89
dezen lastig en tevens onnoodig werd geacht, zich telkens
weder het bewijs te doen vertoonen. Immers voor patiënten, die
geruimen tijd achtereen behandeld worden, kon dit vertoonen
een geheel noodelooze formaliteit worden geacht, terwijl men
bij den minsten of geringsten twijfel omtrent de aanspraken
van den patient, van den Stadsgeneesheer zou mogen ver
wachten, dat hij zich ook zonder dwingend voorschrift van
het recht van den patient zou overtuigen. Wij laten intusschen
gaarne aan Uwe Vergadering de beslissing over of de woorden
»zoo noodig" uit het artikel behooren te worden geschrapt.
Ad. art. 7. Overeenkomstig de aanwijzing der Commissie
stellen wij U voor het woord persoonlijk in dit artikel te
vervangen door de woorden door eigen aanschouwing en
onderzoekaangezien deze geheel de bedoeling weergeven,
door ons in het woord «persoonlijk" gelegd.
Ad. art. 9. Tegen de vervanging van de woorden ytbehooren
zij zich te overtuigen." door smoelen zij zich overtuigen,"
bestaat bij ons geen bezwaar.
Ad. art. '103e lid. Na nauwgezette overweging van de
door de Commissie tegen deze bepaling geopperde bezwaren,
zijn ook wij tot de overtuiging gekomen, dat deze wijziging
van te ingrijpenden aard is. Alvorens een dergelijke bepa
ling in de verordening worde opgenomen, behoort zeker een
nauwkeurig onderzoek te worden ingesteld naar den omvang
der verplichtingen, welke de gemeente op die wijze op zich
zou nemen. Vooralsnog meenen wij Uwe Vergadering dan
ook de opneming van deze overigens hoogst nuttige bepaling,
die ingevolge een door het College van Stadsgeneesheeren
uitgesproken wensch door ons in de verordening werd opge
nomen, te moeten ontraden.
Ad. art. 13, 2e lid. Net komt ons voor, dat de door de
Commissie bij dit artikel in overweging gegeven wijziging
geene aanbeveling verdient. Juist in de woorden »behoort te
geschieden" ligt de bevoegdheid van den behandelenden genees
heer opgesloten om te beslissen, of de vaccinatie al dan niet
aan de woning van den patient moet geschieden. Welke
redactie overigens in deze zinsnede worde gebezigd, zoo zal
toch zeker bij niemand de gedachte rijzen, dat de verorde
ning aan het College van Stadsgeneesheeren de beslissing
heeft willen opdragen omtrent de plaats, waar de vaccinatie
moet plaats hebben.
Ad. art. 14. Met erkenning van de gegrondheid van de dooi
de Commissie gemaakte opmerking moeten wij niettemin in
overweging geven eene bijvoeging, als door haar bedoeld, niet
in de verordening op te nemen, maar in plaats daarvan de
woorden «beurtelings ingevolge loting of onderlinge afspraak"
te laten vervallen en aan het slot toe te voegen «ingevolge
de aanwijzing dier Commissie." Bij algemeenen maatregel van
bestuur is toch bepaald, dat de Commissie zelve den burger
lijken geneeskundige, die haar bijstaat, aanwijst.
Wij geven Uwe Vergadering thans in overweging, met
inachtneming der boven door ons aangegeven wijzigingen,
tot de vaststelling der verordening over te gaan.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 213. Leiden, 5 September 1900.
Door ons werd vermoed, dat de sloot langs de Bloemisten-
laan en de in deze sloot uitloopende sloot aan het einde der
Prinses Wilhelminastraat wegens haren verregaand vervuilden
toestand en den ondragelijken stank, welken zij verspreiden
schadelijk zijn voor de openbare gezondheid.
Daarom werd door ons ingevolge het bepaalde bij art. 12
der Lanenverordening (van 0 Juli 1899. Gem.bl. n°. 15) aan
eene Commissie, bestaande uit den Directeur der Gemeente
werken en twee stadsgeneesheeren, opgedragen een onderzoek
in te stellen naar den toestand dier sloten.
Uit het door die Commissie uitgebracht rappor t is ons ge
bleken, dat ook zij beide slooten, wegens de daarin en daar
door afgevoerd wordende stoffenschadelijk acht voor de
openbare gezondheid.
Beide slooten loopen aan eene zijde dood. Die langs de
Bloemistenlaan heeft een lengte van 100 en een breedte
van 4 Meter. De andere, een lengte van 50 en een
breedte van 2.80 Meter en loopt uit in de eerste.
Eerstbedoelde sloot ontvangt de faecalien en het menage
water van de woningen van de Bloemistenlaan, van die aan de
zuidzijde van de Prinses Wilhelminastraat en, door middel
van een cementen riool, van eenige woningen in de Heeren
straat; de andere de faecalien en het menagewater van de
woningen aan de noordzijde van de Prinses Wilhelminastraat,
terwijl zij tevens in zich opneemt een goot, waardoor zeep
water geloosd wordt uit de wasscherij van T. L. van Kempen.
Deze sloot is met afvalstoffen gedeeltelijk gedempt.
Beide verspreiden een hoogst onaangename lucht.
Onder overlegging van het advies der Commissie, waarmede
wij ons ten volle vereenigen, geven wij U daarom in over
weging den eigenaren dier slooten te gelasten beide slooten
te dempen en door riolen te vervangen, op de wijze en binnen
den termijn door ons College te bepalen.
Indien bovenstaande last door Uwe Vergadering gegeven
wordt, zal het tevens wenschelijk en billijk zijn Ie voorkomen,
dat het riool in de Bloemistenlaan en de zich aan het einde
daarvan bevindende sloot worden bezwaard met de afvalstoffen
van woningen uit de Heerenstraat. Waar particulieren zich
in het belang der openbare gezondheid opofferingen moeten
getroosten, mag men van de gemeente verlangen, dat zij al
die maatregelen zal nemen, welke noodig zijn om de werken
dier particulieren tot hun recht te doen komen. Met de
Commissie achten wij het daarom gewenscht, indien de sloot
langs de Bloemistenlaan wordt gedempt, ter afvoering van
de faecalien en het menagewater van die woningen in de
Heerenstraat, die tot dusverre in die sloot loozen, een riool
te leggen in de Heerenstraat, dat zijn uitloozing zal vinden
in de Witte Singelgracht. Wij geven Uwe Vergadering dus
in overweging, bijaldien bovenbedoelde lastgeving tot demping
wordt gegeven, tevens tot het leggen van een riool in de
Heerenstraat te besluiten. De daarvoor benoodigde gelden
zullen U dan te zijner tijd worden aangevraagd.
De Commissie van Fabricage kan zich, blijkens haar in de
Leeskamer ter inzage liggend Rapport, in allen deele met
dit voorstel vereenigen.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.