126 De stieeuwopruiming is niet onder de schoonhouding be grepen. Art. 2. Het ophalen van de asch en vuilnis, waarvan de ingezetenen ontlast willen worden, geschiedt dagelijks, Zon- en algemeen erkende feestdagen uitgezonderdvan 1 Maart tot 1 October te zeven uren, van 1 October tot 1 Maart te acht uren aan vangende, langs de huizen, in alle straten en stegen, poorten en lanen en op alle grachten, met karren, schuiten of hand wagens, zoodat ieder dagelijks in de gelegenheid wordt gesteld zich van die voorwerpen te ontdoen. De emmers, bakken of manden enz moeten, na behoorlijk geledigd te zijn, onbeschadigd aan de huizen worden terug gegeven. Het waterschuimen geschiedt gedurende den vollen werkdag. Onder algemeen erkende feestdagen wordt verstaande Nieuwjaarsdag, tweede Paaschdag, Hemelvaartsdag, tweede Pinksterdag en de beide Kerstdagen. De tweede Kerstdag echter niet, wanneer de beide Kerstdagen en een Zondag op elkander volgen. De vuilnislieden geven van hunne komst kennis door 3 maal op behoorlijke wijze aan te schellen of wel door te ratelen. Art. 3. De pachters zullen steeds een voldoend aantal in goeden staat zijnde wagens, karren, schuiten en andere hulpmiddelen in gebruik hebben, ter beoordeeling van de verpachters. De wagens en karren zullen overdekt en behoorlijk gesloten moeten zijn, zoodat noch verstuiving, noch uitstorting kan plaats hebben, een en ander volgens goedvinden en zoo noodig volgens aanwijzing der verpachters. De schuiten, welke gebe zigd worden voor het verzamelen of het vervoeren van vuilnis, zullen eveneens overdekt en afsluitbaar moeten zijn. Telken male na opneming van een vracht vuil zullen de schuiten weer afgesloten moeten worden. De ligplaatsen der schuiten in de gemeente worden door de verpachters aangewezen. Op de plechten der vaartuigen mag geen vuilpuinenz.hoe ook genaamd, worden geladen. De vuilnis, puin enz. moet vóór zonsondergang uit de gemeente verwijderd worden. Ledig materiaal mag, mits overdekt in loodsen of onder schuiten huizen, 's nachts binnen de gemeente verblijven. Art. 4. Het is verboden gedurende het ophalen of vervoeren van vuil, asch enz. deze uit te zoeken of te ziften. Dit werk mag alleen aan de opslagplaats geschieden. De pachter zal de aschhet vuil enz. in ontvangst moeten nemen, zooals het hem wordt aangeboden. Gemengde asch en vuilnis, door particulieren aangeboden, behoeft alleen te wor den aangenomen in de door de verpachters aangewezen wijken, waar het scheiden voor de bewoners te bezwaarlijk zoude zijn. De pachters zijn verplicht te zorgen, dat iederen dag vóór des namiddags drie uren bij alle ingezetenen het vuil, de asch enz. is opgehaald. Zij zorgen voor het geregeld ledigen en schoonhouden van alle door de gemeente in gebouwen of op straat geplaatste of nog te plaatsen vuilnisbakken, zoomede van de vuilnis- en sintelbakken van het Academisch Ziekenhuis, het Militair Hospitaal, de Werkinrichting voor vrouwen, de Kazernes en de gebouwen voor Academisch onderwijs. Zij zorgen dat de fabrikanten van de asch, vuilnis, afval, hoe ook genaamd, uit de fabrieken afkomstig en geborgen ter plaatse, waar de fabrikanten gewoon zijn dergelijke zaken te bergen, mits op den beganen grond, ontlast worden op de eerste aanzegging van wege de verpachters of op aanvrage van de fabrikanten. Evenzoo zijn zij verplicht te zorgen, dat alle puin, komende van den bouw of verbouw van huizen worde weggevoerd. Voor het weghalen van den afval uit fabrieken en van de hierbedoelde puin kan door de pachters eene vergoeding van f 0.50 per kubieken meter^ een gedeelte van een M.3 voor een geheelen gerekend, aan de belanghebbenden in rekening wor den gebracht. De pachters zijn verplicht van schippers, die vee ter markt aanvoeren, op hun verlangen, mest gratis langs boord over te nemen en weg te voeren. De gevulde schuiten zullen 's nachts niet binnen de gemeente mogen verblijven. Art. 5. De pachters zullen zorgen a. dat aarde, klei en uitgedolven grondwaarvan de inge zetenen zich willen ontdoen, zoo spoedig mogelijk op verlangen der verpachters of ingezetenen wordt weggehaald. Zij zuilen daarvoor den ingezetenen 50 cfs. per M.s in rekening mogen brengen. b. dat op de groentenmarkt bestendig een of meer schuiten aanwezig zijn om afval van groenten op te nemen en dat na den afloop der markt de geheele straat worde schoongeveegd. c. dat bij het afvallen der bladeren van de boomen op de stratengrachten en singels alles ten spoedigste worde weg geruimd, ten genoegen en volgens aanwijzing der verpachters. d. dat tijdens de kermisdagen vóór 9 uur 's morgens, de straten en terreinen, door de kermistenten ingenomen, behoor lijk worden gereinigd en ook het vuil, afval, enz. uit die tenten wordt meegenomen. e. dat Zondagsmorgens vóór 9 uur de trambaan is gereinigd, alsmede de straten, stegen en pleinen, waar de Zaterdagavond markt wordt gehouden. f. dat alles wordt opgeruimd en weggevoerd, wat tot het reinhouden der straten door of van wege de verpachters wordt aangewezen. Voor de reiniging sub. b, c en d zullen geene der in art. 6 genoemde vaste straatvegers mogen worden gebezigd. De pachters of hun gemachtigde, ten genoegen van Burge meester en Wethouders, die zich volgens art. 39 eiken dag om 12 uur op het Bureau van Gemeentewei ken moeten be vinden, ontvangen daar opgave van de puin en andere stoffen, waarvan de gemeente of particulieren zich wenschen te ontdoen. Van deze opgaven en andere opdrachten, de reiniging betref fende, zal een register worden aangehouden, dat dagelijks door de pachters of hun gemachtigde moet worden afgeteekend. Behoudens in enkele gevallen door de verpachters te ver- leenen uitstel van hoogstens 24 uren, zullen puin en andere stoffen, mits niet meer dan 20 Ms bedragende en op eenzelfde plaats aanwezig, nog denzelfden dag, grootere hoeveelheden zoo spoedig mogelijk, ter beoordeeling van de verpachters moeten worden verwijderd. Onder de hierbedoelde puin en andere stoffen is niet be grepen grond afkomstig varr uitgravingen van werken, die door de gemeente zijrr uitbesteed en evenmin diepspecie. Art. 6. Voor de goede straatreiniging zullen de pachters ten minste 10 man, die ten genoegen van de verpachters moeten zijn, ter beschikking van dezen stellen. De verdeeling dezer werklieden over de verschillende stads wijken wordt door de verpachters volgens een vast plan ge regeld. Zij moeten voorzien zijn van goed overdekte kruiwagens of karrenschoppengietersbezems en verdere benoodigd- heden. Indien de verpachters eventueel tot straatbesproeiing uit de waterleiding willen overgaan, zullen de straatvegers met deze werkzaamheden kunnen worden belast. Alsdan ontvangen zij de daarvoor noodige gereedschappen, als slangen, straal- pijpen enz. van de verpachters. De pachters zullen op de door de verpachters te bepalen dagen de noodige bespanning en bediening voor twee door de gemeente te verstrekken en te onderhouden sproeiwagens leveren. Gerekend wordt op ten minste 80 sproeidagen per jaar. Voor eiken sproeidag meer zullen de pachters f 8.— in rekening mogen brengen. De vaste straatvegers staan tijdens sneeuwruiming met hun materieel en gereedschappen, zonder extra vergoeding, ter beschikking der verpachters. Indien de verpachters meer straatvegers en hulpmiddelen noodig oordeelendan zijn de pachters verplicht daarvoor dadelijk te zorgen. Alsdan wordt voor eiken straatveger boven het verplichte aantal van 10, aan den pachter 1.35 per dag uitgekeerdbehalve wanneer de extra-straatveger benoodigd is voor de werkzaamheden, genoemd in artikel 5 onder b c en d. Voorts moeten door de vei pachters aan te wijzen straten en wegen op de door hen te bepalen tijdstippen ge reinigd worden met een door paarden getrokken veegmachine van door de verpachters goed te keuren model. Het door de machine naar de wegkanten toegeveegde vuil zal vervolgens door afzonderlijk personeel in wagens of karren worden op gehaald en weggevoerd. Gerekend wordt op 50 dagen reiniging per jaar. Voor eiken dag meer zal door de verpachters ƒ5. aan de pachters worden vergoed. Art. 7. De pachters zorgen dat alle grachten, singels, slooten en andere gemeentewateren, gelegen binnen de gemeente alsmede de navolgende particuliere slooten de sloot aan de Witte laan tot aan de brug van Gebr. de Graaff, de sloot aan de Roode laan, tot het einde van het voormalig Gevangenhuis en aan de Heerenstraat 10 M. zuidwaarts, benevens de sloot langs het Philosofenpad van drijvend vuil, dus van takken, manden, bladeren, rot tende stoffen, uitwerpselen, oude kleeren, stroo, papieren, waterplanten (flap), cadavers en wat verder door de verpachters onder drijvend vuil wordt verstaan, steeds zuiver worden gehouden. i Zij zorgen voor het buiten schouw houden voor zooveel

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1903 | | pagina 8