76
Leiden, 22 Mei 1902.
In antwoord op Uw apostille van den 21 sten dezer, waarbij
een verzoek van Mej. M. L. Dijkman om eervol ontslag uit
hare betrekking van 1ste onderwijzeres in de vrouwelijke
handwerken aan de O. L. S. 3e kl. n°. 1, heb ik de eer U te
berichten, dat bij mij geen bezwaar bestaat om aan dit ver
zoek te voldoen. Met de meeste trouw en toewijding heeft zij
hare taak gedurende zes jaren vervuld.
Het hoofd der O. L. S. 3e kl n°. i.
A. van der Harst.
Den Heer Burgemeester der Gemeente Leiden.
Aan
den Raad der Gemeente Leiden.
Geeft met verscbuldigden eerbied te kennen de onderge-
teekende, leerares in de handwerken aan de Hoogere Burgei-
school voor Meisjes en eerste onderwijzeres in de handwerken
aan de Openb. Lag. School 3de kl. n<>. 2, dat zij wegens haar
aanstaand huwelijk met 1 Sept. ontslag verzoekt uit genoemde
betrekkingen.
't Welk doende, enz.
Leiden, 9 April 1902. M. L. Dijkman.
N°. 126. Leiden, 24 Mei 1902.
Tot dusverre moest de uitkeering der belooningen van hen,
die bij het blusschen van brand of bij het beproeven der
brandbluschmiddelen diensten hadden gepraesteerdof wel
eenigen tijd worden uitgesteld öf wel door den commandant, bij
wijze van voorschot, geschieden.
Aangezien het ons nu eenerzijds wenschelijk voorkomt dat
die betaling dadelijk kan geschieden, anderzijds niet van den
commandant kan worden verlangd, dat deze gelden, welke
wel eens tot een belangrijk bedrag kunnen stijgen, uit eigen kas
worden voorgeschoten, achten wij het wenschelijk, dat ook
den commandant der brandweer, evenals dit met andere ge
meenteambtenaren het geval is, een voorschot uit de gemeente
kas worde verleend.
Mitsdien geven wij U in overweging tot de vaststelling
van den hierbij overgelegden suppletoiren begrootingsslaat
over te gaan, waarbij de loopende begrooting, zoowel in ont
vangst (Volgn. 56) als in uitgaaf (Volgn. 181) met f 500.—
wordt verhoogd.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth van Leiden.
Te Leiden, ter Boekdrukkerij van J. J. Groen Zoon.
