13 VERORDENING, houdende wijziging der verordening van den 6en April 1893 (Gem. BI. N°. 3) op het verleenen van vergoeding aan werklieden in geval van onge lukken. Art. 1. In de 5e regel van art. 1 der verordening van 6 April 1893 (bem.Bl. N°. 3) worden tusschen de woorden wordt" en »door" ingevoegd de woorden: «indien de werkman niet reeds krachtens art. 1 der Ongevallenwet 1901 verzekerd is." Art. 2. Met 2e lid van art. 2 der verordening van 6 April 1893 (Gem.BI. N°. 3) wordt gelezen als volgt: »De verordening is niet toepasselijk indien tengevolge van het ongeluk de werkman, zijn weduwe of kinderen aanspraak kunnen doen gelden op pensioen." VERORDENING, houdende wijziging van de verordening van den 20sten Maart 1902, (Gem.Bl. N°6,) regelende het verleenen van pensioen en wachtgeld aan ge meente-ambtenaren. Eenig Artikel. Tusschen de artt. 9 en 10 der verordening, regelende het verleenen van pensioen en wachtgeld aan gemeente-ambtenaren wordt een nieuw artikel ingevoegd, luidende als volgt: Art. 9a. Indien de gepensioneerde een rente ontvangt krachtens de Ongevallenwet 1901, wordt zijn pensioen met het bedrag der rente verminderd. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Te Leiden, ter Boekdrukkerij van J. J. Groen Zoon.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1903 | | pagina 7