116 Nu wij alle cijfers bij elkaar gegroepeerd hebben, komen wij tot de ontdekking dat de meerdere kosten aan die uit voering verbonden boven de gewone doorsnedekosten van een middagfeest ongeveer ƒ806 bedraagt; daartegenover staat, dat ons ledenaantal op eene meer dan gewone wijze is aan gegroeid en wel met ongeveer 100 leden. De algemeene repetitie, die tegen een gulden toegankelijk was en waarvan wij hoopten dat een zeer druk gebruik zoude gemaakt worden, heeft slechts aan entreegelden opge bracht de luttele som van 16 gulden, zoodat wanneer wij deze feiten in rekening brengende meerdere uitgaven van ons middagfeest toch nog 690 gulden meer bedragen dan gewoonlijk. Met het oog op de in den aanhef van ons schrijven ver melde feiten nemen wij de vrijheid U beleefd te verzoeken onze Vereeniging in de bestrijding dezer buitengewone uit gaven voor een gedeelte tegemoet te komen. Wij teekenen met verschuldigde hoogachting Namens het Bestuur der 3-October-Vereeniging, N. Brouwer, Voorzitter. Fel. Driessen, Secretaris N°. 270. Leiden, 2 November 1897. Tegen den door het college van vrouwen-kraammoeders ingedienden staat van af- en overschrijving en de overgelegde rekening van die instelling beide den dienst 1896 betredende, heeft de Commissie van Financiën geene bedenkingen; zij adviseert U derhalve tot goedkeuring. Aan den Gemeenteraad.' De Comm. van Financiën. N°. 271. Leidenden 2en November 1897. Na overleg met de Commissie van Fabricage hebben wij de eer U mede te deelen, dat er geen bezwaar bestaat tegen de inwilliging van nevensgaand verzoek van J. Botermans c. s. Wij geven Uwe vergadering derhalve in overweging: a de gevraagde toestemming tot demping van het gedeelte sloot te verleenen onder voorwaarde: 1° dat in de te dempen sloot een gemetselde duiker wordt gelegd van 0.30X0.40 M2. doorsnede, in aansluiting met den bestaanden '2° dat een kolk met stankafsluiter en leiding wordt gelegd, voor afwatering van het gedempte gedeelte; 3° dat door het te maken werk de toestand van het voet pad daar ter plaatse in een voortdurend goeden staat, ten genoege van Burgemeester en Wethouders wordt onder houden door en voor rekening van adressanten, zullende zij zich verbinden steeds bet voldoende zindelijk houden die maatregelen te nemen en werken te maken, die Buig. en Weth. wenschelijk oordeelen; 4° dat de gemaakte of later te maken werken door en voor rekening van adressant naar behooren zullen worden onder houden 5° dat de vergunning wordt overgelegd, voor zooveel noodig, van Gedeputeerde Staten en van het Hoogheemraadschap van Rijnland. b den door demping verkregen grond aan adressanten tot wederopzeggens in gebruik te geven tegen betaling van eene jaarlijksche recognitie van 5 cent per centiare voor ingenomen gemeentegrond, zich uitstrekkende over de halve sloot; onder voorwaarde: dat die grond niet mag worden bebouwd, en door een voldoend ijzeren afsluithek, ter goedkeuring van Burg. en Weth moet worden afgesloten. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Aan den Raad der gemeente Leiden. Geeft met verschuldigde hoogachting te kennen Johannes Botermans c. s. aannemer, wonende te Leiden, dat hij, onder overlegging van bijgaand bouwplan in duplo, wenschte te bouwen 20 woonhuizenop een terrein Kad. Sectie M. n°. lilt aan den Hoogen Rijndijk. Dat hij de daarvoor gelegen sloot, wenschte te dempen met het inleggen van een rioolen de daardoor teverkrijgen grond, aftesluiten met een ijzeren hek en aan te leggen tot tuintjes, waarvoor hij beleefd Uwe toestemming verzoekt. 't Welk doende, Uwe onderdanige dienaar, Leiden, 13 September 1897. J. Botermans c. s. N°. 272. Leiden, 2 November 1897. Naar aanleiding van het hierbij overgelegd verzoekschrift van A. Kapteijn den Boumeester, om restitutie van betaald schoolgeld, lager onderwijs, hebben wij de eer Uwe Vergadering mede te deelen dat de adressant den 14 Augustus 1897 zich metterwoon te 's-Gravenhage heeft gevestigd terwijl zijn 2 kinderen leerlingen van de openbare scholen der 2e klasse, na einde Juli die scholen niet meer hebben bezocht, zoodat er alleszins termen bestaan, om hem terugbetaling van school geld te verleenen tot een bedrag van ƒ4, zijnde 2/3 van het over een kwartaal voor de beide leerlingen verschuldigd schoolgeld ad ƒ6, Wij geven U derhalve in overweging tot het verleenen der gevraagde restitutie over te gaan. Aan den Gemeenteraad. Burg en Weth. van Leiden. Aan de Edelachtb. Heeren Burgemeester en Wethouders der Gemeente Leiden. EdelAchtb. Heeren. Bij dezen neemt de ondergeteekende de vrijheid UEdl.Achtb. Heeren beleefd te verzoeken om restitutie van betaald schoolgeld le kwartaal over de maanden -Aug. en Sept. 1897 wegens vertrek uit de Gemeente, voor zijne 2 kinderen Paulus Jan en Sara Elizabeth beide leerlingen der 2e klasse laagste afdeeling. Vertrouwende hierop door UEdel.Achtb. gunstig zal worden beschikt. Hoogachtend UEdl. Achtb. dw. dr. A. Kapteijn den Boumeester. Den Haag, 20 October 1897. N°. 273. Leiden, 2 November '1897. De Commissie van Financiën heeft geen bezwaar tegen den ingedienden suppletoiren staat van begrooting van het H. G. of arme Wees- en Kinderhuis dienst 1897 en stelt U mitsdien voor tot goedkeuring over te gaan. Aan den Gemeenteraad. De Comm. v. Financiën. N°. 274. Leiden, 2 November 1897. Onder overlegging van nevensgevoegd adres van A. Hakkert, houdende verzoek om restitutie van schoolgeld, lager onderwijs, hebben wij de eer U mede te deelen dat een dochtertje van adressant sedert het einde van de maand October de Openbare Meisjesschool 2e klasse niet meer heeft bezocht, wegens vertrek van hare ouders naar Hoorn. Krachtens het bepaalde bij de verordening op de heffing van schoolgeld op de lagere scholen bestaat er geen bezwaar tegen de terugbetaling van schoolgeld over de maanden November en December dezes jaars tot een bedrag van ƒ2.66, zijnde 2/3 van het voor een kwartaal verschuldigde. Wij geven U derhalve in overweging dienovereenkomstig te besluiten. Aan den Gemeenteraad. Burgem. en Wethouders. Aan den Raad der gemeente Leiden. Geeft met gepasten eerbied te kennen A. Hakkert, ambtenaar van de Rijks-Werkinrichting voor Vrouwen; dat tengevolge zijn vertrek naar Hoorn, zijn dochtertje de Openbare School voor M. U Lager Onderwijs 2e klasse met uit0 October zal verlaten; reden waarom hij zich tot Uw College weridt met het eerbiedig verzoekhem van het daarvoor betaalde schoolgeld te willen restitueeren als Uw College billijk zal oordeelen. 't welk doende, A Hakkert. loeiden, 27 October 1897. N°. 275. Leiden, 5 November 1897. De commissie van Financiën heeft geene bedenkingen tegen de ingediende begrooting van het Gereformeerde Minne- of arme oude mannen- en vrouwenhuis, dienst 1898; derhalve stelt zij U voor tot goedkeuring van die begrooting over te gaan. Aan den Gemeenteraad. De Comm. van Financiën. N°. 276. Leiden, 4 November 1897. Door de Stoomboot-Maatschappij Carsjens, is bij nevens gaand adres verzocht een houten gebouw te plaatsen aan de Haven op de voormalige Hooimarkt, ter plaatse nader aan geduid op de bij het adres overgelegde teekening, terwijl

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1897 | | pagina 8