108
Commissie dan niet de mogelijkheid overwogen dat door hare
stelselmatige ongelijkheid in beoordeeling van het Openbaar
en Bijzonder Onderwijs in zijn geheel, die schijn van partijdig
heid door haar eigen toedoen kan -worden gevoed?
Ondergeteekende meent voor ditmaal met deze enkele
kantteekeningen op de missive van de Plaatselijke School
commissie te kunnen volstaan. Een bepaald voorstel is nu,
van hem althans, niet te wachten. Hij blijft nog hopen, dat
de Schoolcommissie zich in dit opzicht zal willen plaatsen
op het standpunt der Wet.
Mocht die hoop teleurgesteld worden, dan zouden voor
stellen om aan de bestaande ongelijkheid een einde te maken
alleszins de overweging verdienen.
Den Mouter.
Aan den Gemeenteraad.
N°. *248. Leiden, 27 October 1898.
Wij hebben de eer U hierbij aan te bieden het le Suppletoir
Kohier der plaatselijke directe belasting, dienst 1898, met
205 aanslagen.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 249. Leiden, 28 October 1897.
Wij hebben de eer Uwe "Vergadering voor te stellen het
schoolgeld voor onderstaande leerlingen van de Kweekschool
voor onderwijzers en onderwijzeressen, elders woonachtig,
vast te stellen op het bij ieder hunner vermelde bedrag:
Voor Anna Johanna van der Kaaij, te Oegstgeestop 6.
per kwartaal;
Johannes Gijsbertus Christiaanse, te Oegstgeest, op 6.—
per kwartaal;
Lucretia Kramer, te Ommen, op f 8.per kwartaal;
Aaltje Roelofs, te Oude Wetering, op ƒ4.— per kwartaal;
Elisabeth van der Brug, te Bovenknijpe, op f 4.— per
kwartaal;
Elisabeth Isabella Plasschaert, te Middelburg, op 6
per kwartaal;
Sophia Bouwer, te Gorredijk, wegens het bijwonen van
ééne les, op 2.— per kwartaal;
Detlef van Buurente Dordrecht wegens het bijwonen van
ééne les, op 2.— per kwartaal;
Toske Jantina Cornelia Cremer, te Hillegom, wegens het
bijwonen van ééne les, op ƒ2.75 per kwartaal.
Victorine Ilijmans, te 'sGravenhage, wegens het bijwonen
van ééne les, op 2.per kwartaal;
Cornelia Johanna Onvlee, te Baarn, op ƒ4.per kwartaal;
Cornells Willem Paap, te Voorschoten, op ƒ6.per kwartaal
Willem Riemersma, te Alfen, wegens het bijwonen van
twee lessen, op 2.50 per kwartaal;
Johannes Albertus, te Voorschoten, wegens het bijwonen
van ééne les, op 1.25 per kwartaal;
Jan Veenstra. te Vlissingen, op ƒ6.— per kwartaal en van
Antje Meijer, te Katwijk, wegens het bijwonen van ééne
lesop 2.per kwartaal
en van de betaling vrij te stellen Cornells Johannes Bakker,
te Loenen a/d Vecht, Mechtilda Iconise Beck, te Warmond,
Antonie Lubertus van Hulzen, te Dinteloord, J. B. Janssen
van Rijssente Rhijnsburg, Willem Jiddo Taanmante Rhijns-
burg, en Anthonius van der Pol, te Wassenaar;
alles in verband met de omtrent het inkomen der ouders of
van henzelven, blijkens den overgelegden staat, verkregen
inlichtingen.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 250. Leiden, 29 October 1898.
Onder overlegging van nevensgaand verzoekschrift van Mevr.
de Wed. L. D. Leegstra, geb. Schrok, geven wij IJ in over
weging adressante vrijstelling te verleenen van de betaling van
schoolgeld van het gymnasium voor haren zoon Sjoerd lliddo
over de 3 laatste kwartalen van den loopenden cursus, aan
gezien ons bij onderzoek gebleken is dat deze op 22 October
j 1. voor het laatst de lessen heeft bijgewoond.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
Leiden, 24 October 1898.
Aan Heeren Burgemeester en Wethouders der
Gemeente Leiden.
Geeft met eerbied te kennen: Mevrouw de Weduwe L. D.
Leegstra, geb. Schrok, wonende te Leiden, Rijn- en Schiekade
100, dat haar zoon Sjoerd Hiddo Leegstra, leerling der vierde
klasse van het Gymnasium te Leiden, die inrichting heeft ver
laten om zich te bekwamen voor het toelatingsexamen voor
Adelborst
dat die voorbereiding hier ter stede niet kan worden ver
kregen, zoodat hij zich zal moeten begeven naar het Instituut
Wegerif te Nijmegen.
Redenen, waarom requestrante verzoekt om vrijstelling der
drie overblijvende kwartalen, welke met één December begin
nen, van de verschuldigde schoolgelden.
Hetwelk doende,
Mevr. de Wed. L. D. LeegstraSchrok.
Te Leidenter Boekdrukkerij van J. J. Groen Zoon.