GEMEENTERAAD VAN LEIDEN.
15
IN GEKOMEN STUKKEN.
N°. 44. Leiden, 9 Februari 1903.
De Commissie van Financiën deelt U mede, dat zij tegen
den in hare handen gestelden staat van af- en overschrijving
op de begrooting der d.d. Schutterij, over het jaar 1902, geene
bedenkingen heeft.
Zij stelt U voor tot voorloopige goedkeuring van dien staat
te besluiten.
Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiën.
N°. 45. Leiden, 13 Februari 1903.
Onder overlegging van bijgaand verzoek van Dr. L. Vuijck
en van het daaromtrent uitgebracht advies van de Com
missie van Toezicht op het Middelbaar Onderwijs, geven wij
Uwe Vergadering in overweging aan Dr. L. Vuijck, op zijn
verzoek, met ingang van 23 Februari a. s. eervol ontslag
te verleenen uit zijne betrekking van tijdelijk leeraar in de
Natuurlijke Historie aan de Hoogere Burgerschool voor Jon
gens alhier.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
Leiden, 11 Februari 1903.
Onder terugzending van het bij uw schrijven van 27 Januari
1.1. N°. 10 a/, irjgekomen verzoek van den heer Dr. L. Vuijck
om ontslag uit zijne betrekking van tijdelijk leeraar in de
Natuurlijke Historie aan de Hoogere Burgerschool voor Jongens
alhier hebben wij de eer U te adviseeren hem dit ontslag
eervol te willen verleenen tegen 23 Februari aanstaande doch
niet vóór dit tijdstip.
De Commissie van Toezicht op het
Middelbaar Onderwijs,
H. A. Lokentz, Voorzitter.
H. M. A. Coebergh, Secretaris.
Aan Heeren Burgemeester en "Wethouders van Leiden.
Leiden, 23 Januari 1903.
Aan Burgemeester en Wethouders der gemeente Leiden.
EdelAchtbare Heeren.
OndergeteekendeLaurens Vuijck, tijdelijk leeraar aan de
Hoogere Burgerschool voor Jongens alhier, verzoekt hierbij
zijn ontslag uit gemelde betrekking tegen 23 Februari a. s.
of zooveel eerder als door uw college zal mogelijk geacht
worden.
Hetwelk doende, enz.
L. Vuijck.
No. 46. Leiden, 13 Februari 1903.
Onder overlegging van bijgaand adres van H. K. Overdiep,
houdende verzoek om vrijstelling van de betaling van school
geld, hebben wij de eer Uwe Vergadering mede te deelen
dat de dochter van adressant den 26en Januari 1.1. de Hoogere
Burgerschool voor Meisjes heeft verlaten, a.angezien ziekte
harer moeder hare tegenwoordigheid in het huishouden noodig
maakte.
Wij geven U daarom in overweging aan adressant vrij
stelling van schoolgeld te verleenen over de laatste twee kwar
talen van den loopenden cursus.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
Aan den Raad der Gemeente Leiden.
Edelachtbare Heeren
Ten gevolge van ziekte zag ondergeteekende, Hoofd der
O. S. te Voorschoten, zich genoodzaakt, zijne dochter, sedert
September 1902 leerlinge der H. B. S. voor meisjes te Leiden,
thuis te houdenzoodat ze na 26 Januari j. 1. die inrichting
niet meer bezocht.
Het is daaromdat ondergeteekende UEd. beleeft verzoekt
hem ontheffing te willen verleenen van de betaling van school
geld over het tijdperk 1 Maart tot 1 September 1903, dus
voor twee kwartalen.
Met de meeste hoogachting heeft hij de eer te zijn:
Uw dienstw. dien.
Voorschoten 9 Februari 1903. K. H. Overdiep.
N°. 47. Leiden, 14 Februari 1903.
Ten einde tot de openbare verpachting der standplaatsen
op de aanstaande kermis te kunnen overgaan, zullen de
daarvoor benoodigde terreinen weder voor den duur dier
kermis aan den openbaren dienst moeten worden onttrokken.
Mitsdien geven wij Uwe Vergadering in overweging de op
bijbehoorende situatieteekening met de letters A, B, C, D, E,
F, G, H, en I aangegeven terreinen, ter grootte respectievelijk
van 462, 155, 378, 155, 180, 12, 216, 50 en 25 M\ gelegen,
de eerste vier op de Lammermarkt, het vijfde op de Binnen
vestgracht, het zesde op de Nieuwe Beestenmarkt, het zevende
op de Boommarkt, het achtste op de Beestenmarkt en het
negende op de Aalmarkt, ten behoeve van de plaatsing van
twee draaimolens, een stoomcarousseleen hippodrome, een
luchtschommel, een slagmachine, een kinematograaf en twee
photographie-inrichtingen of daarmede gelijk te stellen inrich
tingen, voor den tijd van 13 dagen, te beginnen met Vrijdag
17 Juli en eindigende Woensdag 29 Juli 1903 aan den open
baren dienst te onttrekken en ons tot de openbare verpach
ting dier standplaatsen te machtigen onder de bij raadsbesluit
van 16 Maart 1899 vastgestelde voorwaarden, zooals die bij
latere raadsbesluiten nader zijn gewijzigd en aangevuld.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 48. Leiden, 17 Februari 1903.
Onder overlegging van nevensgaand verzoek van Dr. P. H.
Damsté om terugbetaling van schoolgeld, lager onderwijs,
geven wij Uwe Vergadering in overweging aan adressant
restitutie te verleenen van het door hem betaalde schoolgeld
over de maand Maart van dit jaar, tot een gezamenlijk bedrag
van 7,50, aangezien ons bij onderzoek gebleken is dat zijne
beide kinderen, leerlingen der Jongensschool le klasse en
Meisjesschool le klasse, den len Maart a. s. de gemeente
metterwoon verlaten.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
Utrecht, 9 Februari 1903.
Aan den Edelachtbaren Raad der Gemeente Leiden.
heeft ondergeteekende, Dr. Pieter Helbert Damsté, Hoog
leeraar aan de Rijks Universiteit te Utrecht, de eer kennis
te geven, dat zijne kinderen, Anny en Onno, wegens veran
dering van woonplaatsmet ingang van 1 Maart e. k. de
gemeentescholen te Leiden zullen verlaten, en dat hij dien
tengevolge terugbetaling verzoekt van het door hem over de
maand Maart betaalde schoolgeld.
Met verschuldigden eerbied enz.
P. H. Damsté.
N°. 49. Leiden, 17 Februari 1903.
Naar aanleiding van het hierbij overgelegd adres van H.
J. Bokhorsthoudende verzoek om vrijstelling van de betaling
van schoolgeld, hebben wij de eer Uwe Vergadering mede te
deelendat de zoon van adressant in den loop dezer maand
de Hoogere Burgerschool voor Jongens heeft verlaten, ten
einde te worden opgeleid tot officier bij de Kon. Paketvaart-
Maatschappij.
Wij geven u daarom in overweging aan adressant vrijstel
ling van de betaling van schoolgeld te verleenen over de
laatste twee kwartalen van den loopenden cursus.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
Katwijk a/Rijn, 11 Februari 1903.
Edelachtbare Heeren,
Ondergeteekende neemt beleeft de vrijheid U vrijstelling te
verzoeken van het betalen van het schoolgeld der H. B. S.
voor jongens voor de kwartalen MaartMei en Juni—Sep
tember van den cursus 1902—1903. Zijn zoon Johan Wilhelm,
leerling der 4e klasse heeft wegens het kiezen van een loop
baan 7 Febr. j.l. voor het laatst de H. B. S. bezocht.
Hoogachtend
Edelachtb. Heeren
Uw dw. dr.
H. J. Bokhorst.
h. o. s, Katwijk a/Rijn.
Aan den Raad der Gemeente Leiden.