat doet er dat eigenlijk toe bij de uitwerking van het beginsel Bovendien komt het mij voor veiliger te zijn in deze eene verklaring te vragen van degenen, die geen bezwaar hebben, dan alleen van hen, die bezwaar- hebben; in de praktijk zal blijken, dat men dan steeds veilig gaat, terwijl later allerlei bezwaren en opmer kingen zullen komenwanneer alleen eene verklaring wordt gevraagd van de ouders, die werkelijk bezwaar hebben. Nu heeft de heer Aalberse nog gevraagd, of op de open bare school dwang bestaat voor de kinderenwier ouders hen niet aan het onderzoek van den schoolarts willen doen onderwerpen. Voor de openbare scholen geldt natuurlijk de Verordening, dat zijn gemeentescholen, terwijl de besturen der bijzondere schoien, door het toezicht te verwerpen, de werking der Verordening voor die scholen buiten effect kun nen stellen. Dat is het onderscheid in deze tusschen de open bare en de bijzondere scholen; tegenover de openbare school is dus de positie van het gemeentebestuur geheel anders dan tegenover de bijzondere Maar wat wèl kanevengoed op de openbare school als op de bijzondere, is, dat de ouders der kinderen, die niet gediend zijn van het onderzoek door den schoolarts, hunne kinderen laten onderzoeken door den eigen arts. Dat is een privilege, dat moet worden gelaten en volkomen voldoet aan de eischendie de heer Aalberse stelt. De heer Van der Lip. Er ligt ontegenzeggelijk in hetgeen de heer Fockema Andreae heeft gezegd, veel waars, maar de reden, waarom ik huiverachtig ben om met zijn amendement mede te gaan is, dat ik de vrees koester, dat, wanneer het amendement wordt aangenomen, van het sanitair toezicht op

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1906 | | pagina 10