52
DONDERDAG 20 MAART 1902.
In geen geval echter kan het pensioen of, bij gelijktijdige
bekleeding van twee of meer betrekkingen, het vereenigd
bedrag der pensioenen de som van ƒ3000.te boven gaan."
Do heer Pera. Ik wensch voor te stellen, dat de agenten
van politie na 30 jaren dienst vol pensioen kunnen krijgen.
De Voorzitter. Dat wordt reeds door ons voorgesteld.
De heer Pera. Krijgen zij dan bij 30 jaar dienst voor
elk jaar 5?
De Voorzitter. Juist. Dit is te lezen in de toelichting,
op pag. 47.
De heer de Lange. Ik zou in overweging willen geven om
bij dit artikel te voorzien in de gevallen dat agenten van
politie of controleurs die bevorderd worden, of tot andere be
trekkingen overgaan, voor de dienstjaren als agent of contro
leur doorgebracht, zullen blijven behouden aanspraak op een
pensioen van 1/45 per jaar dienst.
De heer Aalberse. Ik geloof niet dat het noodig is. Wanneer
wij den politieagenten hun volle pensioen geven na 30 jaar
dienst en op vroegeren leeftijd dan anderen gemeente-ambte
naren, dan zou het ook billijk zijn, dat zij gedurende den tijd
dat zij de premie betalen ook iets meer bijdragen dan de
anderen. Maar wij laten hen niet méér per jaar betalen. Zij
krijgen dus als het ware een douceurtje, en ik geloof dat er
uit een oogpunt van billijkheid niets voor te zeggen valt, om
wanneer een controleur Inspecteur wordt, dat douceurtje nog
verder te blijven toekennen.
De heer de Lange. Ik ben het met de redeneering van den
heer Aalberse niet eens. Wanneer de heer Aalberse meent
dat de agenten, omdat zij vroeger hun volle pensioen kunnen
krijgen dan anderen, daarvoor ook iets meer premie moeten
betalen, laat hij het dan voorstellen. Doch zooeven hebben
wij op voorstel van Burg. en Weth. aangenomen de bepaling
dat de agent en controleur voor elk dienstjaar x/« yan zÜn
tractement als pensioen zal genieten. Zoodra wordt hij echter
niet bevorderd tot Inspecteur, of dat wordt veranderd in
x/60. Dit vind ik hoogst onbillijk. Voor de jaren dat hij als
agent of controleur werkzaam was, moet dit 1/45 blijven bestaan.
De Voorzitter. Daartegen valt ook aan te voeren, dat
wanneer een controleur bevorderd wordt tot Inspecteur, hij
naderhand ook een hooger pensioen krijgt. Zijn grondslag voor
het pensioen wordt hooger en die hoogere grondslag geldt ook
voor den tijd dat hij controleur was.
De heer de Lange. Ik blijf bij mijne meening dat de dienst
als controleur ot agent zoo zwaar was, dat zij ook voor dien
tijd hun recht op 1/45 moeten blijven behouden. De zware
dienst als zoodanig door hen verricht, en waarvoor zij worden
beloond met ^45 van hun tractement per jaar dienst als pen
sioen, kan toch niet worden te niet gedaan door eene latere
bevordering.
De heer Fockema Andreae. Is de voorstelling van den
heer De Lange wel juist? Er wordt niet gezegd, dat de
agenten en controleurs van hun tractement als pensioen
zullen krijgen, omdat zij zulk een zwaren dienst hebben, maar
de redeneering is deze, dat hun dienst zoo zwaar is, dat voor
hen de gelegenheid moet openstaan om op 55-jarigen leeftijd
den dienst met vol pensioen te verlaten.
De Inspecteurs behoeven echter met hun 55ste jaar niet
weg te gaan, wanneer daarvoor geen bijzondere reden bestaat,
en ik zie dus niet de noodzakelijkheid in, dat ook zij van het
hoogere percentage genieten, voor de agenten vastgesteld.
De heer De Lange, M. d. V. Het is mij wel wat moeilijk
om op dit oogenblik eene juiste redactie te vinden voor mijn
amendement.
Mijne bedoeling is echter artikel 9 zoodanig aan te vullen
dat agenten van politie of controleurs, die bevorderd worden
of tot andere gemeentebetrekkingen overgaan, voor de dienst
jaren, als agent of controleur doorgebracht, zullen blijven be
houden aanspraak op een pensioen van '/4i per jaar dienst.
In dien geest zou ik een amendement willen voorstellen.
Het amendement wordt voldoende ondersteund en maakt
derhalve een onderwerp van beraadslaging uit.
De heer de Goeje. Het schijnt mij toe, dat de heer de Lange
de zaak niet juist voorstelt. Hij meent, dat de agenten door
hun dienst een soort van kapitaal vormen, bestaande in '/45
van den pensioensgrondslag. De gemeente maakt echter deze
gunstige bepaling alleen om hen in staat te stellen op zekeren
leeftijd vol pensioen te krijgen, wanneer het in het belang
van den dienst is, dat zij ontslagen worden. Maar als zij niet
als agent gepensionneerd worden, is alle reden tot het toe
passen van die bepaling vervallen.
De heer A. J. van Hoeken J.Jz. Ik kan mij zeer goed de
gedachtengang van den heer de Lange indenken. Een agent
kan na 30 jaar dienst worden ontslagen, maar als een agent
of controleur tot inspecteur wordt bevorderd, kan hij eerst
vol pensioen hebben op 65-jarigen leeftijd, en zal het voor
komen, dat hij niet het volle inspecteurspensioen zal kunnen
halen. Ik geloof daarom dat het beter is voor elk jaar als
agent of controleur in rekening te brengen.
De heer de Lange. Ik wil even antwoorden op hetgeen
door den heer de Goeje in het midden is gebracht. Ik geloof
zeker, dat het een verkregen recht is en meen dat het niet
moeilijk is dit aan te toonen. Wanneer een controleur na 10
jaren dienst wegens ziekte moet worden gepensionneerd,
krijgt hij \l, maar een controleur die na 10 jaar bevorderd
wordt tot inspecteur en dan na 2 jaar, dus na 12 jaar dienst
wegens ziekte zou moeten worden gepensioneerdzou krijgen
Ik meen dat deze zou moeten krijgen j-9-3/eo.
De Voorzitter. Een inspecteur krijgt echter pensioen naar
een hoogeren pensioensgrondslag.
De heer de Lange. Dit is ook bij andere ambtenaren het
geval. Een onderwijzer, die met Mei a. s. gepensionneerd
wordt, zal in zijn pensioen profiteeren van de onlangs tot
stand gekomen tractementsverhooging. Dat is een meevallertje
voor die ambtenaren.
De heer Pera. M. d. V. Ik wensch te zeggen, dat ik mij
vereenig met de zienswijze van professor de Goeje. Volgens
mijn oordeel beschouwt de heer de Lange deze zaak anders
als noodig of wenschelijk is. Wanneer een agent successieve
lijk inspecteur wordt, komt hij in een andere categorie met
andere voorwaarden. Hij komt niet bij deze categorie dan op
zijn eigen verlangen; hij geeft vrijwillig prijs wat bij zijn
vroegere betrekking behoorde en aanvaardt wat aan de nieuwe
verbonden is. Ik kan niet vinden dat hierin iets onbillijks
gelegen zou zijn.
De heer Sijtsma. Ik zou den heer de Lange willen vragen
of hij, wanneer bijv. een agent van politie buurt-commissaris
of bode op het stadhuis wordt, toch ook dan nog voor den man
zijn pensioen wil berekenen naar 1/45 van zijn tractement.
De heer de Lange. De zaak is toch heel eenvoudig. Voor
elk jaar doorgebracht als agent van politie ontvangt hij V45,
voor elk jaar doorgebracht in eene andere betrekking, 1je0 van
zijn tractement als pensioen.
De heer P. J. van Hoeken. Ik kan mij met het denkbeeld
van den heer de Lange niet vereenigen. Als ik mij in de
plaats van een controleur stel, die tot Inspecteur wordt bevor
derd, zou ik zeggenblijf ik controleur dan heb ik wel voor-
deeliger voorwaarden, wat mijn pensioen betreft, maar als
Inspecteur heb ik daarentegen hooger salariswil hij dat niet,
laat hij dan voor die promotie bedanken.
Het amendement van den heer de Lange wordt in stemming
gebracht, en met '16 tegen 10 stemmen verworpen.
Tegen stemden de heeren: Fockema Andrem, Sijtsma, Has-
selbach, de Goeje, J. P. Driessen, Timp, van Tol, de Vries,
Pera, Zaaijer, Korevaar, Aalberse, P. J. van Hoeken, Kerstens,
Bots en de Voorzitter.
Voor stemden de heeren: Kaiser, van Kempen, van Dissel,
Bosch, Witmans, de Lange, P. J. Mulder, A. J. van Hoeken J.Jzn.
van Hamel en A. Mulder.
Art. 9 wordt daarna zonder hoofdelijke stemming aange
nomen.
De artikelen 10 tot en met 22 worden achtereenvolgens
zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming aan
genomen.
De Verordening in haar geheel wordt zonder hoofdelijke
stemming aangenomen.
De Voorzitter. Met het oog op het vergevorderde uur, stel
ik thans voor de vergadering te schorsen tot hedenavond
8 uur.
De heer van Kempen, M. d. V. Kunt U geen anderen dag
bepalen voor de behandeling van de Verordening op de
weduwen- en weezenpensioenen. Ik moet hedenavond voor
dringende aangelegenheden in Den Haag zijn.
De Voorzitter. Het is zeer moeilijk een tijd te bepalen
waarop al de nu aanwezige leden tegenwoordig kunnen zijn.
Het bezwaar dat U thans hebt tegen eene vergadering heden
avond, kan door andere leden worden ingebracht tegen een
anderen dag. Ik ben daarom tegen grooter uitstel, omdat wij
nu goed in de zaak der pensioensverordeningen thuis zijn;