DONDERDAG 27 JULI 1899. 45 Zitting van Donderdag 27 Juli 1899. Geopend des namiddags te drie uur. Voorzitter: de heer Mr. F. WAS, Burgemeester. Te behandelen onderwerpen: 40. Benoeming van een lid van de Commissie van Toezicht op het Middelbaar Onderwijs. (147) 2°. Benoeming van twee derde onderwijzers aan de openbare school der 4e klasse n°. 1. (152) 3°. Benoeming van een lid van het College van Vrouwen- Kraammoeders. (153) 4°. Verzoek van J. Vroom, om ontslag als derde onderwijzer aan de school 4e klasse n°. 2. (151) 5°. Verzoek van Gebr. Van Ulden, om ontslag van het perceel kadastraal bekend Sectie M n°. 1794 gemeente Leiden, uit het hypothecair verband, daarop gelegd ter verzekering van de nakoming hunner verplichtingen van het reinhouden der gemeente. (148) 6°. Verzoek van J. Botermans, om vergunning tot het dempen van de sloot langs een gedeelte der voormalige buitenplaats Rijnstroom, aan den Hoogen Rijndijk. (149) 7°. Suppletoire staat dienst 1898, van het Heilige Geest- of Arme Wees- en Kinderhuis. (154) 8°. Staat van af- en overschrijving dienst 1898, van het Heilige Geest- of Arme Wees- en Kinderhuis. (154) 9°. Voorstel tot wijziging van de in de raadszitting van 15 Juni j 1. vastgestelde verordeningen regelende de heffing en invordering van leges en expeditiegelden ter Secretarie, bij het Oud-Archief en aan het Bureau van den Burger lijken Stand. (150) Tegenwoordig zijn 17 leden, als de heeren: Van Rhijn, Van Dissel, Hasselbach, Van Kempen, J. P. J. Driessen, Den Houter, A. J. Van Hoeken J.Jzn., KerstensJutaDekhuyzenPera, P. J. Van Hoeken, Stadhouder, De Vries, Korevaar, Fockema An- drese, Kroon, alsmede de Burgemeester, Voorzitter. Afwezig zijn de heeren: Zaaijer, Van Lidth de Jeude, Ivaiser, Drucker, Zillesen, P. L. C. Driessen, De Goeje, Verster van Wulverhorst, Siegenbeek van Heukelom en Van Hamel. De Notulen van het verhandelde in de vorige vergadering van 6 Juli worden gelezen en goedgekeurd. De Voorzitter deelt mede dat zijn ingekomen: 1°. Missive van de Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland, dd. 3/7 Juli jl. B. N°. 2340 (3e afd.) G. S. n°. 40, ten geleide van het goedgekeurd kohier der plaats, directe belasting, dienst 1899. 2°. Missive van den Commissaris der Koningin, dd. 22 Juli j.l. A N° 2755 (le afd.) waarbij aan den Burgemeester dezer ge meente verlof wordt verleend om gedurende de maand Au gustus buiten de gemeente te verblijven. Worden voor kennisgeving aangenomen. De Voorzitter legt vervolgens over: 1°. Verzoeken van Dr. M. Rutgers, L. Meyboom en J. E. Vlaanderen om afschrijving van plaats, directe belasting, dienst 1899, wegens woonplaats verandering. 2°. Bezwaarschriften van verschillende personen tegen hun nen aanslag in de plaats, directe belasting, dienst 1899. Worden gesteld in handen van Burg. en Weth. 3". Staten van af- en overschrijving, dienst 1898 van het Roomsch Kath. Armbestuur en het Roomsch Kath. Wees- en Oudeliedenhuis. 4°. De rekening van ontvangsten en uitgaven der gemeente over den dienst 1898. Worden gesteld in handen van de Comm. van financiën. De Voorzitter. Vermoedelijk zal op 15 Augustus de stem ming, en zoo noodig op 25 Augustus de herstemming plaats hebben voor leden in drie Kamers van arbeid, nl. voor de drukkersbedrijven, de textielnijverheid en de voedings-en ge notmiddelen Wij hebben den Minister van Waterstaat eerst voorgesteld die stemmingen te doen plaats hebben irx Septem ber, maar de Minister had daartegen eenig bezwaar. En wij hebben gemeend aan dit bezwaar te moeten tegemoet komen. Nu zullen dus de verkiezingen nog in Augustus plaats hebben, vermoedelijk op 15 Augustus. Ik zeidevermoedelijkomdat wij wel hebben voorgesteld de data van 15 en 25 Augustus, maar de Minister moet hieraan nog zijne goedkeuring hechten. Nu is in eene vorige vergadering besloten om voor de stem- bureaux te volgen een rooster. Die rooster wijst aan voor het drukkersbedrijf de heerenJ. P. J. Driessen, Voorzitter, A. J. Van Hoeken en Mr. Kerstens, leden; voor de textielnijverheid de heerenDr. Siegenbeek van Heukelom, Voorzitter, Pera en Van Lidth de Jeude, ledenvoor de voedings- en genotmiddelen de heeren: Korevaar, voorzitter, Mr. De Vries en Mr. Drucker, leden, terwijl al de andere leden van den Raad plaatsvervan gers zijn. Aan de orde is: I. Benoeming van een lid van de Commissie van Toezicht op het Middelbaar Onderwijs. (Zie Ing. St. n». 147). De Voorzitter. Mag ik de heeren A. J. Van Hoeken, Pera en De Vries verzoeken met mij het stembureau te willen uit maken. Benoemd wordt met 16 stemmen de heer Dr. J. W. Muller. Dr. J. J. Salverda de Grave bekwam 1 stem. II. Benoeming van twee derde onderwijzers aan de openbare school der 4e klasse n°. 1. (Zie Ing. St. n°. 152) Achtereenvolgens worden benoemd: de heer J. Van Noord met 16 stemmen; 1 stem werd uit gebracht op den heer P. Segaar, en de heer J. Francken met algemeene stemmen. III. Benoeming van een lid van het College van Vrouwen- Kraammoeders. (Zie Ing. St. n°. 153.) Wordt met algemeene stemmen benoemd Mevr. W. Jesse, geboren Van Benten. De Voorzitter. Ik dank de heeren stemopnemers voor hunne welwillende medewerking. IV. Verzoek van J. Vroom, om ontslag als derde onderwijzer aan de school 4e klasse n°. 2. (Zie Ing. St. n°. 151). Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming met ingang van 16 Augustus een eervol ontslag verleend. V. Verzoek van Gebr. Van Ulden, om ontslag van het perceel kadastraal bekend Sectie M n°. 1794 gemeente Leiden, uit het hypothecair verband, daarop gelegd ter verzekering van de nakoming hunner verplichtingen van het reinhouden der ge meente. (Zie Ing. St. n°. 148) De heer P. J. Van Hoeken. M. d. V. Tegen deze voordracht op zich zelf heb ik geen bezwaar, maar wel wenschte ik aan de inwilliging van het verzoek nog eene voorwaarde verbonden te zien, nl. dat Van Ulden het hek, dat thans voor zijn huis vooruitsteekt, achteruit plaatst in de richting van het hek, staande op den grond, waarop dit verzoek betrekking heeft. De Voorzitter. Ik zou het wel wat zonderling vinden aan dit verzoek zulk eene voorwaarde te verbinden. Wat thans gevraagd wordt, moet in billijkheiden ook in het belang der gemeente, worden toegestaan. Van Ulden verkoopt dit kleine stukje grond voor veel geld. Dit geld besteedt hij om eene hypotheek af te lossen, die voor de onze gaat, iets waarbij de gemeente dus altijd beter wordt En nu vind ik het wel wat onbillijk om daaraan eene andere voorwaarde te verbinden, die met de zaak zelve niets te maken heeft. De heer P. J. Van Hoeken. M. d. V. Wanneer U zegt dat bij deze zaak ook de gemeente belang heeft, dan hebt U gelijk, maar ten slotte komt het voordeel dan toch in de zak van Van Ulden. En waar deze nu zulk een voordeel ontvangt, acht ik het voor hem eene kleinigheid het bewuste hek een 50 centimeter te verplaatsen; in elk geval wordt dan ook de recognitie, die hij voor dit hek betaalt, iets minder. Wanneer wij bij deze gelegenheid die voorwaarde niet opleggen, dan vrees ik dat Van Ulden later niet geneigd zal zijn het hek te verplaatsen. De Voorzitter. De heer Van Hoeken heeft gelijk, dat het wenschelijk zoude zijn bedoeld hek wat meer achterwaarts te plaatsen. Burg. en Weth. willen hierover met Van Ulden wel eens spreken; ik geloof wel dat hij tegen die verplaatsing niet zulk een groot bezwaar zal maken, maar ik vind het onbillijk om eene dergelijke voorwaarde te verbinden aan de inwilliging van dit verzoek, wat bovendien zoozeer in het belang van de gemeente is. Bovendien, wanneer hij voor den grond, waarop het hek is geplaatst, recognitie betaalt, dan kunnen wij het gebruik van dien grond ook opzeggen. De zaak zit zoo in elkander, dat de eene helft van de sloot aan de gemeente Leiden behoort, de andere helft aan Van Ulden. Nu is bij de demping het hek juist op de grens van weg en sloot gezet en Van Ulden heeft de halve gedempte sloot in gebruik gekregen. Maar dan kan het gebruik van dien grond altijd worden opgezegd. De heer P. J. Van Hoeken. Wanneer op deze wijze aan i

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1899 | | pagina 1