GEMEENTERAAD VAN LEIDEN. 93 IN6EKOMEX STUKKEI. N°. 139. Leiden, 10 Augustus 1901. Ten vervolge op ons rapport van den 27 Juli jl., Ingek. St. n°. 194, hebben wij de eer U hierbij aan te bieden een nadere toelichting op de rekening en verantwoording der Gemeente over 1900, waarbij in het bijzonder de verschillen tusschen de cijfers der begrooting en die der rekening worden aangetoond. De begrooting voor 1900 werd oorspronkelijk door Uwe Ver gadering vastgesteld in ontvang zoowel als in uitgaaf op ƒ1189086.—. In den loop van 1900 en in 1901 werd zij verhoogd met een bedrag van ƒ712870.545 en alzoo gebracht op ƒ1901956.545; de besluiten, welke op deze verhoogingen betrekking hebben, zijn de navolgende 4 Jan. 1900 voor aankoop huis Breestraat 119 9774. 19 April molen Oranjeboom c.a. 6247. 17 Mei koffiehuis de Pauw c.a. 41100 17 Mei huisje bij Endegeest 2600. 14 Juni bestratings- en rioleerings- kosten op Vreewijk en eenige andere werken, in 1899 niet ten einde gebracht2880.29s 14 Juni de brug o/d Witten Singel20000.— 28 Juni bedrijfkapitaal v/d Gasfabriek 30000. 4 Sept. de oprichting van een Graan- beurs. 25000. 4 October de opricht, v. een Sanatorium 110000. 25 Slachthuis 400000. 15 Nov. verbouwing d. Politiebureaux 5000. 15 Nov. i) aankoop huisjes b/dGasfabr. 8156.16 31 Jan. 1901 de kosten der volkstelling 241.4.61 28 Maart de hoogere kosten van het Sanatorium41000.— 20 Juni de regeling van verschillende hoogere uitgaven over 1900 8698.48 712870.545 De rekening wijst een ontvangst aan van ƒ1536793.75 of ƒ365162.795 minder dan de geraamde som, het gevolg van een mindere ontvangst op sommige posten tot een bedrag van ƒ418750.25 (in hoofdzaak wegens kasgeldleening tot een lager bedrag van 10000.en wegens een lager bedrag van ƒ402013.16 ten behoeve van de geldleening voor buitengewone werken) en een hoogere ontvangst op andere posten ad ƒ53587.455 waarvan ƒ37612.24 als hoogere winst van de Gasfabriek en ƒ4500.— als hoogere uitkeering van de Duinwater-Maatschappij. Gaan wij post voor post minder of meer is ontvangen de Ontvangsten op: na, dan blijkt dat Volgn. la. Gedeelte van het ver moedelijk batig saldo van den dienst 1899 984.89s Aangezien de rekening van het jaar 1899 een nadeelig slot heeft opgele verd, heeft op dit artikel geen ont vangst plaats gehad. Volgn. 2. Opcenten op de hoofdsom der grondbelasting, wegens gebouwde eigendommen De 40 opcenten brachten ƒ36007.66 op. De raming was ƒ35432. Volgn. 3. Idem wegens ongebouwde eigendommen. 1.39 De ontvangst bedroeg 432.61Een bedrag van ƒ434was geraamd. Volgn. 4. Opcenten op de hoofd som der belasting op het personeel 1383.83 De ontvangst bedroeg 78616.17. De raming was ƒ80000. Volgn. 5. Uitkeering van het Rijk krachtens de wet van 24 Mei 1897 (Stbl. n» 156)736.41 De ontvangst ad ƒ153793.59 bleef ƒ736.41' beneden de raming, welke ƒ154530.bedroeg. Volgn. 6, Plaatselijke directe be lasting De ontvangst ad 147965.51 over schreed de raming (ad ƒ147256.met ƒ709.51. Een bedrag van ƒ163.80 blijft te verhalen. Transporteeren 3106.525 1285.17 575.60 709 51 Transport3106.525 Volgn. 7. Plaatselijke Dir. belasting bij suppl. kohier116.40 De ontvangst bedroeg ƒ2883 60. De raming was ƒ3000.—. Een- bedrag van ƒ9.60 blijft te ver halen. Volgn. 8. Opbrengst van tollen op de wegen Volgn. 9. Opbrengst van brug-, kaai-, haven-, kraan-, sluis-, dok-, boom- en veergelden De opbrengst ad ƒ14197.965 over schreed de raming met ƒ197.965. O.m. brachten de bruggelden op ƒ1255.025,de havengelden ƒ11123.94, de liggelden ƒ1008. Volgn. iö. Opbrengst der wik-, weeg-, meet- en keurloonen De weegloonen brachten ƒ3174.85, de keurloonen van vee en vleesch ƒ4958.56, die van visch ƒ170.71 op, samen ƒ8304.12. Volgn. 11. Opbrengst van banken of standplaatsen in hallen, op mark ten en dergelijke openbare plaatsen Aan marktgelden werd ontvangen ƒ22950.155, waarin de kermisopbrengst ad ƒ5932.455 is begrepen. De raming dezer ontvangsten was ƒ20960. Volgn. 12. Opbrengst van het ge bruik of genot van openbare Ge meentewerken, bezittingen of inrich tingen, en dat van door of vanwege het Gemeentebestuur verstrekte diensten In de ontvangst ad 13393.225 komen de vergoedingen van door de gemeente verricht straatwerk voor met ƒ7573.18, die voor het gebruik van stadsbonzeilen met ƒ82.50, de opbrengst van vergunningen om steigers te plaatsen met ƒ389.25, de recognitiën met ƒ4940.71 en de sneeuw- ruiming met ƒ407.585. Volgn. 14 Leges en voordeelen der Gemeente-Secretarie alsmede voor verrichtingen van den Ambtenaar van den Burgerlijken Stand 63.15 De raming was ƒ2650.de op brengst bleef ƒ63.15 daar beneden en bedroegwegens leges ter Gemeente secretarie geheven ƒ2147.en we gens verrichtingen van den Ambte naar van den Burg. Stand ƒ439.85, samen ƒ2586.85. Volgn. 15. Opbrengst van school geld aan het Gymnasium 422.50 De raming was ƒ10260.—, de op brengst ƒ9837.50. Volgn. 16. Opbrengst van school geld aan de Middelbare scholen 252.50 Aan de H. B. S. v. Jongens was de opbrengst ƒ11187.50, aan die voor Meisjes ƒ6000.samen ƒ17187.50. De raming was resp. ƒ11455.— en 5985.—. Volgn. 17. Opbrengst van school geld Lager Onderwijs141.67 Een bedrag van ƒ33758.33 werd ontvangen. De raming was ƒ33900.—. Volgn. 18. Opbrengst van school geld aan de Kweekschool voor Onder wijzers en Onderwijzeressen 541.41 De opbrengst dezer schoolgelden was begroot op ƒ2400.De wijziging in de Verordening op de heffing bij Raadsbesluit van 26 Oct. 1899, waarbij het aantal vrijstellingen van betaling werd uitgebreid, deed de opbrengst dalen. In 1900 werd aan schoolgeld ontvangen 1858.59. Volgn. 19. Opbrengst van school geld aan de Bewaarscholen. De opbrengst bedroeg ƒ1380.655; de raming was ƒ1200.—. Transporteeren. 4644.155 1285.17 0.33 197.965 90412 1990155 393.225 180.655 4951.62 Minder ontv. Meer ontv. Minder ontv. Meer ontv.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1901 | | pagina 1