DONDERDAG 15 MEI 1902. 73 Zitting van Donderdag 15 Mei 1902. Geopend des namiddags te 2 uur. Voorzitter: de heer H. C. JUTA, loco Burgemeester. Te behandelen onderwerpen 1°. Verzoek van den heer W. F. Verhey van Wijk om ontslag als Commissaris der gemeente bij de Leidsche duinwater maatschappij. (103, 111 en 115) 2°. Verzoek van den heer J. A. van Dijk om ontslag als lid der Commissie voor de bewaarscholen. (89) 3°. Benoeming van een lid der Commissie voor de bewaar scholen. (90) 4°. Benoeming van een onderwijzer-plaatsvervangend hoold aan de Jongensschool 2e klasse. (105) 5°. Benoeming van een Commissaris der Stads-bank van leening. (96) 6°. Verzoek van Mej. W. van der Waals geb. Rolloos om continuatie in de betrekking van Stads-vroedvrouw. (94) 7°. Verzoek van Jhr. E. C. Siberg om vrijstelling van de betaling van schoolgeld, Middelbaar Onderwijs. (92) 8°. Verzoek van Y. H. Haag om vrijstelling en terugbetaling van schoolgeldMiddelbaar en Lager Onderwijs. (93) 9°. Staat van af- en overschrijving op de begrooting, dienst 1901, van het Gereformeerd Minne- of arme Oude Mannen- en Vrouwenhuis. (98) 100. Rekening, dienst 1901van het Gereformeerd Minne- of arme Oude Mannen- en Vrouwenhuis. (98) 11°. Rekening, dienst 1901, van de Plaatselijke Schoolcom missie. (99) 12°. Rekening, dienst 1901, van de dienstdoende Schutterij. (100) 13°. Voorsteltot onderhandsche verpachting van de aardap peltiend onder Leiderdorp. (97) 14°. Verzoek van H. A. van lngen Schenau om vergunning tot het dempen van een gedeelte sloot, gelegen tusschen het villapark en den Hoogevoortschen weg te Oegst- geest. (95) 15°. Verzoek van C. J. de Nie om geheele kwijtschelding van boete wegens te late oplevering van de 4e Wethouders kamer. (101) 16°. Voorstel tot beschikbaarstelling van gelden voor de inrich ting en meubileering van de beide nieuwe lokalen van de school aan de Heerenstraat. (102) 17°. Verzoek van H. J. Hopman, weduwe van J. de Vos, in leven stadswerkman, om toekenning van eene toelage uit de gemeentekas. (87) 18°. Verzoek van M. Niemandsverdriet, weduwe van J. Ver- hoeff, in leven stadswerkman, om toekenning van eene gratificatie uit de gemeentekas. (91) 19°. Verzoek van P. van Driel Bz., om den eigendom en het gebruik van twee strookjes grond nabij den Haagweg onder de gemeente Zoeterwoude. (74) 20°. Voorstel tot beschikbaarstelling van gelden voor de restau ratie van schilderijen in het Stedelijk Museum »de Lakenhal". (106) 21°. Voorstel tot gewijzigde vaststelling van de verordening, houdende regeling van de jaarwedden der leeraren aan het Gymnasium te Leiden. (107) 22°. Voorstel tot verhooging der bezoldiging van de stads- werklieden en daarmede gelijk te stellen gemeente-amb tenaren. (88 en 108) 23°. Voorstel tot het verleenen van afschrijving van Plaatselijke directe belasting, dienst 1901, 2e lijst. (110) 24°. Vaststelling van het kohier der Plaatselijke directe belas ting, dienst 1902, le gedeelte. (109) 25°. Bezwaarschrift van W. A. Oudshoorn, tegen zijn aanslag in de Plaatselijke directe belasting. 26°. Voorstel om A. Gaemers te ontslaan van de huur van perceel Aalmarkt n°. 5. (113) 27°. Verzoek van de Leidsche Duinwatermaatschappij om goed keuring der aansluiting van perceelen in de gemeente Oegstgeest aan de van »Endegeest" naar «Rijngeest" door te trekken hoofdbuis. (112) Tegenwoordig zijn 29 leden, als de heeren: van Kempen, de Goeje, Kaiser, Dekhuyzen, Hasselbach, van Dissel, J. P. Driessen, Kerstens, Timp, van Tol, Bots, P. J. van Hoeken, Sijtsma, Witmans, Bosch, de Lange, P. J. Mulder, A. J. van Hoeken J.Jz., Pera, Zaaijer, van Hamel, Fockema Andrem, Aalberse, Kroon, de Vries, A. Mulder, Drucker, Korevaar en Juta, Voorzitter. Afwezig zijn de heeren L. Driessen, wegens uitstedigheid en van Lidth de Jeude. De Voorzitter. Mijne Heeren! In de vorige maand, toen H.M. onze geliefde Koningin werd aangetast door eene ziekte, welke eene ernstige wending dreigde te nemen, zijt gij, M.H., evenals alle ingezetenen van Leidenvoorzeker vervuld ge weest met angst en zorg voor het leven van onze geëerbiedigde Vorstin. De dagelij ksche berichten werden met spanning tege moet gezienen algemeen werd de meest oprechte deelneming gevoeld met Hare Majesteit, en met hare naaste betrekkingen. Daarom hebben Burg. en Weth.uiting gevende aan de gevoelens, welke ook hun College vervulden namens de inge zetenen van deze Gemeente het volgende telegram gezonden aan H. M. de Koningin-Moeder, en aan Z.K.H. Prins Hendrik der Nederlanden: «De ingezetenen der Gemeente Leiden, getroffen door de »zeer ernstige ziekte van Hare Majesteit de Koningin, betuigen «hunne oprechte deelneming en bieden Uwe Majesteit (Ko~ «ninklijke Hoogheid) hunne vurige wenschen aan voor spoedig «herstel." F Daarop zijn de volgende antwoorden ingekomen: Het Loo, den 21 April 1902. Juta, Wethouder, Waarnemend Burgemeester, Leiden. H.M. Koningin-Moeder draagt mij op U en ingezetenen van Leiden H.D. dank te betuigen voor bewijs van deelneming en goede wenschen. Kamerheer van dienst Pauw. Het Loo, 22 April 1902. Burgemeester en Wethouders van Leiden. Z.K.H. Prins der Nederlanden draagt mij op U hoogstdeszelfs dank te betuigen voor aangeboden wenschen en deelneming. Hooft Graafland, Adjudant van dienst. M. II. In de laatste dagen is de gezondheidstoestand van Hare Majesteit gelukkig weer zoozeer verbeterd, dat met vertrouwen een spoedig herstel mag worden tegemoetgezien en voldoen wij aan eene behoefte van ons hart, uiting te geven aan onze blijdschap dat het leven van Hare Majesteit is gespaard gebleven voor Hare Majesteit de Koningin-Moeder, voor Z.K.H. Prins Hendrik der Nederlanden, voor het Vaderland! Ik stel U voor Hare Majesteit een adres van gelukwensch aan te bieden, zoodra Hare Majesteit weder hersteld zal zijn. Daartoe wordt besloten. Toejuiching De Notulen van het verhandelde in de vorige Vergadering van 10 April worden gelezen en goedgekeurd. De Voorzitter deelt mede dat zijn ingekomen: 1°. Dispositie van de Ged. Staten ten geleide van de goedge keurde raadsbesluiten tot wijziging der begrooting dienst 1902, a. wegens de kosten van verbouwing der openbare school aan de Heerenstraat. b. wegens de kosten van het in orde brengen van de straten aan den Morschweg en aan den Maredijk. c. wegens de kosten van aankoop van het terrein aan de Paul Krügerstraat, bestemd voor de oprichting van een zesde school der 3e klasse. 2°. Missive van het Bestuur der vereeniging van bezoldigde agenten: «Door eendracht saamgebracht", houdende dankbe tuiging voor de gunstige bepalingen, in de pensioensregeling opgenomen, ten opzichte van de politieagenten. 3°. Mededeeling van den Minister van Binnenlandsche Zaken dat de verordening voor de Kweekschool voor onderwijzers en onderwijzeressen wordt goedgekeurd. 4°. Mededeeling van het Bestuur der vereeniging tot bevor dering van den bouw van werkmanswoningen dat Prof. Mr. H. B. Greven als voorzitter is herkozen. 5°. Missive van Ged. Staten ten geleide van de beschikkingen op de bezwaarschriften tegen aanslagen in de plaats, directe belasting, dienst 1901. Worden voor kennisgeving aangenomen. De Voorzitter legt vervolgens over: 1°. Motie van de raadsleden K. Sijtsma en A. I. Witmans Mz. strekkende tot de invoering van eene gemeentelijke brand verzekering. Wordt gesteld in handen van Burg. en Weth. ten einde daarop te dienen van praeadvies. 2°. Verzoek van J. C. Schoenmaker, om intrekking van het raadsbesluit waarbij het houden van openbare vermakelijk heden in de Gehoorzaal op Zondag wordt verboden. Wordt, als zijnde ongezegeld, terzijde gelegd.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1902 | | pagina 1