DONDERDAG 21 SEPTEMBER 1899. 57 De heer Juta. De heer Zillesen schijnt van meening te zijn, dat het faillissement van Van der Meer het gevolg is geweest van eene te lage aannemingssom. Ik heb daaromtrent een geheel anderen indruk ontvangen, ik geloof niet, dat het faillissement daaraan is toe te schrijven, en voor die meening heb ik vrij goede redenen. De personen die zich nu hebben aangeboden om in plaats van Van der Meer het werk te doen, willen dit gaarne voor hetzelfde bedrag doen, omdat zij weten dat dit niet te gering is. Het faillissement van Van der Meer is een gevolg van andere particuliere omstandig heden. De heer De Lange. M. d. V. Mag ik een paar vragen doen, omdat ik niet in de gelegenheid ben geweest het contract door te lezen, indertijd met Van der Meer gesloten. Is de pachter verplicht voor het ophalen van vuil enz. alleen zulk materieel te gebruiken, dat door Burg. en Weth. is goed gekeurd? En moet het ophalen van asch en vuilnis dagelijks plaats hebben in alle deelen der gemeente, waarvoor het con tract is gesloten? De Voorzitter. Wat de eerste vraag betreft, er zou natuurlijk reden voor ontevredenheid zijnwanneer de pachter materieel gebruikte, dat niet voldoende was. Maar men moet in dit opzicht niet al te streng zijn; over Van der Meer hebben wij ten dien aanzien nooit te klagen gehad. Wat de tweede vraag aangaat, in het contract staat: »Het ophalen van asch en vuilnis moet geschieden in vaar tuigen of overdekte wagens ten genoege van Burgemeester en Wethouders. Alle aschvuilnispuinenz., door de inwoners aan den aan nemer afgestaan, is diens eigendom. De aannemer is verplicht dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen, van des morgens zeven tot des namiddags vier uren aan de woningen der inwoners en aan de werkplaatsen de asch en vuilnis op te halen." De heer De Lange. M. d. V. Ik dank IJ voor uwe inlich tingen. Ik deed mijne eerste vraag, omdat het materieel, door Van der Meer gebruikt, altijd een wat zonderlingen indruk maakte. De Voorzitter. Het was niet heel schitterend, maar men moet wat geven en nemen. De man had weinig personeel en zijn kapitaal schijnt ook niet groot geweest te zijn. De heer Zillesen. Ik dank den heer Juta voor zijne mede- deeling, dat de oorzaak van het faillissement van Van der Meer niet gelegen is in eene te lage aannemingssom. Wat het argument betreft, dat voor die som zich verschil lende. gegadigden hebben aangeboden daaraan hecht ik geene waarde, omdat in de toekomst zal moeten blijken of de menschen het er werkelijk voor kunnen doen. De beraadslaging wordt gesloten. Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen. XI. Suppletoire Staat van begrooting, dienst 1899, van het Gereformeerd Minne- of Arme Oude Mannen- en Vrou wenhuis. (Zie lng. St. n°. 109.) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming goed gekeurd. XII. Rekening, dienst 1898, van het Heilige Geest- of Arme Wees- en Kinderhuis. (Zie lng. St. n°. 177.) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming goed gekeurd. XIII. Voorstel tot aankoop van het buitengoed «Rhijn- geest" tegenover het Krankzinnigengestichi Endegeest". (Zie lng. St. n». 170 en 179). XIV. Voorstel tot onderhandsche verhuring van de boven woning van het perceel Nieuwsteeg 10 (Zie lng. St. n°. 182.) XV. Voorstel tot opzegging aan M. H. Fontein en M. De Tombe van het gebruik van grond in de Oosterdwarsstraat en tot het doen bestraten van dien grond voor hunne rekening (Zie lng. St. n°. 181.) Deze voorstellen worden achtereenvolgens zonder beraad slaging of hoofdelijke stemming aangenomen. Niemand verder het woord verlangendewordt de Openbare Vergadering gesloten en veranderd in eene Vergadering met gesloten deuren. Te Leiden, ter Boekdrukkerij van J. J. Groen Zoon.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1899 | | pagina 3