127 de gemeente hiertoe verplicht is van alle polder- en water- schapsslooten, binnen de gemeente gelegen. Zij zijn verplicht alle takken, afval van boomen, snoei - en tuinvuil gratis in ontvangst te nemen ter plaatse waar en zooals het hun wordt aangeboden, en weg te voeren. Hiervoor zullen de pachters bij open water voortdurend vijf waterschuimers leveren, ieder voorzien van een schuit en de noodige gereedschappen, ten genoegen der verpachters. Mochten de verpachters wenschen dat meer personen voor dat werk worden aangesteld, dan zijn de pachters verplicht daaraan onmiddellijk te voldoen. Alsdan wordt voor eiken waterschuimer met schuit, boven het verplicht aantal van vijf 1.60 per dag uitgekeerd, zonder dat de pachters voor levering der hulpmiddelen extra-vergoeding kunnen vorderen. Bij gesloten water blijven de waterschuimers ter beschikking der verpachters, om het ijs van vuilnis te reinigen. Art. 8. De pachters zijn desverlangd verplicht voor het onderhoud der gemeentewerken en wegen, hetzij binnen of buiten de gemeente gelegen, te leveren de benoodigde grove en fijne puin. Als wegen buiten de gemeenten komen in aanmerking de Haarlemmertrekvaart tot Noord wij kerhoek, de Lage Rijndijk tot Leiderdorp, en de Zijldijk tot den Alkemadeschen weg. Als grove puin worden niet aangenomen stukken grooter dan een heelen en kleiner dan een halven steen, tenzij voor bijzondere doeleinden door de verpachters grootere stukken toegestaan worden, ook geen keien, blauwe of andere hard- steenen, tegels of andere ballast. Onder fijne puin mogen niet gemengd zijn heele of halve steenen, klinkersteen en afval van steenhouwerswerkaarde, kleizandvuilnis of andere specie, maar wel wat afkomstig is van zachte metselsteenen, stukken van pannen en derge lijke. Voor een derde deel zal kalk, puin of biksel worden aangenomen. De Directeur van Gemeentewerken is bevoegd, ook onder het lossen de vracht af te keuren, wanneer zij volgens zijn oordeel niet aan de vereischten voldoet. Art. 9. De levering van puin geschiedt op bewijs van den Directeur der Gemeentewerken, vermeldende de soort en de hoeveelheid van de te leveren puin, benevens de plaats waarheen deze vervoerd en gelost moet worden. Binnen de gemeente zal de puin binnen 2 dagen, buiten de gemeente binnen 3 dagen na de bestelling moeten zijn geleverd. Art. 10. De pachters kunnen aan de gemeente voor de levering, bedoeld in de artt. 8 en 9, in rekening brengen voor: 1 M3 grove puin binnen de gemeente f 1.40. 1 fijne 0.70. 1 grove buiten 1.70. 1 fijne 1.—. Tweede perceel. Verpachting van het bagger werk in gemeente wateren. Art. 11. De wateren, welker uitbaggering hier bedoeld wordt, zijn alle wateren, gelegen binnen de singelwegen, alsmede de Haarlemmertrekvaart, voor zoover deze binnen de gemeente grens ligt, doch met uitzondering van het Galgewater. Art. 12. De pachters moeten dagelijks, Zon- en de in art. 2 ge noemde feestdagen uitgezonderdtusschen zonsopgang en zonsondergang met het noodige getal manschappen en vaar tuigen, ter beoordeeling van de verpachters, doen baggeren, doch met geene andere werktuigen dan met den gewonen baggerbeugel zonder lip of punt, waarmede de vaste grond zoude kunnen worden weggenomen. De schuiten moeten na afloop van de dagtaak gebracht worden naar de baggerstalen. De verpachters behouden zich het recht voor om ten allen tijde plaatsen, waar gebaggerd moet wordenaan te wijzen, alsmede om het baggeren op bepaalde plaatsen en tijden of in de geheele gemeente te verbieden, welke verplichtingen of welk verbod de pachters onverwijld moeten nakomen. Art. 13. De baggerlieden mogen bij het baggeren met hunne vaar tuigen nimmer nader dan één meter bij de wallen of de brughoofden komen, noch op den wal staande bagger trekken. Zonder toestemming der belanghebbenden mogen zij niet bag geren binnen vijftien meters van de spoel vlotten en duikers der ververijenbranderijen en andere fabrieken, welke helder water noodig hebben. Zij zullen evenzeer blijven op een afstand van vijf meter van de groote gaspijpen en de zinkers der gas- en duinwaterleiding in de grachten aanwezig. Zij mogen geen vuil, steenen, bagger of andere voorwerpen, uit het water opgetrokken, op den wal nederleggen of weder in het water werpen. De heele en volle halve klinkersteen, benevens de bruikbare keien blijven het eigendom der gemeente. Zij moeten van wege de pachters naar de Stads-Timmerwerf of naar de Hulpwerf vervoerd en gelost en zullen aldaar geteld worden. Voor 100 stuks klinkers, drie halve voor een heele gerekend, ontvangen de pachters eene vergoeding van 50 cents en voor elke 100 stuks bruikbare grauwe keien één gulden en voor de 100 stuks vlakke witte keien twee gulden. De beoordeeling van dit alles blijft aan de verpachters. Art. 14. De pachters moeten het uit de stadswateren gebaggerde zoo spoedig mogelijk buiten de stad doen wegvoeren. De verpachting geschiedt onder voorbehoud dat de ver pachters het recht hebben grachten te dempen, zonder den pachters daarvoor eenige schadeloosstelling verschuldigd te zijn. Derde perceel Verpachting van den afval der Veemarkten, benevens de bediening dezer markten. Art. 15. Tot deze verpachting behoort: a. het weghalen van den mest en verderen afval van de Veemarkten en wat daartoe door de verpachters gerekend wordt. b. het leveren der benoodigde afscheidingen der markten, hokken en touwen. c. het leveren van het benoodigde stroo of zaagsel, ter keuze van de verpachters. d. het opruimen van het stroo en het zaagsel en het reinigen der markten. e. de bediening der markten. Art. 16. De pachters zijn verplicht de afscheidingen of toegangen tot de markten, de touwen voor alle markten, de schutten of hokken voor lammeren, schapen, varkens en biggen te leveren, te plaatsen en na afloop der markten zoo spoedig mogelijk weer op te ruimen. De schutten of hokken zullen eene grootte moeten hebben van 4 M2; voor de lammeren moeten zij 62 en voor de schapen 75 c.M. hoog zijn. De pachters mogen voor de hokken der lammeren dertig cents en voor die der schapen veertig cents voor elk hok in rekening brengen. Indien de pachters de schutten niet op tijd plaatsenniet op tijd opruimen of indien de schutten blijken onvoldoende sterkte te hebben of van onvoldoende kwaliteit te zijnhebben de verpachters het recht hierin onmiddellijk op kosten van de pachters of hunne borgen te voorzien. Een half uur na de sluiting der markten moeten de pachters aanvangen met het behoorlijk doen schoonmaken en zuiveren der markten en van de daaromheen liggende straten van alle modder, mest en vuil. Van gemeentewege kan daartoe voor de besproeiing der marktterreinen met duinwater het noodige worden verricht. Zij zullen zorg dragen dat het schoonmaken binnen 6 uren na de sluiting is afgeloopen. Tweemaal 'sjaars en wel in de maanden Juni en September moeten de pachters.de markten in haar geheel doen wieden en van onkruid en gras doen zuiveren. Art. 17. De pachters zorgen steeds voor een genoegzamen voorraad zuiver stroo of zaagsel ter keuze van de verpachters. Het na afloop op de markten overblijvende stroo en zaagsel en de mest komen ten voordeele van de pachters, die ge houden zijn de markten in haar geheel schoon te maken en te houden. Art. 18. De pachters zijn verplicht bij de aankomst van alle vaar tuigen die vee aanvoerente onderzoeken of de vaartuigen van de mest moeten gezuiverd wordenzoo noodig te zuiveren en de mest in ontvangst te nemen. Art. 19. De runderen en paarden worden aan touwen of ijzeren roeden en hardsteenen of ijzeren palen gebondende schapen en lammeren in hokken, de varkens tusschen hekken en de biggen in manden of hokken.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1903 | | pagina 9