122
DONDERDAG 21
SEPTEMBER 1905.
is onttrokken, omdat het als gewoon schoollokaal wordt
gebruikt.
De fout van den heer Vergouwen ligt hierin, dat hij het
getal zitplaatsen in de scholen vergelijkt met het getal kin
deren. Nu weet echter de heer Vergouwen even goed als ik,
dat niet alle zitplaatsen kunnen benut worden. Als de laagste
klassen op alle scholen overvol zijn, zooals thans hier het geval is,
dan baat het niets dat men in de hoogste klassen nog wel ruimte
beschikbaar heeft. Zooals ik reeds zeide, de laagste klassen
zijn overbevolkt, en dat wordt niet minder maar steeds meer.
En wanneer men nu geen maatregelen neemt om in dat
tekort aan plaatsruimte te voorzien, dan zal men er over een
paar jaar erg mede verlegen zittenmen moet de kinderen
toch onder dak kunnen brengen.
Er is dus alle mogelijke reden om nu tot den bouw van
eene nieuwe school te besluiten. Dit in antwoord op de op
merkingen van den heer Vergouwen.
De Voorzitter. In December 1904 is reeds bij Burg. en
Weth. ingekomen de brief van de schoolcommissie waarin
werd aangedrongen op den bouw van eene nieuwe school.
Wij vonden toen het voorstel wel voldoende toegelicht, maar
met het oog op de mededeelingen ons verstrekt, dat er
plannen in overweging waren tot de oprichting van eene
Katholieke school en van eene Protestantsche bijzondere
school, meenden wij het voorstel niet al te veel te moeten
bespoedigen, niet te spoedig met een voorstel bij den Raad
te moeten komen.
Maar er is gebleken, dat die plannen nog vooreerst niet
zoover tot rijpheid zullen komen, dat b.v. na een jaar twee
nieuwe bijzondere scholen aanwezig zullen zijn. En onder die
omstandigheden meenden wij niet verantwoord te zijn langer
te wachten met den bouw van een nieuwe school.
Verder wordt door den heer Vergouwen over het hoofd ge
zien, hetgeen ook door de schoolcommissie is aangetoond, dat
de overbevolking van de school van den heer Caljé aan de
Mare is gestuit door twee klassen onder te brengen in het
fabriekslokaal van den beer Krantz, met diens verlof. Dat kan
niet steeds zoo duren, en nog kort geleden boorden wijdat
de heer Krantz zijn lokaal niet langer disponibel kon stellen.
Wij hebben toen moeite gedaan den heer Krantz te bewegen,
dat dit lokaal nog niet behoefde te worden ontruimd, hetwelk
is vergund, maar dit is iets dat ons toch steeds boven het
hoofd hangt. Verder zijn twee gymnastieklokalen aan hun
eigenlijke bestemming onttrokken en worden, in strijd met
de wet, voor onderwijslokalen gebezigd.
Onder die omstandigheden meenden wij niet langer te
mogen wachten met aan den Raad dit voorstel te doen, en
op grond daarvan heb ik dan ook mijn adhaesie daaraan ge
hecht. Zooals ik zeide, hebben wij de plannen voor bijzonderen
schoolbouw nagegaan, maar het resultaat daarvan is, dat als
de toestand blijft zooals nu, en er geen nieuwe school wordt
gebouwd, wij binnen een jaar voor een totaal orihoudbaren
toestand komen te staan en de bevolking in de laagste klassen
der scholen veel te sterk wordt.
De heer van Hamel. M. d. V. Ik kan hieraan nog toevoegen,
dat de jongste inschrijving bevestigd heeft, dat de schoolbe
volking steeds toeneemt. De jongste inschrijving is zoo groot
geweest, dat de hoofden van scholen eergisteren bijeen zijn
gekomen en van 7 10 uur bezig zijn geweest de kinderen over
de scholen te verdeelen. Eindelijk is dat na veel schikken en
plooien gelukt, maar daarbij is de opmerking gemaakt, dat
de afstand voor sommige leerlingen eigenlijk veel te groot is.
Verder zijn dan ook, behalve aan school 111 n°. 1 en de school
aan de Heerenstraat alle laagste klassen vol, zoodat er in den
loop van den cursus bij verhuizing van buiten naar Leiden
geen leerlingen aangenomen kunnen worden, terwijl er ook
leerlingen tot eene hoogere klasse zijn bevorderd om in een
lagere klasse plaats te winnen, hoewel die leerlingen eigenlijk
niet bevorderd hadden mogen worden. Dat zijn dus toestanden,
die niet gewenscht zijn.
Op de scholen vierde klasse is, zooals in het rapport van
de schoolcommissie uiteengezet wordt, ook plaatsgebrek, zoodat
een half jaar geleden gedurende vijf maanden een klasse van
de eene school (4e kl. n°. 1) naar een andere (3e kl. n°. 1)
gebracht is moeten worden, hetgeen niet in het belang is
van een goeden gang van zaken. De inschrijvingen nemen
voortdurend toe, en als wij nu besluiten tot den bouw van
een nieuwe school, zal het toch nog If a 2 jaar duren, voor
dat deze in gebruik kan worden genomen.
Wanneer wij dus den bouw langer uitstellen, dan staan
wij binnen kort voor een alleronmogelijksten toestand, zoo
zelfs, dat wij geen nieuwe kinderen meer zullen kunnen aan
nemen. Wat hier echter den doorslag moet geven is de om
standigheid, dat wij het terrein tot 1 October in handen
hebben; na dien tijd zullen wij een ander terrein moeten
gaan zoeken. Nu is het van algemeene bekendheid, dat wan
neer de Gemeente iets zoekt, het vreeselijk lastig wordt, want
dan wordt alles met den dag duurder. Al zouden wij dus nu
nog een poos willen wachten, dan zitten wij toch over een
jaar weder voor de moeilijkheid, waar een geschikt terrein
te vinden. Want al konden wij hier of daar een stuk grond
vinden, groot genoeg voor het doel, dan zou het wellicht
nog niet gelegen zijn in de wijk, waar het terrein ligt, dat
wij nu kunnen krijgen, en waar, ook volgens de jongste in
schrijvingen de grootste behoefte aan schoolruimte bestaat.
En waar nu ook de prijs billijk is te noemen, zou ik het
onverantwoord achten, wanneer thans de bouw van de nieuwe
school werd uitgesteld.
De heer Meuleman. Ik wensch even mijne stem te
motiveeren, die ik zal uitbrengen voor het voorstel van Burg.
en Weth., en wel omdat mij uit de gegevens van de school
commissie, waarvan ik de eer heb zelf lid te zijn, duidelijk is
gebleken, dat er behoefte aan eene nieuwe school bestaat,
zelfs om aan de geringste eischen van de wet te voldoen.
Wat betreft de mededeeling van den heer Vergouwen, dat
er wellicht van Katholieke zijde eene school zal komen, de
mogelijkheid daartoe bestaat; maar wanneer dit zal gebeuren,
hangt geheel in de lucht Dat kan gebeuren over een jaar,
maar misschien ook over twee of drie jaar of nog langer.
Maar dan is de gemeente ook weer grooter geworden en de
behoefte aan schoolruimte dus eveneens grooter.
De heer Boscn. Het spijt mij dat ik niet kan medegaan niet
het voorstel van Burg. en Weth. De inlichtingen ons in de
leeskamer verstrekt, zijn toch van dien aard, dat deze ons
geen aanleiding kunnen geven om tot den bouw van eene
nieuwe school te besluiten. Zijn er nog andere, dringender en
overtuigender argumenten, dan behooren die tijdig te worden
overgelegd, dan kunnen wij daarover een 14 dagen denken.
Wanneer ik echter zie dat er in de eerste klassen van de
scholen te zamen niet meer dan 9 leerlingen te veel zijn, in
de tweede klassen van de 6 scholen te zamen niet meer dan
4, in de 5de klassen niet meer dan 14, in het geheel dus een
overcompleet van 27 leerlingen op 6 scholen, terwijl in de
overige klassen nog meer dan 400 plaatsen open zijn, en wij
krijgen daarbij geen verdere inlichtingen, dan zeg ik, dat dit
geen redenen zijn om te besluiten tot deze uitgaaf. Zijn er
nog andere gegevens, laten die ons dan worden verstrekt, en
laten wij dan zoolang dit voorstel aanhouden.
Wellicht zijn die andere gegevens ook niet voldoende, ik
zal daarom stemmen tegen het voorstel van Burg. en Weth.
De heer Vergouwen. Ik wensch er den nadruk op te leggen,
dat ik alleen tegen dit voorstel zal stemmen, omdat mij de
gegevens, evenmin als aan den heer Bosch, overtuigend ge
noeg voorkomen. Wanneer mij uit nadere inlichtingen duide
lijk blijkt, dat eene nieuwe school noodig is dan zal ik er
zeker voor stemmen. Maar op dit oogenblik heb ik den indruk
ontvangen, dat die nieuwe school nog niet noodig is. En dien
indruk heb ik verkregen uit de verstrekte gegevens.
Wat betreft het overbrengen van klassen naar andere
lokaliteiten, dat verschijnsel doet zich wel eens meer voor,
dat kan een gevolg zijn van eene tijdelijke overbevolking op
eene school.
Wanneer wij de verschillende staatjes beschouwen, zien
wij dat alleen de tweede en de vijfde klasse van de school aan de
Mare zwaar bevolkt zijn, en dat kan wel een tijdelijk verschijnsel
zijn. Wanneer een staat was overgelegd van de inschrijvingen
van dit jaar en van het aantal kinderen, dat zich het volgende
jaar zou kunnen aanmelden, dan was dat duidelijker geweest.
Wat de aankoop van den grond betreft, ik zou daar op
zich zelf wel voor zijn, omdat de gemeente een dergelijk lapje
grond altijd kan gebruiken.
De Voorzitter. De heeren Bosch en Vergouwen blijven
van meening, dat het licht, dat hen is verschaft, niet voldoende
is. Het komt mij echter voor, dat de argumenten, die ik
straks noemde, klemmend genoeg zijn om aan te toonen, dat
de zaak dringt en eenige spoed noodig is. Dat kinderen van
de school aan de Mare ondergebracht worden in een fabrieks
school van een particulier en dat twee lokalen, die voor
gymnastiek bestemd zijn, worden gebezigd voor het onderwijs,
zal toch geen blijvende, maar een tijdelijke toestand moeten zijn,
en die kinderen zullen dus op andere wijze moeten worden
ondergebracht. Reeds het feit, dat een particulier gebouw en
twee gymnastieklokalen moeten worden gebezigd voor onder
wijs toont aan dat er overbevolking is en waar te verwachten
is dat deze nog sterker zal worden, is de gemeente wettelijk
niet verantwoord als zij geen maatregelen neemt om te
voorkomen, dat de toestand over anderhalf jaar werkelijk
onhoudbaar wordt.
De heer van Hamel. M. d. V. Reeds eerstdaags is het te
verwachten, dat Burg. en Weth. aan de Regeering toestem
ming zullen moeten vragen om het maximum aantal van
G00 leerlingen te overschrijden. De heer Caljé heeft mij mede
gedeeld, dat dit eerstdaags moet geschieden, willen wij niet in
conflict komen met de wet.