41 het slachten en van de keuring van het Openbaar Slachthuis weg te voeren of te doen wegvoeren. Het is verboden het overige vleesch langer dan tot 's mor gens 9 uur van den werkdag, volgende op dien, waarop ge slacht is, in de slachthallen te doen verblijven. Artikel 45. Het is verboden de geslachte dieren of daarvan afkomstig vleesch uit de lokalen van het Openbaar Slachthuis weg te voerenvoordat de keuring heeft plaats gevonden en de in de Verordening op de Vee- en Vleeschkeuring genoemde deelen met goedkeuringsmerken zijn voorzien. Eerst na het aanbrengen der goedkeuringsmerken mag de eigenaar over het vleesch nader beschikken. Het vleesch van den romp van stieren, ossen, koeien, paarden, muilezels, muildieren en ezels mag in geen kleinere stukken dan vierdedeelen, dat van kalveren, varkens, schapen, bokken en geiten in kleinere dan helften worden weggevoerd, tenzij het vleesch betreft, uit koelhuis of voorkoelhuis afkomstig. De voorafgaande bepalingen van dit artikel zijn niet van toepassing op gesteriliseerd vleesch. Het is verboden ingewanden weg te voeren anders dan ge reinigd. Artikel 46. Ieder, die op het Openbaar Slachthuis dieren slacht of doet slachten, is verplicht de door of voor hem geslachte dieren terstond op elk vierendeel van den romp en op alle andere deelen, welke daarvoor in aanmerking komen, van een door den Directeur goedgekeurd naamstempel te voorzien, hetwelk op duidelijk leesbare wijze den naam van den eigenaar bevat. Artikel 47. De plaatsen, in het Openbaar Slachthuis voor het slachten van vee gebezigd, de slachtbanken en andere gereedschappen, daarbij gebruikt de gebruikte ruimten in penserij en darm- wasscherij moeten door of van wege de gebruikers dadelijk na het gebruik ten genoegen van den Directeur gereinigd worden. IV. Bepalingen betreffende het koelhuis en het voorkoelhuis. Artikel 48. Van het koelhuis en het voorkoelhuis mag alleen gebruik gemaakt worden door personen, die van den Directeur tegen betaling van het daarvoor vastgestelde recht, een of meer koel cellen ten gebruike gekregen hebben. De in het koelhuis beschikbare koelcellen worden in de eerste plaats ten gebruike afgestaan aan de personen, die op het Openbaar Slachthuis hun bedrijf uitoefenen. Aan anderen dan hen, die een of meer koelcellen in gebruik gekregen hebben, of hun ondergeschikten is de toegang tot koelhuis en voorkoelhuis verboden. Artikel 49. Indien de gebruiker van een of meer koelcellen vóór of op den 30 November niet schriftelijk aan den Directeur kennis heeft gegeven, dat hij het gebruik in de volgende koelperiode niet wenscht voort te zetten, wordt hij geacht dezelfde koel ruimte voor de volgende koelperiode te hebben gehuurd. De Directeur heeft het recht het gebruik na afloop van eene koelperiode te doen ophouden, behoudens beroep op Burgemeester en Wethouders, binnen acht dagen in te stellen hij geeft daarvan aan den gebruiker met opgave van redenen kennis vóór den 30 November. Ook in den loop der koelperiode kan door den Directeur aan een gebruiker het verdere gebruik van koelhuis en voor koelhuis worden ontzegd, indien hij of zijn ondergeschikten zich bij herhaling aan overtreding der voorschriften schuldig maakt of maken. De gebruiker van het koelhuis verliest de beschikking over de door hem gebruikte ruimte, indien hij ten opzichte der betaling van het verschuldigde recht in gebreke blijft. Artikel 50. Een koelcel wordt slechts aan één persoon in gebruik afge staan, tenzij, ter beoordeeling van den Directeur, het bedrijf van de aanvragers het wenschelijk maakt één koelcel aan ten hoogste twee personen in gebruik af te staan. Zij zijn dan ieder hoofdelijk en voor het geheel aansprakelijk voor het nakomen der ten aanzien van het gebruik van het koelhuis en van het voorkoelhuis bij deze verordening gegeven voorschriften. Het is den gebruikers verboden ruimte eener koelcel aan derden te verhuren of af te staan op verbeurte van het recht van gebruik. Gebruikers van koelcellen dragen zorg, dat geen vleesch van hen, die geen vergunning tot het gebruik van het koel huis verkregen hebben, in hun koelcellen aanwezig zij. Artikel 51. In het koelhuis en het voorkoelhuis mag alleen bewaard worden alle versch vleesch met uitzondering van a. koppen van vee, behalve die van varkens, tenzij met bijzondere vergunning van den Directeur; buierhelften van koeien; c. ondereinden van ledematen; d. ingewanden, behalve darmscheil en net, tenzij met bij zondere vergunning van den Directeur. Bovendien moet de toestand van het vleesch zoo zijn, ter nadere beoordeeling van den Directeur, dat de koelhuis- of voorkoelhuis-atmosfeer daardoor niet verontreinigd wordt. Voor het daarin bewaren van andere artikelen is eene bij - zondere vergunning van den Directeur noodig, welke door hem te allen tijde kan worden ingetrokken. Artikel 52. Geen versch vleesch mag in de koelcellen worden gehangen dan na afkoeling gedurende ten minste 6 uren in het voor koelhuis. Het in het voorkoelhuis gebrachte vleesch moet daaruit verwijderd worden vóór den middag van den dag, op dien van het slachten volgend. Artikel 53. Het voorkoelhuis is voor de gebruikers van het koelhuis toegankelijk gedurende den voor het slachten vastgestelden tijd. Het koelhuis is voor de gebruikers toegankelijk van 1 Februari tot en met 30 November, of zooveel vroeger dan 1 Februari en zooveel later dan 30 November, als de weersgesteldheid naar het oordeel van Burgemeester en Wethouders noodig maakt, dagelijks, uitgezonderd de Zon- en feestdagen, genoemd in artikel 3, des voormiddags van 7 tot 8 uur, van des voor middags 11 tot des namiddags 1 uur en van 6 tot 7 uur des namiddags. üp de in artikel 3 genoemde Zondagen is het koelhuis ge sloten; op de overige in artikel 3 genoemde Christelijke feestdagen is het geopend van 7 tot 8 uur des morgens. artikel 54. Het is verboden: a. het koelhuis en het voorkoelhuis binnen te treden of te verlaten, zonder de deuren onmiddellijk daarna te sluiten; b. in de gangen, welke zich tusschen de koelcellen bevinden, voorwerpen te plaatsen of te hangen of werkzaamheden aan het vleesch te verrichten; c. het vleesch op te hangen aan andere dan in het voor koelhuis en in de koelcellen aanwezige haken; d. het vleesch in de koelcellen te verkleinen anders dan met zaag of mes; e. met wagens in het voorkoelhuis of het koelhuis te rijden f. vleeschstukken voor of op elkaar aan denzelfden haak te hangen; g. opgerolde vleeschstukken te bewaren in het koelhuis; h. in de koelcellen andere voorwerpen te plaatsen dan die, vervaardigd van blik of vertind ijzer; i. vleesch op den bodem der cellen te bewaren anders dan in bakken, vervaardigd van blik of vertind ijzer. Artikel 55. De gebruikers der koelcellen zijn verplicht deze zindelijk te houden ten genoegen van den Directeur en ze te reinigen naar de door of vanwege hem gegeven voorschriften. Artikel 56. De gebruikers zijn verplicht de koelcellen bij het verlaten goed te sluiten. Zij zijn verplicht een sleutel in bewaring te geven bij den Directeur en hem, zoo dikwijls hij zulks wenscht, toegang tot de cellen te verleenen. De Directeur heeft bovendien het recht zich ten allen tijde toegang tot de koelcellen te verschaffen. Artikel 57. Den gebruiker van een koelcel of zijn personeel wordt geen toegang in de cel verleend door middel van de bij den Direc teur berustende sleutel. v. Bepalingen omtrent het gebruik van den sterilisator, den vetsmeltketel en de vleeschverkoopruimte. Artikel 58. Het steriliseeren van vleesch of smelten van vet in de daar voor bestemde toestellen geschiedt steeds door of onder toe zicht van het personeel van het Openbaar Slachthuis. De bewerking geschiedt op verzoek van de eigenaars van,

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1903 | | pagina 5