86
DONDERDAG 3
DECEMBER 1896.
in het onderbureau aan den Burg: de heeren P. L. C.
•Driessen, voorzitter, F. A Verster van Wulverhorst en Mr.
C. Cockleden
in het onderbureau in het schoollokaal der school 3e klasse
n°. 3 aan de Mare: de heeren Dr. W. N. Du Rieu, voorzitter.
Dr. E. F. Van Dissel en J. J. Hasselbach, leden;
en dat alle andere raadsleden plaatsvervangers zijn;
2°. dat aan den met ingang van 1 Januari 1897 eervol
ontslagen agent van politie 3e klasse J. F. Hensin g een pensioen
is toegekend van 285,33 uit hoofde van ziekelijke gesteldheid
en daardoor niet meer in staat om zijne betrekking waar te
nemen, berekend naar eene jaarwedde van ƒ642.en 2623
jaren dienst, ingaande 1 Januari 1897.
De Voorzitter. Mijne heeren! Alvorens over te gaan tot
de andere werkzaamhedenwensch ik met uwe machtiging
het volgende punt aan de orde te stellen.
Er is n. 1. een bod gedaan om onderhands te huren het
perceel in de Nieuwsteeg voor zoover dat nog niet is ver
huurd en met uitzondering van een klein pakhuisje, dat
voorloopig on verhuurd zal blijven. Een en ander is aan de
leden in druk rondgedeeld, zoodat ik ons voorstel bekend
mag achten. Ik stel voor de zaak in deze vergadering te be
handelen, om het perceel zoo spoedig mogelijk vruchtbaar
voor de gemeente te maken.
Heeft niemand bezwaar tegen dadelijke behandeling?
Zonder discussie wordt daartoe bij acclamatie besloten.
De Voorzitter. Ik kan nog meedeelen, dat de opbrengst
van dat perceel nogal meevalt, hetgeen niet is verwacht. De
geheele opbrengst is nu 575.— en de aankoop was ƒ8000.—
zoodat de opbrengst van de huur de verwachting eenigszins
heeft overtroffen.
Zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming wordt
overeenkomstig het voorstel van B. en Ws. besloten.
Aan de orde is:
I. Benoeming van een lid der Commissie voor het Stedelijk
Museum.
(Zie Ing. St. n°. 270.)
De Voorzitter. Mag ik de heeren De Goeje, Van Hoeken
en Juta uitnoodigen met mij het stembureau uit te maken?
Benoemd wordt de heer Mr. J. A. F. Coebergh met 20
stemmen; 5 stemmen zijn uitgebracht op den heerC. J. Baron
Leembruggen.
II. Idem van een lid der Commissie voor de Gemeente
apotheek.
(Zie Ing. St. n». 277.)
Benoemd wordt de heer F. G. A. Ten Bosch met 24 stemmen
1 stem is uitgebracht op den heer A. E. Van Grasstek.
De Voorzitter. Ik dank de heeren voor hunne welwillende
medewerking.
III. Verzoek van W. F. Kaiser, om vrijstelling van school
geld, Hoogere Burgerschool voor Jongens.
(Zie Ing. St. n°. 269.)
Wordt zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming
gunstig op beschikt, waarbij de heer Kaiser zich buiten stem
ming houdt.
IV. Idem van H. L. A. Mathon, om terugbetaling van
schoolgeld, Lager onderwijs.
(Zie Ing. St. n°. 271.)
V. Idem als voren van Dr. J. G. H. Gunning.
(Zie Ing. St. n°. 273.)
Worden achtereenvolgens zonder discussie en zonder hoof
delijke stemming ingewilligd.
VI. Reglement van Orde voor de Kamer van Koophandel
en Fabrieken.
(Zie Ing. St. n°. 272.)
Algemeene beraadslaging wordt niet gevoerd.
De Voorzitter. De heeren weten, dat volgens het Reglement
op de Kamer van Koophandel en Fabrieken de Raad niet
direct het recht van amendement heeft; de Raad kan alleen
goed- of afkeuren.
Verlangt een der leden dat alle artikelen, een voor een, in
discussie worden gebracht, zoo niet, heeft iemand eene aan
merking te maken op een der artikelen?
Zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming wordt
daarna het reglement van orde voor de Kamer van K. en F.
goedgekeurd.
VII. Voorstel tot aanvaarding van het legaat D. Harte velt,
vermaakt aan het Stedelijk Museum in de Lakenhal.
(Zie Ing. St. n°. 274.)
De Voorzitter. Ik stel voor dit legaat te aanvaarden met
dankbare herinnering aan onzen overleden stadgenoot, den
heer D. Hartevelt, die altijd getoond heeft veel liefde te hebben
voor onze gemeente. {Applaus).
Zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming wordt het
voorstel aangenomen.
VIII. Idem tot wijziging van de Verordeuing van 25 Janu
ari 1894, regelende het onderwijs in handteekenen en de
gymnastiek.
(Zie Ing. St. n°. 275.)
De Voorzitter. B. en Ws. stellen voor de behandeling van
dit onderwerp uit te stellen, omdat hedenmorgen bij hun
college is ingekomen een schrijven van de Commissie van
Toezicht op het M. die eenige bedenkingen tegen ons voorstel
in het midden heeft te brengen. Wij meenden, dat de com
missie in deze niet behoefde te worden gehoordomdat aan
de H. B. S. maar één leeraar in het teekenen is, die dat op
dit oogenblik ook nog is en blijft. Maar wij stellen het zeer
op prijs, dat de Commissie van hare zienswijze heeft doen
blijkenen meenen daarom verplicht te zijn aan de verga
dering uitstel van behandeling te vragenopdat wij de missive
nauwkeuriger kunnen overwegen dan wij dit heden hebben*
kunnen doen.
Zonder discnssie en zonder hoofdelijke stemming wordt tot
uitstel van behandeling besloten.
IX. Verzoek van 41, J. Blom, tot het doen wegnemen van
den boom aan den Stationsweg voor perceel nö. 17.
(Zie Ing. St. n°. 276.)
Wordt zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming
toegestaan.
X. Voorwaarden voor de opneming en verpleging in het
Krankzinnigengesticht Endegeest.
(Zie Ing. St. n«. 278.)
Algemeene beraadslaging wordt niet gehouden.
Achtereenvolgens worden zonder discussie en zonder hoof
delijke stemming goedgekeurd de art. 1—9.
Beraadslaging over art. 10.
De heer Driessen. M. d. V. Waar zal het begraven plaats
hebben, in Oegstgeest of te Leiden?
De Voorzitter. Daaromtrent is nog niets bepaald. Wij
zullen ons wenden tot het Gemeentebestuur van Oegstgeest
en vragen of aldaar plaats is op de algemeene begraafplaats.
Is dat het gevaldan zal het begraven in die gemeente plaats
hebben. Want, zooals u weet, heeft Endegeest geen eigen
begraafplaats (sommige der andere gestichten hebben die
wel, andere niet), zoodat het begraven dus moet geschieden
in Oegstgeest of in Leiden. Dat is echter nog niet geregeld.
De heer Driessen. Dank u, M. d. V.
Art. 10 wordt nu zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd,
evenals daarna achtereenvolgens de art. 11—14.
Beraadslaging over art. 15, luidende: »Met goedkeuring
van den Geneesheer-Directeur kunnen de verpleegden deel
nemen aan de algemeene godsdienstoefeningendie voor Pro
testanten en Roomsch Katholieken, voor iedere gezindte af
zonderlijk op de algemeene Zon- en feestdagen zullen worden
gehouden."
De heer Kerstens. M. d. V.Ik zou u willen verzoeken eene
kleine wijziging aan te brengen in de redactie van dit art.,
daar het, zooals het nu luidt, niet voldoet aan de behoefte
der catholieke verpleegden. Deze toch zijn gehouden ook op
andere dan de algemeene Zon- en feestdagen eene godsdienst
oefening bij te wonen. Daarom wenschte ik u te verzoeken,
als u dit zoudt kunnen goedvindende woorden »de algemeene"
uit den voorlaatsten regel weg te laten. Er zal dan alleen staan:
»op Zon- en feestdagen", welke redactie ik geloof dat voor
alle gezindten zal voldoen.
De Voorzitter. De heer Kerstens heeft de beleefdheid gehad
mij reeds daareven mee te deelen, dat hij van plan was dit
voor te stellen; maar mijne medeleden der Commissie voor
het krankzinnigengesticht heb ik daarover niet kunnen spreken.
Wat de heer Kerstens wenscht en wat in de vorige vergade
ring reeds besproken is, wenscht de Commissie natuurlijk
ookn. 1. dat de verpleegden van iedere gezindte de godsdienst
oefening bijwonen op de dagenwelke de verschillende ge
zindten daarvoor bestemmen.
Mag ik uit het stilzwijgen van de leden van die Commissie