DONDERDAG 20
DECEMBER 1900.
129
Zitting van Donderdag SO December 1900.
Geopend des namiddags te twee uren.
Voorzitter: de heer Mr. F. WAS, Burgemeester.
Te behandelen onderiuerpen
1°. Onderzoek van de geloofsbrieven van den heer P. ,T. Mulder,
benoemd lid van den Gemeenteraad.
2°. Benoeming van een derden onderwijzer aan de school
der 4e klasse n°. 1. (298)
3°. Benoeming van een lid der Commissie voor de Bewaar
scholen. (293)
4°. Benoeming van vier leden van de Plaatselijke School
commissie. (299)
5°. Benoeming van eene Commissie van drie leden in zake
eene eventueele onbewoonbaarverklaring van de perceelen
Schagensteeg '16, Dijkkenhof 6, Klooster 42, Lange Agnie-
tenstraat 1 en Michielstraat 12, 16, 18 en 20. (297)
6°. Verzoek van Mevr. G. C. Nauta—van Wingen, om terug
betaling van schoolgeld, Lager Onderwijs. (289)
7°. Verzoek van H. Wullings, om terugbetaling van school
geld, Middelbaar Onderwijs. (292)
8°. Verzoek van J. C. Annokkee Jr., om terugbetaling van
schoolgeld, Lager Onderwijs. (294)
9°. Verzoek van W. A. Oudshoorn, om terugbetaling van
schoolgeld, Middelbaar Onderwijs (300)
10°. Verzoek van Dr. R. Horst, om terugbetaling van school
geld, Middelbaar Onderwijs. (301)
11°. Voorstel tot het toekennen van eene gratificatie aan den
amanuensis bij de natuurwetenschappen aan de Hoogere
Burgerschool voor jongens. (290)
12°. Verzoek van J. Verhoog Jz., om vergunning tot den bouw
van een hofje op het terrein aan de Bakkerssteeg, kadastraal
bekend onder Sectie F. N°. 1025 en 815 gedeeltelijk, 624
en 625, gemeente Leiden. (304)
13°. Voorstel tot kostelooze beschikbaarstelling van de Gehoor
zaal ten behoeve van het in Juli 1901 alhier te houden
Medisch Congres. (305)
14°. Voorstel tot beschikbaarstelling van gelden voor de in
richting van een vertrek voor den tijdelijken Ingenieur
bij de Gemeentewerken. (302)
15°. Voorstel tot aankoop van terrein op Vreewijk voor de
oprichting van een bergplaats voor een slangenwagen. (303)
16°. Voorstel tot onbebouwbaarverklaring van het terrein der
Plattepoort, kadastraal bekend onder Sectie H. N°. 2886
tot en met N°. 2897 en 1441, gemeente Leiden. (295)
17°. Voorstel tot beschikbaarstelling van gelden voor de be
planting van den Maredijk. (291)
18°. Vaststelling van de verordening, betreffende het verleenen
van kostelooze genees- en heelkundige hulp aan onver-
mogenden, den dienst der Stadsgeneesheeren en den
werkkring van het College van Stads-Geneesheeren te
Leiden. (212)
19°. Verzoek van het Bestuur der Plaatselijke afdeeling van
de Nederlandsche vereeniging tegen de Prostitutie, te
Leiden, om intrekking van de bestaande verordening op
de huizen van ontucht en de publieke vrouwen en die
te vervangen door eene andere waarbij het houden van
huizen van ontucht wordt strafbaar gesteld. (296)
Tegenwoordig zijn 23 leden, als de heeren: Aalberse, J. P.
J. Driessen, Dekhuyzen. Kaiser, van Kempen, P. J. van Hoeken,
van Dissel, de Goeje, Kroon, Zillesen, Pera, L. Driessen, Juta,
Korevaar, de Vries, Zaaijer, Fockema Andre®, van Rhijn, de
Lange, Kerstens, den Houter, van Hamel en van Lidth de
Jeude, alsmede de Burgemeester, Voorzitter.
Afwezig zijn de heeren: A. J. van Hoeken wegens zitting
in den Militieraad, Hasselbach wegens verhindering, Drucker
wegens Kamerzitting.
De Notulen van het verhandelde in de vergadering van
6 December worden gelezén en goedgekeurd.
De Voorzitter deelt mede dat zijn ingekomen:
1°. Telegraphische dankbetuiging van den Staatspresident
Kruger en een aan den Voorzitter van den Raad gericht
schrijven van den heer van Boeschoten, houdende mede dank
betuiging voor het ontvangen bewijs van hulde en verwel
koming bij het betreden van Nederlands grondgebied door
den President.
Deze stukken luiden aldus:
's Gravcnhage, 7 December 1900.
Gemeenteraad Leiden.
Hartelijk dank.
De Staatspresident der Zuid-Afrikaansche Republiek
S. J. P. Kruger.
Den Haag, 12 December 1900.
WelEd, Heer!
Ik ben door ZHEd. den Staatspresident der Zuid-Afrik.
Republiek geïnstrueerd U zijn innigen dan.k te betuigen voor
het waarlijk schoon adres, hem door Uwe Gemeenteraad aan
geboden en U te informeeren, dat ZHEd. zeer gevoelig is voor
de goede wenschen door U in het adres uitgesproken.
Met verschuldigden eerbied heb ik de eer te zijn
UEd. dw. Dienaar
v. Boeschoten.
Den WelEd. Heer F. Was, Voorzitter van den
Gemeenteraad van Leiden, te Leiden.
Worden voor kennisgeving aangenomen.
2°. Missive van de Ged. Staten, dd. 11/14 December jl., ten
geleide van de goedgekeurde gemeentebegrooting voor den
dienst 1901.
3°. Disposit ie van de Ged. Staten, dd. 11/14 December jl., ten
geleide van het goedgekeurd raadsbesluit tot onderhandsche
verhuring van het perceel weiland in den Pesthuispolder aan
L. van Santen.
Worden voor kennisgeving aangenomen.
De Voorzitter legt vervolgens over:
1°. Verzoek van J. M. Obreen, om terugbetaling van school
geld, Middelbaar Onderwijs.
2°. Bezwaarschrift van J. Vermaak, tegen zijnen aanslag in
de Plaatselijke Directe belasting, dienst 1900.
3°. Verzoek van Dr. J. D. Filippoom continuatie in de be
trekking van gemeentelijke scheikundige.
4°. Verzoek van Mevr. de Weduwe J. Leegstra om terug
betaling van schoolgeld, Lager Onderwijs.
Worden gesteld in handen van Burg. en VVeth.
5°. Verzoek van Dr. Th. B. van Wettumleeraar aan de
Hoogere Burgerschool voor jongens, om verlenging van het
hem verleend verlof met drie maanden.
Het verzoek luidt aldus:
Aan
Burgemeester en Wethouders der Gemeente Leiden.
Geeft met verschuldigden eerbied te kennen, van Wettum,
Dr. Theodor Bernhardt, Leeraar der H. B. S., dat hij nog niet
zoover hersteld is, om zijne lessen aan de Hoogere Burger
school te kunnen hervatten,
dat hij daarom, na ingewonnen advies van zijn geneesheer,
verzoekt zijn verlof nog met drie maanden te verlengen.
't Welk doende
Van Uw Edelachtbaar College de dw. dn.
Th. B. van Wettum.
Leiden, 12 December 1900.
De Voorzitter. Dit verzoek is begeleid door een briefje
van Dr. Idzerda, luidende
L. S.
De ondergeteekende verklaart bij dezen de noodzakelijkheid,
dat den Heer Dr. Th. B. van Wettum nog een verlenging
van verlof van drie maanden worde toegestaan.
Leiden, 12 December 1900. J. Idzerda.
De Voorzitter. Ik stel voor deze zaak nu af te doen.
Aldus wordt bij acclamatie besloten.
De Voorzitter. Dan stel ik voor den heer van Wettum
het gevraagd verlof te verleenen en Burg. en Weth. te mach
tigen, in overleg met de Commissie van Toezicht, tijdelijk in
de lessen te* voorzien.
Aldus wordt zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke
stemming besloten.
De Voorzitter deelt alsnog mede:
1°. dat in den loop der maand December door Burgemeester
en Wethouders ambtelijke bezoeken zijn gebracht aan het
Heilige Geest- of Arme Wees- en Kinderhuis, de Bank van
Leening, het Ziekenhuis der Rijks-Universiteit, de Stedel.
Werkinrichting, het Geref. Minne- of Arme Oude Mannen-en
Vrouwenhuis en het Roomsch-Kath. Wees- en Oudeliedenhuis.
2°. dat op 17 December j 1. heeft plaats gehad de opneming
der boeken en kas van den Gemeenteontvanger, waarvan
proces verbaal is opgemaaktdat in de Leeskamer ter inzage
van de leden is nedergelegd en in afschrift gezonden aan de
Gedeputeerde Staten.
Aan de orde is:
I. Onderzoek van de geloofsbrieven van den heer P. J.
Mulder, benoemd lid van den Gemeenteraad.