DONDERDAG 8
OCTOBER 1903.
127
Zitting van Donderdag 8 October 1903.
Geopend des namiddags te 2 uur.
Voorzitter: de heer Mr. N. DE RIDDER, Burgemeester.
Te behandelen onderwerpen:
1° Benoeming van eene derde onderwijzeres in de hand
werken aan de school der 3e klasse n°. 6. (293)
2° Benoeming van eene onderwijzeres aan de Jongensschool
2e klasse. (297)
3" Benoeming van eene onderwijzeres aan de school der
3e klasse n°. 6. (296)
4° Verzoek van Mevr. A. A. Ch. Martens geb. Bloem om
terugbetaling en vrijstelling van de betaling van schoolgeld,
Middelbaar Onderwijs. (282)
5° Verzoek van A. van der Harst om terugbetaling van school
geld, Lager Onderwijs. (287)
6° Verzoek van H. C. W. L. Beerstecher om terugbetaling
van schoolgeld, Lager Onderwijs. (284).
7° Verzoek van H. J. van Ebbenhorst Tengbergen om terug
betaling van schoolgeld, Lager Onderwijs. (285)
8° Verzoek van Mevr. J. H. de Geus geb. Pel om terugbetaling
van schoolgeld, Lager Onderwijs. (286)
9° Verzoek van J. F. L Rietdijk om vrijstelling van de be
taling van schoolgeld, Middelbaar Onderwijs. (292)
10° Rekening, dienst 1902, van het Roomsch-Katholiek Wees-
en Oudeliedenhuis. (279).
11° Rekening, dienst 1902, van het Roomsch-Katholiek Arm
bestuur. (279)
12° Rekening, dienst 1902, van het Heilige Geest- of Arme
Wees- en Kinderhuis. (278)
13° Verzoek van C. M Briët, H. Middendorp en S A. Briëtom
het gebruik van het gymnastieklokaal aan de Pieterskerk
gracht voor de beoefening van het lawntennisspel. (290)
14° Verzoek van B. M. H. Keiler om kwijtschelding van de hem
opgelegde boete wegens te late oplevering van de brug
over de Zoeterwoudsche Singelgracht. (288)
15° Verzoek van W. A. van Lith om teruggave van de door hem
betaalde premiën voor de verzekering tegen ongevallen
van bij den bouw van de school aan de Paul Krugerstraat
werkzaam geweest zijnde werklieden. (291)
16° Voorstel tot verhooging van Volgn. 203 der loopende be
grooting (Onvoorziene Uitgaven) met een bedrag van
ƒ6000.-. (294 en 299)
17° Voorstel tot beschikbaarstelling van gelden voor de her
stelling van het hangwerk der drie torenklokken op de
Hooglandsche kerk en tot vaststelling van den desbetref-
fenden begrootingsstaat. (295 en 299)
18° Voorstel tot aanvulling van het uitbreidings- en ver
nieuwingsfonds van de Sted. Gasfabriek voor de oprichting
van een nieuwen gashouder en tot vaststelling van den
desbetrelfenden begrootingsstaat. (283 en 299)
19° Voorstel tot verlenging van de aan de Algemeene Telefoon
maatschappij, voorheen Ribbink, van Bork Co. verleende
concessie tot aanleg en exploitatie van een telefoonnet in
deze gemeente. (267)
Tegenwoordig zijn 28 leden, als de heeren: van Dissel, Has-
selbach, van der Lip, van der Eist, Bosch, Timp, de Goeje.
Juta, van Hamel, Meuleman, Le Poole, Verhey van Wijk,
Paul, van Tol, Bots, Driessen, de Vries, Kaiser, Kerstens,
Korevaar, Fockema Andrese, van Lidth de Jeude, Pera, A. J.
van Hoeken J.Jzn., P. J. Mulder, Witmans, Sijtsma, Vergouwen,
alsmede de Burgemeester, Voorzitter.
Afwezig zijn de heeren A. Mulder en Aalberse wegens ver
hindering en P. J. van Hoeken.
De Notulen van het verhandelde in de vorige vergadering
van 24 September worden gelezen en goedgekeurd.
De Voorzitter deelt mede dat zijn ingekomen:
1°. Missive van Dr. S. G. de Vries, houdende mededeeling
dat hij de benoeming tot lid van het' College van Curatoren
van het Gymnasium aanneemt.
2°. Missive van Mej. L. C. A. Roelants, houdende mede
deeling dat zij de benoeming tot onderwijzeres aan de Meis
jesschool 2e klasse aanneemt.
Worden voor kennisgeving aangenomen.
3°. Missive van het Bestuur der Leidsche Vereeniging tot
bescherming van dieren, houdende dankbetuiging voor de
toekenning van eene subsidie in de kosten van het houden
van eene keuring van trekhonden.
Dit stuk luidt als volgt
Leiden, 28 September 1903.
Aan den Gemeenteraad van Leiden.
Het Bestuur der Leidsche Vereeniging tot Bescherming van
dieren heeft de eer U zijnen dank te betuigen voor de belang
stelling in die Vereeniging betoond, door het toekennen van
subsidie voor het houden van een keuring van trekhonden.
Mocht de Vereeniging de eer genieten bij deze keuring
tegenwoordig te zien, zou het Bestuur zulks op hoogen prijs
stellen.
Met verschuldigden eerbied
De Leidsche Vereeniging t. b. v. Dieren,
D. Wilhelm, Secretaris.
Wordt voor kennisgeving aangenomen.
4°. Missive van Ged. Staten houdende mededeeling dat de
raadsbesluiten van 4 Juni en 23 Juli j.l. tot wijziging van de
verordening van 5 Juni 1902, bepalende het getal der scholen
voor Openbaar Lager Onderwijs, den omvang van het onder
wijs op elke school, den bijstand aan de hoofden der scholen
te verleenen en de bezoldiging van het onderwijzend perso
neel, door hen voor kennisgeving zijn aangenomen.
5°. Dispositie van Ged. Staten ten geleide van de goedge
keurde raadsbesluiten tot voldoening uit den post: «Onvoor
ziene Uitgaven" op de begrooting voor 1903, van onbetaald
gebleven vorderingen over 1902 en tot overbrenging op den
dienst 1903 van kosten voor de oprichting van het Sanatorium
Rhijngeest, het Openbaar Slachthuis, de school aan de Paul
Krugerstraat, het leggen van een dam met rijbrug over de
Zoeterwoudsche Singelgracht en verhooging van den post
Onvoorziene Uitgaven.
Worden voor kennisgeving aangenomen.
6°. Missive van de Kamer van Koophandel en Fabrieken,
houdende mededeeling dat op 30 Juli j I. bij haar is ingekomen
de mededeeling van den heer J. Zaalberg J. Cz. dat hij ontslag
neemt als lid der Kamer en dat in de laatstgehouden ver
gadering respectievelijk tot Voorzitter en Vice-Voorzitter der
Kamer zijn benoemd de Heeren H. C. Juta en W. F. Verheij
van Wijk.
Dit stuk luidt als volgt
Leiden, 28 September 1903.
Aan Burgemeester en Wethouders der
Gemeente Leiden.
De Kamer van Koophandel en Fabrieken te Leiden heeft
de eer Uw College mede te deelen overeenkomstig Art. 16
juncto Art. 10 van het K.B. van 4 Mei 1896 (Stbl. n°. 142)
dat op 30 Juli l.l. bij haar is ingekomen het ontslag van den
Heer J. Zaalberg J.Czn. als lid der Kamer.
Tevens deelen wij U mede, dat in de laatstgehouden ver
gadering respectievelijk tot Voorzitter en Vice-Voorzitter der
Kamer zijn benoemd de Heeren H C. Juta en W. F. Verhey
van Wijk.
Namens de Kamer voornoemd
H. C. Juta, Voorzitter.
J. H. Goudsmit, Secretaris.
Wordt voor kennisgeving aangenomen.
De Voorzitter legt vervolgens over:
1°. Bezwaarschriften van verschillende personen tegen hunnen
aanslag in de Plaats, directe belasting dienst 1903.
2°. Verzoek van E. van Houten om afschrijving van plaats,
directe belasting dienst 1903, wegens woonplaatsverandering.
3°. Verzoek van Mej. E. M. Tiemeijer om eervol ontslag uit
hare betrekking van hoofdonderwijzeres aan de openbare be
waarschool aan de Oude Vest, tegen 1 Januari 1904.
4°. Verzoek van H. W. Blote, arts, om continuatie in de
betrekking van Stads-Geneesheer.
5°. Verzoek van Mej. E. M. A. van Beek om eervol ontslag
uit hare betrekking van leerares in het handteekenen en de
kunstgeschiedenis aan de Hoogere Burgerschool voor meisjes,
tegen 15 Februari 1904.
6°. Adres van het Bestuur der Vereeniging: »Het Boter-
controlestation in Zuid-Holland" om toekenning van eene
jaarlijksche subsidie van 200.benevens het kosteloos
gebruik van gas ten behoeve van zijn laboratorium.
Worden gesteld in handen van Burg. en Weth.
7°. Adres van het Bestuur der vereeniging «Leidens belang"
houdende verzoek om niet over te gaan tot verhooging van
den gasprijs.
Zal worden behandeld bij de begrooting der gemeente voor
1904.