54 DONDERDAG 23 APRIL 1903. De heer de Lange. M. d. V. Ik behoor tot degenen, die het betreuren, dat de behandeling van deze verordening niet is uitgesteld. Burg. en Weth. hebben wel eens geklaagd over het rauwelijks in de vergadering doen van voorstellen tot wijzigingen, maar dat zal nu toch moeten geschieden, en dit maakt de behandeling uiterst moeilijk. Als men niet van te voren de voorstellen tot wijziging goed kan nagaan en overwegenmoet men thans wel roeien met de riemen die men heeft. Ik heb voor mij liggen twee verordeningen, die van Groningen en die van Utrecht. Als lid van de Commissie voor het slachthuis heb ik geen bezwaar gehad tegen het in de concept-verordening betreffende den Zaterdag bepaalde omdat dit ongeveer overeenkomt met het te Groningen en Utrecht bepaalde. Daar is ook Zaterdagsmiddags het slacht huis gesloten. En nu er geen gelegenheid meer is om des kundigen te hooren, kan ik een voorstel tot wijziging van deze bepaling ook niet steunen, want aan dat voorstel ont breekt de basis, die wij zouden moeten hebben, namelijk toelichting van deskundigen. De Voorzitter. U hebt als lid van de Commissie voor het slachthuis u toch wel op de hoogte kunnen stellen. Indien iemand voorbereid is de discussie dadelijk te aanvaarden, zoudt u dat mijns inziens moeten zijn. Intusschen is de prak tijk de beste leerschool, en de praktijk in Groningen en Utrecht hebben geleerd, dat deze uren geschikt zijn. En wanneer hier na verloop van eenigen tijd blijkt, dat er over wegende praktische bezwaren tegen zijn, kan men de uren van openstelling wijzigen. Ik acht het echter een veilige weg het voorloopig zoo te decreteeren, omdat in twee andere gemeenten tegen deze regeling op den duur geen bezwaren gerezen zijn. De heer de Lange. Ik heb voor mij zeiven geen uitstel begeerd, maar alleen voor hen die't vroegen. Wat mij betreft, ik ben volkomen tevreden met de regeling, in art. 3 neerge legd; en aangezien hier geen gemotiveerd voorstel tot wijzi ging kan worden gedaan, ben ik tegen verandering. Wat de feestdagen betreftook in Groningen en Utrecht is het slacht huis op die dagen niet open, en ik meen dat er geen behoefte aan is 't Slachthuis op een dier feestdagen open te stellen, omdat het vleesch in de koelcellen op behoorlijke wijze kan worden bewaard. De heer van der Lip. M. d. V. Kan het geen bezwaar op leveren, dat de mogelijkheid bestaat, dat het abattoir drie dagen achtereen gesloten is, hetgeen het geval zal zijn wan neer de le Kerstdag op een Vrijdag valt? De heer Korevaar. M. d. V. Wat het door den heer Sijtsma voorgestelde betreft, kan ik mededeelen, dat alleen in Rotter dam, Amsterdam en Nijmegen gelegenheid is om des Zater dagsmiddags te slachten. In Amsterdam en Rotterdam is het een zeer druk bedrijf; alleen Nijmegen kan eenigszins met onze gemeente op een lijn worden gesteld. Aldaar wordt Zaterdags den geheelen dag gelegenheid gegeven tot slachten, v maar des middags wordt daarvan bijna geen gebruik gemaakt. In alle andere plaatsen wordt alleen Zaterdagsmorgens geslacht tot twaalf of één uur. Ik weet niet welke andere gewoonten de slagers hier hebben. De openingsuren zijn geregeld in verband met de gewoonte van de Leidsche slagers en volgens de door den Inspecteur van de vee- en vleeschkeuring daar van opgedane ondervinding. In het algemeen kan ik mede deelen, dat in de vastgestelde openingsuren viermaal zooveel vee kan worden geslacht als hier gezamenlijk door de slagers geslacht wordt. Men moet ook voorzichtig zijn in het maken van vergelijkingen met andere plaatsen; in Groningen b.v. wordt zeer veel vee meer geslacht als hier ter stede. Daar wordt 'U/2 maal meer runderen, 3 maal meer kalveren, 2^2 maal meer varkens en 30 maal meer schapen dan te Leiden geslacht. De capaciteit van het slachthuis aldaar is niet arooter dan die van het onze. Natuurlijk moet het aantal openingsuren daar grooter zijn. Ook moet rekening worden gehouden met de som, voor bezoldiging van personeel uit getrokken. Deze is nauwelijks voldoende om het slachthuis in de openingsuren behoorlijk te exploiteerenzonder het personeel overmatigen arbeid te doen verrichten. Het personeel zal nu reeds 10 a 101/a uur dienst moeten doen; er is al een ambtenaar, die over te langen diensttijd geklaagd heeft; wij staan dus in dat opzicht bij de grens. Vermeerdering van openingsuren moet dus noodzakelijk direct vormeerdering van personeel tengevolge hebben. Wat dat zal kosten is vooraf niet te berekenen. Zooals U, Mijnheer de Voorzitter, reeds hebt opgemerkt, is deze verordening van alle kanten bezien en is er rekening gehou den met de gewoonten van de slagers hier ter stede en met hetgeen in andere gemeenten is bepaald. Ik geloof daarom, dat° het niet zoo gewaagd is met het hier voorgestelde een proef te nemen. Dat is ten minste mogelijk. Blijkt het dat het aantal openingsuren te gering is, dan kan dit aantal en het personeel worden vermeerderd. Maar de omgekeerde proef is niet te nemen: stelt men nu meer personeel aan om het aantal openingsuren te kunnen vergrooten, en blijkt dat men het met minder had kunnen doen, dan kan men het personeel niet weer ontslaan. De heer df. Lange. M. de V. Daar straks is door u als argument in het debat gebracht, dat elke dag uitstel van de opening van het slachthuis de gemeente honderd gulden kost. Nu wordt weer een dergelijk argument gebezigd. Ik ben tegen de voorgestelde wijziging, maar vóór een andere wijze van bestrijding. De concept-verordening, die wij nu behandelen, had drie maanden eerder hier kunnen zijn. Als er raadsleden zijn, die eene week uitstel willen van behandeling, moet het dus niet worden voorgesteld alsof die f 600. willen weggooien. Nu vraagt een lid of het aantal uren van opening ook kan worden uitgebreid en zegt de Wethouder daarop, dat dit dan zal moeten leiden tot de aanstelling van meer personeel. De Wethouder kan op dit oogenblik niet aantoonen, dat er meer personeel zal moeten zijn als het slachthuis, in plaats van tot 12 uur, des Zaterdagsmiddags tot 2 uur geopend is. Ik vind een dergelijke wijze van bestrijding niet aangenaam. Wij moeten de zaak objectief behandelen en geen boemannen voor den dag halenvan wie wij niet weten of het schaduwen zijn of levende wezens. De Voorzitter. Ik meen toch, dat een Wethouder, als strijdende voor zijn Departement, alleszins het recht heeft om te wijzen op de finantiëele gevolgen, welke de aanneming van een voorstel eventueel zou kunnen hebben. Ik kan niet inzien, dat dit afkeuring zou verdienen. Dat de verordening er vroeger had kunnen zijn, mag waar zijn, maar dit is op dit oogenblik toch een afgedane zaak, en ik meen dat men dus, afgescheiden daarvan, er wel degelijk ook thans nog op mag wijzen, dat vertraging op dit oogenblik finan- tieele nadeelen medebrengt. Ik geloof dus niet dat de wijze van bestrijding van den Wethouder de qualificatie verdient, welke daaraan door den heer de Lange is toegekend. De heer A. J. v. Hoeken J.Jz. Mijnheer de Voorzitter. Ik geloof dat zeer terecht door verschillende heeren er op ge wezen is dat als de le Kerstdag op Vrijdag valt, het slacht huis 3 dagen gesloten zal zijn; ik zou daarom in overweging willen geven de clausule in te voegen, die indertijd op voor stel van den heer van Dissel in de verordening op den in voer, doorvoer en vervoer van vee is gebracht, waardoor het slachthuis op den 2<ien Kerstdag geopend zal zijn. De Voorzitter. Hiertegen bestaat bij Burg. en Weth. geen bezwaar. De heer P. J. v. Hoeken. Mijnheer de Voorzitter. Ik heb van den heer Korevaar vernomen dat er driemaal zooveel vee geslacht kan worden en het slachthuis alzoo voldoende ruimte biedt. Dit is voor de slagers een verblijdend verschijnsel maar wat helpt het als er Zaterdagsmiddags niet geslacht mag worden. Mij is door slagers verzekerd dat het uur van eenen wat vroeg was en gevraagd of het niet mogelijk zou zijn het slachthuis Zaterdagmiddags open te stellen tot 3 uur. Mogelijk brengt dit eenige kosten mede. maar, daar het in het belang der slagers is, wensch ik wel dat het met 2 uur verlengd wordt. De heer Sijtsma. M. de V. Ik merk op, dat het slacht huis ook wel Zaterdagsmiddags geopend kan zijn zonder het totaal der openingsuren te vermeerderen. Men zou n.l. de uren 's morgens kunnen laten vervallendan is men in de gelegenheid het slachthuis 's morgens schoon te maken. De Voorzitter. Het is mij niet duidelijk waarom verande ring in de openingsuren gewenscht zou zijn. In Groningen en Utrecht is zonder eenig bezwaar het slachthuis des Zater dagsmiddags gesloten, en ik zie niet in waarom dat hier niet zou kunnen. Blijken er in de praktijk overwegende bezwaren tegen te zijn, dan kunnen wij de verordening later wijzigen, maar ik zou er voor zijn het eerst met deze bepaling, die elders voldoet, te probeeren. De heer Korevaar. M. d. V. Naar aanleiding van hetgeen de heer Sijtsma opmerkt, namelijk, dat verandering gewenscht zou zijn in het belang van de slagers, wil ik mededeelen dat de regeling van de uren berust op de gewoonten van het gros der slagers hier te stede. Men heeft er eenige jaren lang notitie van gehouden wanneer er het meeste geslacht wordt. Misschien zijn er nu wel eenige slagers, die van de gewoonte afwijken, maar ik vind het bedenkelijk aan deze enkelen te gemoet te komen. Als men het slachthuis altijd openstelde, zou er ook wel steeds iemand komen om te slachten, maar dat zou een verbazend dure exploitatie zijn. De heer Bosch. M. d. V. Is er dan bij het rekening houden met de gewoonten der slagers ook rekening mede gehouden,

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1903 | | pagina 8