47
een viertal lokalen, aanvankelijk voor leerlokalen bestemd,
daartoe niet zullen kunnen worden ingericht, dan zal aanstonds
blijken, dat de geheele verdieping van de woning van het
tegenwoordig hoofd der leerschool door de Kweekschool zal
moeten worden in beslag genomen, en dat het wenschelijk
zal zijn het benedengedeelte dier woning (daargelaten voor
het oogenblik de vraag, of dit voor een afzonderlijke woning
van het hoofd der lagere school nog groot genoeg zou zijn)
ten deele reeds aanstonds voor de boekerij der kweekschool
in gebruik te nementen deele te reserveeren voor een uit
breiding der lagere schoolwaarvan de noodzakelijkheid reeds
in de naaste toekomst mag worden tegemoet gezien.
De kweekschool bestaat uit een afdeeling Averdeeld in 4
klassen, en een afdeeling B, verdeeld in 2 klassen. Zij heeft dus
behoefte aan G leerlokalen. Verdeelt men nu het groote lokaal
der lagere school op de bovenverdieping door de scheidingswand
A in tweeën, dan worden die 6leerlokalen (met roode cijfers op
het nieuwe plan aangeduid) gevonden door gebruik te maken
van twee kamers van de woning van het tegenwoordig school
hoofd, waarvan de eene (n°. 5) meer in het bijzonder voor het
onderwijs in geschiedenis en aardrijkskunde, de andere (n°.6)
voor dat in de natuurkunde kan worden ingericht. Voorts
zal de 3e boven-voorkamerdie trouwens voor leerlokaal te
klein zou zijnvoor den Directeur moeten worden bestemd.
De beide boven besproken kleinere vertrekjes naast de gang,
thans nog voor het onderwijs dienende, maar daarvoor, zooals
boven bleek, volmaakt ongeschikt, zullen kunnen worden in
gericht voor garderobe en privaten, hetgeen noodzakelijk is,
het eerste omdat de kweekelingen hunne bovenkleederen toch
ergens zullen moeten laten en bij een volkomen scheiding
der beide scholen daarvoor elders geen plaats is, het andere
omdat de leerlingen niet meer als tot dusverre van de privaten
der lagere school zullen kunnen gebruik maken.
Er blijven dan op de verdieping nog slechts twee kleinere
vertrekjes over, beide eveneens voor leerlokalen te klein,
waarvan het eene dan tot kamer voor de docenten kan worden
bestemd en het andere, achter de kamer voor natuurkunde,
gevoegelijk als physisch kabinetje kan worden ingericht.
Bedenkt men nu verderdat lokaal n°. 1op de teekening
als teekenzaal aangeduid, door de inrichting van het meubi
lair, behalve voor het onderwijs in teekenen, alleen voordat
in den zang kan worden gebruikt en dat er behalve de 6
klassen waaruit de afdeelingen A en B bestaan, nog boven
dien zijn klassen voor vreemde talen en wiskunde, dan blijkt
dat van een overdadige ruimte voor de kweekschool nog
geenszins sprake kan zijn en dat alleen door een wei-over
wogen inrichting van den rooster der lesuren er voor gezorgd
kan worden dat de beschikbare ruimte in overeenstemming
zij met de behoefte.
Eindelijk merken wij op, dat door het aanbrengen van
een deur in de teekenzaal bij C. en van een scheidingswand
in de boven-achtergang bij D, de scheiding tusschen kweek
school en lagere school volkomen kan worden gemaakt.
Immers de leerlingen der kweekschool zullen dan door de
vestibule van het woonhuis en de daarin aanwezige trap
toegang tot die school erlangen, zonder in eenige aanraking
met de leerlingen der lagere school te komen.
De boven door ons aangeduide veranderingen zullenmet
inbegrip van een grooter venster in het bovenlokaal der
lagere school bij B., volgens de raming van den Directeur van
Gemeentewerken slechts een uitgave vereischen van f 1400.—
terwijl de kosten der volgens het aanvankelijk plan noodige
verbouwing blijkens de u vroeger medegedeelde voorloopige
raming f 1200.a f 4300.— zouden bedragen hebben.
Onder deze cijfers zijn niet begrepen de kosten van meubilair
en inrichting, waarvan U eerst later opgave kan worden
gedaan.
De nieuwe lagere school zal bestaan uit G klassen, die alle
aanstonds in twee afdeelingen zullen moeten worden gesplitst.
Zij zal dus behoefte hebben aan 42 enkelvoudige lokalen.
Een blik op de platte grond doet zien, dat daarvoor aan
wezig zijn op de verdieping twee enkelvoudige lokalen en
4 dubbel lokaal en beneden, behalve de spreekkamer, 3
dubbele lokalen en 2 enkelvoudige, tezamen dus juist plaats
aanbiedende voor 12 afdeelingen.
Beneden blijft dan nog over het benedengedeelte van de
tegenwoordige woning van het hoofd der leerschool.
Het komt ons voor dat dit benedengedeelte voor een afzon
derlijke woning van het hoofd der school allerminst geschikt
is. Zou toch eenerzijds de localiteit te beperkt zijn voor een
schoolhoofd met een groot gezinvan den anderen kant mag
de bewoning daarvan voor het hoofd eener school in het
algemeen te bezwarend worden geacht, omdat de buitenge
wone afmetingen van een tweetal vertrekken aan hunne
meubileering te groote eischen stellen.
Bovendien zou het gezin van het schoolhoofd den voort-
durenden overlast ondervinden van de gestadig in- en uit-
loopende onderwijzers en leerlingen van de kweekschool en hem
daarom alleen reeds, naar het ons voorkomt, die woning niet
mogen worden aangewezen.
Eindelijk merken wij op, dat bij de boven aangegeven ver
deeling van de kweekschool nog geen plaats werd gevonden
voor hare boekerij. Blijft de benedenwoning voor het onder
wijs beschikbaar, dan zullen die kasten met boeken, die nu
in de spreekkamer van het Hoofd der leerschool zijn geplaatst,
maar later naar de kweekschool zullen moeten worden over
gebracht, in de voorkamer ter rechterzijde van de vestibule
kunnen worden ondergebracht.
Maar ook al ware dit niet zoo en al konwaar dan toch
in ieder geval vrij belangrijke uitgaven mede zouden gemoeid
zijnde benedenwoning van het hoofd der leerschool tot een be
hoorlijke afzonderlijke woning worden ingericht, dan nog zouden
wij het niet verstandig achten daartoe over te gaan. Immers
reeds thans mag als vaststaande worden aangenomen, dat de
bovenomschreven localiteit van de lagere school alleen in den
allereersten tijd aan de behoefte zal voldoen. Thans reeds is die
localiteit geheel in beslag genomen, daar van de 400 beschik
bare plaatsen er 392 bezet zijn. En wanneer men dan verder
bedenkt dat op de jongensschool 2e klasse een viertal lokalen
geheel bezet zijn en op de meisjesschool 2e klasse, één
lokaal geheel bezet is, twee andere resp. 2 en 5 leerlingen
meer bevatten, dan waarvoor zij bestemd zijn, en eindelijk
een afdeeling der 6e klasse met 21 leerlingen een onderkomen
heeft moeten vinden in een lokaal der jongensschool lste
klasse, een toestand, waarvan bestendiging zeker allerminst
raadzaam is, dan blijkt hieruit voldoende, al moge misschien
door een andere verdeeling der leerlingen meer plaats kunnen
worden gevonden, dat de tijd niet ver meer af kan zijn dat
ook van de nog overblijvende benedenvertrekken van den
heer van Dijk gebruik zal moeten worden gemaakt om de
scholen van Mej. Winkler en van den heer Cramer te ontlasten.
Op grond van al het bovenstaande komt het ons dan ook
voor dat de woning van het hoofd der leerschool in haar
geheel voor het onderwijs zal moeten worden bestemd en aan
het te benoemen hoofd der lagere school vergoeding voor
huishuur zal moeten worden toegekend.
Mitsdien geven wij U in overweging te besluiten:
4°. de woning, thans in gebruik bij het hoofd der leerschool,
in haar geheel beschikbaar te stellen voor het onderwijs aan
de Kweekschool en aan de nieuwe school der 2e klasse voor
jongens en meisjes;
2°. aan het te benoemen hoofd der school 2e klasse voor
jongens en meisjes 350.toe te kennen als vergoeding
voor huishuur wegens het gemis van vrije woning;
3°. door vaststelling van den hierbij overgelegden staat van
af- en overschrijving een bedrag van f4400.ter onzer beschik
king te stellen voor de uitvoering der boven omschreven
werken.
Op den post voor Onvoorziene Uitgaven zijn thans nog
t 10588.beschikbaar.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 40. Leiden, 14 Februari 4902.
Ter vervulling der met 4° Mei a.s. ontstaande vacature van
Hoofd der School 2e klasse voor Jongens en Meisjes, hebben
wij de eer U hierbij de door ons en den Districts-schoolop-
ziener opgemaakte voordracht aan te bieden:
4° D. J. M. DE HONDT, 4e onderwijzer aan de Jongensschool
2e klasse;
2° J. F. L. RIETDIJK, le onderwijzer aan de Jongensschool
le klasse; en
3° G. GESINK, 4e onderwijzer aan de school 3e klasse n°. 3.
Onder mededeeling dat de ter zake gewisselde stukken in
de leeskamer ter inzage zijn neergelegd, verzoeken wij U alsnu
tot eene benoeming over te gaan.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 41. Leiden, 42 Februari 1902.
Den lOen Mei van het vorige jaar werd bij vonnis van de
arrondissements-rechtbank te 's-Gravenhage in staat van fail
lissement verklaard de firma P. L. Huppertz en C°. alhier,
aan wie krachtens uw besluit van den 25en Januari 4900
tot 34 December 1905 de levering en de reparatie werd op
gedragen van de laarzen voor de agenten van politie en de
brugwachters (zie Ing. Stukken n°. 24).
Sedert werd door den curator van den faillieten boedel
voor de nakoming der leverantie zorg gedragen.
Thans echter heeft deze ons den wensch te kennen gegeven,