DONDERDAG 10 MAART 1898.
13
fitting van Donderdag 1© Maart 1898.
Geopend des namiddags te twee uren.
Voorzitter: de heer Mr. F. WAS, Burgemeester.
Te behandelen onderwerpen
1°. Onderzoek van de geloofsbrieven van Dr. Th. G. Den
Hou ter, benoemd lid van den Gemeenteraad.
2°. Benoeming van eene derde onderwijzeres aan de school
4e klasse n°. 2. (45)
3°. Idem van een lid van het Bestuur der Vereeniging: »de
Practische Ambachtschool.'' (46)
4°. Verzoek van J. J. Brussee, om vrijstelling van school
geld Hoogere Burgerschool voor Jongens. (34)
5°. Idem van H. K. F. Kniep, om terugbetaling van school
geld, lager onderwijs. (35)
6°. Idem van G. Dïdlmann—Luchtmans, om vrijstelling van
schoolgeld, Hoogere Burgerschool voor Meisjes. (39)
7°. Staat van af- en overschrijving op de begrooting, dienst
1898, ad 550. (36 en 42)
8°. Voorstel in zake het opnemen van bepalingen omtrent
minimum loon en maximum arbeidsduur in bestekken.
(31 en 37)
9°. Verzoek van het Bestuur der Zondagsschool »Laat de
kindei kens tot Mij komen" omtrent het gebruik van
lokalen in de school aan de Heerenstraat. (38)
10°. Idem van bewoners van de Pieterskerkchoorstegen omtrent
wegneming van den telefoonpaal aldaar. (40)
11°. Verzoek van P. Kooreman Jr., dat alsnog moge worden
goedgekeurd het plan tot het bouwen van zes werkmans
woningen op het terrein sectie B n°. 1582, gelegen aan
de gedempte Binnenvestgracht en voorstel om dit terrein
voor bebouwing ongeschikt te verklaren. (41)
12°. Idem van het Bestuur van den Nederlandschen Boeren
bond, afdeeling HazerswoudeKoudekerk, omtrent het
uitloven van premiën voor de vette varkensmarkt enz. (44)
13°. Voorstel omtrent het leggen van eene nieuwe brug aan
de Oude Heerengracht met suppletoiren staat van begroo
ting ad 27500. (43 en 49*)
14°. Staat van af- en overschrijving op de begrooting der
Bank van Leening, dienst 1897. (48*)
15°. Bezwaarschriften tegen de Kohieren der Plaatselijke
Directe Belasting, dienst 1897. (47)
16°. Voorstel tot kostelooze overdracht van den toren der
Oosterkerk aan de Gemeente-Commissie van het Neder-
duitsch-Ilervormd Kerkgenootschap. (50)
De Voorzitter. Tot mijn leedwezen moet ik mededeelen,
dat onze Secretaris ongesteld is. Als waarnemend Secretaris
treedt op de heer Dekhuyzen.
Tegenwoordig zijn 26 leden als de heeren: Dekhuyzen, Van
Disselan Kempen A. J. Van HoekenKerstensStadhouder,
J. P. J. Driessen, Verster van Wulverhorst, Van Hamel, Van
Lidth de Jeude, Pera, De Vries, De Goeje, Kaiser, Drucker,
Zillesen, Korevaar, Kroon, L. Driesseri. Juta, Hasselbach,
Fockema Andrem, Zaaijer, P. J. Van Hoeken, Van Rhijn,
Siegenbeek van Heukelom, alsmede de Burgemeester, Voorzitter.
Van den heer Siegenbeek van Heukelom is bericht ontvangen,
dat hij waarschijnlijk wat later zal komen.
De Notulen van het verhandelde in de vorige vergadering
van 17 Februari worden gelezen en goedgekeurd.
(De heer Van Rhijn komt ter vergadering).
De Voorzitter deelt mede dat zijn ingekomen:
1°. Missive van de arbiters in zake het geschil over de ver-
pleegkosten van behoeftige zieken in het Ziekenhuis der Rijks
universiteit, houdende toezending hunner te dezer zake ge
nomen beslissing.
Dit stuk is gedrukt en aan de leden toegezonden.
2°. Missive van J. F. Wafelbakker, houdende dankbetuiging
voor de beslissing in zake de verlenging van de onderhandsche
verhuring van het tot koffiehuis ingericht gedeelte van den Burg.
3°. Dispositie van de Ged. Staten van Zuid-Holland, dd.
22/26 Februari j.l., B. n°. 672 (3e afd.) G. S. n°. 46/1, ten ge
leide van de goedgekeurde raadsbesluiten van 17 Februari j.l.
tot continuatie van de huur van het tot koffiehuis ingericht
gedeelte van den Burg aan J. F. Wafelbakker en van de
woning in de Nieuwsteeg n°. 10 aan J. J. Spanjersberg.
4°. Missive van den heer H. Paul, oud-gemeente-architect
van Leiden, houdende dankbetuiging voor de beschikking,
waarbij aan hem eene gratificatie van ƒ2500.is toegezegd
voor de richtige uitvoering van den bouw van het krankzin
nigengesticht JÉndegeest.
5°. Missive van de Gedep. Staten van Zuid-Holland, dd.
2 sblaart" n°- 0^e a^0 G. S. n°. 98, ten geleide van
den goedgekeurden staat van af- en overschrijving op de be
grooting, dienst 1897, van de dienstdoende Schutterij.
6°. Missive van de Ged. Staten van Zuid-Holland, dd. 7/8
Maart jl. B. n°. 755, G. S. n°. 35, houdende mededeeling dat
bij koninklijk besluit van 26 Februari j.l. n°. 24 is goedgekeurd
de regeling van de jaarwedden van den Burgemeester en den
Secretaris respectievelijk ƒ5000.en ƒ4000.
Worden voor kennisgeving aangenomen.
De Voorzitter legt'vervolgens over:
1°. Verzoek van de wed. F. C. Verhoef, om terugbetaling
van 9-te veel betaalde plaats, directe belasting, dienst 1897.
2°. Bezwaarschriften van C. R. Krahnert en B. J. Goddijn tegen
hunnen aanslag in de plaats, directe belasting.
Worden gesteld in handen van Burg. en Weth.
3°. Adres van het Bestuur der Typogr. vereeniging »Lourens
Jansz. Coster", houdende adhaesiebetuiging aan het advies van
de Kamer van arbeid in zake het opnemen van bepalingen
omtrent minimumloon en maximum arbeidsduur in bestekken
van aanbesteding van levering van drukwerk voor de gemeente.
Te behandelen bij punt 8 der agenda.
4°. Verslag omtrent den toestand van het Middelbaar onder
wijs over 1897.
Wordt opgenomen in het Gemeenteverslag.
5°. Verzoeken van M. E. Havelaar, R. Scholten, L. C. B. Van
Steenhoven en C. L. Van 'Rossem, om terugbetaling van plaats,
directe belasting.
Worden gesteld in handen van Burg. en Weth.
6°. Verslag van Curatoren van het Gymnasium omtrent den
toestand dier inrichting over 1897.
Wordt opgenomen in het Gemeenteverslag.
7°. Verslag van de Plaats. Schoolcommissie omtrent den
toestand van het lager onderwijs.
Wordt opgenomen in het Gemeenteverslag.
8°. Rekening dienst 1897 van de Plaats. Schoolcommissie.
Wordt gesteld in handen van de Commissie van Financiën.
9°. Verzoek van .1. Hufner te Noordwijk, om den eigendom
van grond aan de Haarlemmertrekvaart bij den Noordwijker-
hoek, dien hij nu in erfpacht heeft.
Wordt gesteld in handen van Burg. en Weth.
Aan de orde is:
I. Onderzoek van de geloofsbrieven van Dr. Th. G. Den Houter,
benoemd lid van den Gemeenteraad.
De Voorzitter. Overeenkomstig de bevoegdheidmij toe
gekend bij het Reglement van Orde, heb ik reeds vooraf een
Commissie van onderzoek benoemd, nl. de heeren Fockema
Andrese, Kerstens en-Van Lidth de Jeude. Ik geef nu het
woord aan den heer Fockema Andreas tot het uitbrengen van
verslag.
De heer Fockema Andre.-e brengt het volgende verslag uit:
De Commissie, belast met het onderzoek der geloofsbrieven
van Dr. Th. G. Den Houter heeft de eer den Raad het vol
gende mede te deelen
Uit het proces-verbaal der stemopneming blijkt, dat bij de
herstemming in het tweede district'op 22 Februari 1898 zijn
uitgebracht 1032 geldige stemmen waarvan op Dr. Den Houter
608, zoodat deze terecht door het stembureau verkozen is
verklaard.
Dr. Den Houter heeft overgelegd een uittreksel uit de re
gisters van den Burgerlijken Stand der gemeente Leiden,
waaruit blijktdat hij aldaar is geboren den 29sten Maart 1864.
Hij heeft verder bij de stukken gevoegd eene verklaring
van den Burgemeester, dat hij gedurende het laatste jaar, aan
de verkiezing voorafgegaan, zijne woonplaats binnen de gemeente
heeft gehad.
Dr. Den Houter voldoet dus aan de vereischten, gesteld in
art. 19 der Gemeentewet.
De vraag zou echter kunnen worden gesteld, of hij niet
eene betrekking bekleedt, die van het lidmaatschap van den
Raad uitsluit.
Hij heeft nl. eene door hem geteekende verklaring overge
legd, dat hij geene andere openbare betrekking bekleedt, dan
die van stads-genees- en heelkundige, alleen belast met de
geneeskundige armenpraktijk.
Nu zijn de stads- geneesheeren blijkens de verordening van
'19 September 1854 (Gem.bl. 4) niet slechts belast met de ge
neeskundige behandeling van zieke bedeelden en onvermogen-
den, maar is hun meer opgedragen. Vooreerst hebben zij (art. 17)
beurtelings de zittingen bij te wonen van de Commissie tot
onderzoek van personen, die zich ongeschikt verklaren voor
den schutterlijken dienst. In de tweede plaats zijn zij (art. 18)
verplicht, zooveel mogelijk mede te werken tot de uitvoering
van alle Verordeningen betreffende den geneeskundigen dienst.
In de derde plaats hebben drie hunner, door Burg. en Weth.