DONDERDAG 9 DECEMBER 1897. 119 Kitting van Donderdag 9 December 1S97. Geopend des namiddags te tuiee uren. Voorzitter: de heer Mr. F. WAS, Burgemeester. Te behandelen onderwerpen: 1°. Verzoek van S. Y. Stoel, om ontslag als tweede onder wijzer aan de school 3de klasse n°. 1. (302) 2°. Benoeming van een tweeden onderwijzer aan de school 3de klasse n". 1. (303) 3°. Benoeming van een lid der Commissie voor de Bewaar scholen. (293) 4°. Idem van eene leerares in de Handwerken aan de Hoogere Burgerschool voor Meisjes. (297) 5°. Verzoek van de firma P. Clos Leembruggen, ter be koming in eigendom van gemeentegrond in de Verver straat. (278 en 287) 6°. Voorstel omtrent de vaststelling van het schoolgeld voor niet in de gemeente wonende leerlingen der Kweek school voor onderwijzers. (288) 7°. Verzoek van G. Odding, weduwe Van Klingeren, om terugbetaling van schoolgeld, lager onderwijs (289) 8°. Idem als voren van L. J. Kiek. (292) 9°. Idem als voren van F. A. Spiekermann. (295) 10°. Idem van Mej P. W. Van Amerom, om vrijstelling van schoolgeld, Hoogere Burgerschool voor Meisjes. (296) 11°. Idem als voren van J. K. H. Maarschalk, Hoogere Bur gerschool voor Jongens. (310) 12°. Staat Model A ter voldoening van 194.82® uit den post voor Onvoorziene Uitgaven der begrooting voor 1897. (291 en 305) 13°. Verzoek van H. Spijker, om ontslag als opzichter bij de gemeentewerken en eene personeele toelage. (294) 14°. Begrooting voor 1898, van het R. K. Wees- en Oude- liedenhuis. (304) 15°. Idem van het R. K. Armbestuur. (304)_ 16°. Idem van het H.G. of Arme Wees- en Kinderhuis. (304) 17°. Idem van het College van Vrouwen-Kraammoeders. (307) 18°. Voorstel tot het verleenen van afschrijving of terugbe taling op aanslagen in de plaatselijke directe belasting, dienst 1897. (306) '19°. Suppletoire staat van begrooting en staat van af- en over schrijving op de begrooting voor 1897. (298 en 308) 20°. Voorstel omtrent verlenging van de opdracht van het reinhouden van de aan Leiden toegevoegde gedeelten der drie omliggende gemeenten aan de tegenwoordige aannemers. (299) 21°. Idem tot het aanbrengen van eenige veranderingen aan het lokaal bij de Hooglandsche Kerk, verhuurd aan het Rijk en tot verlenging van de bestaande huurover eenkomst. (300) 22°. Idem omtrent de opheffing van de betrekking van Rooi meester en de aanstelling van een Inspecteur der Bouw- politie. (301) 23°. Bezwaarschriften tegen het Kohier der Plaatselijke Directe Belasting, dienst 1897, (Tweede gedeelte.) (309) Tegenwoordig zijn 22 leden als de heeren: Kerstens, A. J. Van Hoeken J.Jzn., Pera, Stadhouder, J. P. J. Driessen, Van Dissel, De Vries, Kaiser, Van Lidth de Jeude, P. J. Van Hoeken, Zaaijer, Zillesen, Dekhuyzen, Van Rhijn, Kroon, Van Hamel, Fockema Andrea), Juta, Korevaar, De Goeje, Hasselbach en Siegenbeek van Heukelom, alsmede de Burgemeester, Voorzitter. Afwezig zijn de heeren: L. Driessen, Van KempenVerster van Wul ver horst en Drucker. De notulen der vorige vergadering van den 18 November worden gelezen en goedgekeurd. De Voorzitter deelt mede dat zijn ingekomen: 1°. Dispositie van de Gedep. Staten van Zuid-Holland dd. 13/18 November j.l. B N°. 3990 (3e afd. G. S. n°. 66/3), ten geleide van het goedgekeurd raadsbesluit van 11 November j.l. tot verhooging van de gemeentebegrooting dienst 1897 in ontvang en uitgaaf met ƒ50000 voor tijdelijke geldleening ter voorziening in de behoefte aan kasgeld. .2°. Missive van het Bestuur der 3-October- vereeniging houdende dankbetuiging voor de toekenning van het buiten gewoon subsidie in de kosten van de uitvoering der Kinder cantate: »Leidens strijd en zegepraal" op 4 October j.l. terrein gelegen aan den'Haarlemmerweg, kadastraal bekend Sectie K, n°. 55 gedeeltelijk. 5°. Missive van de Ged. Staten van Zuid-Holland dd. 23/26 November j. 1. B N°. 839 (2e afd. G. S. n°. 67) waarbij de ontvangst wordt bericht van de in afschrift medegedeelde verordening op de wateren der gemeente. 6°. Missive van den vice-president van den Raad van State dd. 2 December j.l., houdende mededeeling dat op8December des morgens te elf uren verslag zal worden uitgebracht in zake het beroep van W. Fontein van het besluit van de Ged. Staten van Zuid-Holland waarbij 's raads beslissing om hem niet als raadslid toe te laten is gehandhaafd. Worden voor kennisgeving aangenomen. De Voorzitter legt vervolgens over: 1°. Verzoek van 11. Pol vliet, om terugbetaling van plaats, directe belasting, dienst 1897. 2°. Bezwaarschriften van F. Otto, J. Bodenstall en A. B. Hofhuis, tegen hunnen aanslag in de plaats dir. belasting 1897. 3°. Verzoek van de wed. Thijssen geb. Marnstra, om afschrij ving van schoolgeld Middelbaar onderwijs over de drie laatste kwartalen van den cursus 1897/8 voor1 hare pupil E. J. Sloot. 4°. Adres van het Bestuur der afd. Leiden van den Alge- meenen Nederl. Typografenbond, houdende'verzoek om in het bestek voor de in het volgende jaar te houden aanbesteding van drukwerk voor de gemeente, bepalingen op te nemen omtrent minimum loon en maximum arbeidsduur. Wordt gesteld in handen van Burg. en Weth. 5°. Missive van den Majoor-Commandant der dienstd. schutterij ten geleide van een afschrift der wederlegging van de beschou wingen omtrent de dienstd. schutterij bij de behandeling van de Gemeentebegrooting voor 1898. De Voorzitter. Dit stuk is gedrukt en aan de leden rond eezonden. 6°. Rapport van Burg. eri Wethouders omtrent de missive van de directie van de Paardentram, blijkens welke zij niet bereid is om voor hare rekening een wachtlokaal bij de remise in te richten. De Voorzitter. Ook dit stuk is gedrukt en aan de leden rondgezonden. 7°. Verzoek van Gebr. Van Ulden om te mogen mededingen naar het reinhouden van de aan Leiden toegevoegde gedeelten der omliggende gemeenten. De Voorzitter. Ik verzoek den Secretaris dit stuk voor te lezen. Het adres luidt als volgt: Aan den Edelachtbaren Raad der gemeente Leiden. Geven met verschuldigden eerbied te kennen Petrus en Johannes Van Ulden; dat zij uit de couranten hebben vernomen, dat het schoon houden van de nieuw geannexeerde gedeelten der stad on dershands zal gegund worden aan Van der Meer en Schrama; dat zij ten eenenmale zijn uitgesloten daarnaar mede te dingen, niettegenstaande zij belast zijn met het schoonhouden van het overige gedeelte der stad. dat naar hunne meerling daartoe geene aanleiding bestaat; Rédenen waarom zij alsnog den Raad eerbiedig verzoeken hen in de gelegenheid te stellen mede te dingendaar zij wel licht bereid zouden zijn het werk te doen voor denzelfden prijs of misschien voor minder. 't Welk doende Leiden, 9 December 1897. Gebr. Van Ulden. Te behandelen bij punt 20 der agenda. De Voorzitter deelt alsnog mede: 1°. dat op 7 December j.l. een bezoek is gebracht aan het Heilige Geest- of arme Wees- en Kinderhuishet Roomsch- Kath Wees- en Oudeliedenhuis, de Sted. bank van leening en het Ziekenhuis der Rijks-Universiteit, waarbij de admini stration enz. in orde zijn bevonden. 2°. dat nog een bedrag van ƒ20000, bij de Rijnlandsche Bank is opgenomen, ter voorziening in de behoefte aan baar geld, zoodat thans is opgenomen ƒ170000. 3°. dat tot arbiter der gemeente in zake het geschil met het Rijk over de verplegingskosten van de stads zieke armen in het ziekenhuis der Rijks-Universiteit door Burg. en Wet houders is aangewezen Mr. J. A. F. Coebergh, notaris alhier, die zich bereid heeft verklaard die taak te aanvaarden. 4°. Missive Ged. Staten omtrent de regeling van de jaar wedden van den Burgemeester en den Secretaris. De Voorzitter. Ik verzoek den Secretaris ook deze missive voor te lezen. 3°. Missive van den Minister van Binnenlandsche zaken dd. 26 November N°. 7835, houdende mededeeling dat het besluit van den Raad, waarbij Dr. J. R. Koopmans van Boekeren is benoemd tot tijdelijk leeraar aan het Gymnasium, wordt goedgekeurd. 4°. Dispositie van de Ged. Staten van Zuid-Holland dd. 23/27 November j.l. ten geleide van het goedgekeurd raadsbesluit van 11 November j.l. tot overneming in eigendom door de gemeente van H. J. Sloots en J. G. Rietbergen, het open

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1897 | | pagina 1