GEMEENTERAAD VAN LEIDEN. 41 ISGEKOKEU STUKKEBT. N°. 131. Leiden, 6 Juni 1890. De Commissie van Financiën heelt geene bedenkingen tegen den door het Bestuur der Stedelijke Werkinrichting inge- dienden staat van af- en overschrijving en den suppletoiren staat van begrooting beide voor den dienst van 1895. Zij stelt IJ voor beide staten goed te keuren. Aan den Gemeenteraad. De Comm. van Financiën. NE 133. Leiden, 6 Juni 1896. De Commissie van Financiën heeft geene bedenkingen tegen de Rekening en Verantwoording van de Commissarissen der' Stads Bank van Leening over het- jaar 1895, blijkens welke de exploitatie gedurende dat jaar een nadeelig saldo van 594,16 heeft opgeleverd. Zij stelt U voor die rekening goed te keuren. Aan den Gemeenteraad. De Comm. van Financiën. NE 133. Leiden, 6 Juni 1896. Het onderzoek der rekening van Inkomsten en Uitgaven van het Geref. Minne- of Arme Oude Mannen- en Vrouwen huis over het jaar 1895, heeft de Commissie van Financiën tot geene bedenkingen aanleiding gegeven. Zij stelt U voor die rekening goed te keurenin ontvangst ad ƒ11739,745 in uitgaaf ad ƒ10720,57, sluitende met een batig saldo van ƒ1019,175. Aan den Gemeenteraad. De Comm. van Financiën. N°. 134. Leiden, 9 Juni 1896. De Commissie van Financiën heeft de eer U te berichten, dat zij de rekening der Stedelijke Gasfabriek over 1895 heeft onderzocht. Dit onderzoek heeft, haar tot geene bedenkingen aanleiding gegevenzoodat zij 1J voorstelt de rekening goed te keuren Wat de Exploitatie rekening betreft, in ontvangst op ƒ373645.365 en in uitgaaf op ƒ358927.205, met een batig saldo van ƒ14718.16. Wat de rekening van het Uitbreidings- en Vernieuwings fonds betreft,in ontvangst op ƒ20979.625,in uitgaaf op ƒ9517.225, met een batig saldo van 11462.40. Beide saldo's in de eerstvolgende rekening te verantwoorden. Blijkens de winst- en verliesrekening bedraagt de in de gemeentekas te storten winst 75119.31. Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiën. No. 135. Leiden, 5 Juni 1896. Wij hebben de eer U hierbij over te leggen een lijst van aangeslagenen op het kohier der plaatselijke directe belasting van 1895, die in den loop van dat jaar overleden zijn of de gemeente hebben verlaten. Wij stellen U voor op de betrekkelijke aanslagen afschrij ving te verleenen tot de bedragen, opgenomen in kolom 11 van die lijst. Tevens voegen wij hierbij een staat, vermeldende eene recti ficatie op een aanslag van het primitieve kohier van het jaar 1895, benevens een tweetal aangeslagenen op het suppletoir kohier van 1895, welke later bleken reeds op bet primitieve kohier voor te komen en derhalve kunnen worden geroieerd. Aan den Gemeenteraad. Burg. ën Weth. van Leiden. N°. 136. Leiden, 6 Juni 1896 De Commissie van Financiën heeft de eer Uwe vergadering mede te deelen, dat zij geene bedenkingen heeft tegen de voorstellen van Burgemeester en Wethouders (lng. Stukken n°. 125 en 130) tot afstand in eigendom aan het Roomsch Kath. Kerkbestuur van O. L. Vrouwe Onbevlekte Ontvangenis, van een strookje gemeentegrond aan de Zuid Westzijde van de Mare en Spijkerboorsteeg, en tot afstand in eigendom van een strook gronds aan de Haarlemmertrekvaart aan E. B. Van den Berg te Noordwijkerhout. Zij stelt U derhalve voor dien overeenkomstig te besluiten onder de in de rapporten nader omschreven voorwaarden. Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiën. No, 137. Leiden, 8 Juni 1896. Naar aanleiding van nevensgaand verzoek van W. A. Ouds hoorn, hebben wij de eer U mede te deelen dat Cornelis Bouterse de Iloogere Burgerschool voor Jongens en de stad wegens gezondheidsredenen heelt verlaten. Wij geven Uwe Vergadering mitsdien in overweging aan adressaiTt vrijstelling of terugbetaling te verleenen van school geld voor zijn aanbehuwd zoon C. Bouterse, vroeger leerling der Iloogere Burgerschool voor Jongens, over het laatste kwartaal van den cursus 1895/96. Aan den Gemeenteraad. Burg en Weth. van Leiden. Aan de EdelAchtbare Heeren, Leden van den Gemeenteraad te Leiden. Met verschuldigden eerbied verzoekt de ondergeteekende ontheven te worden van betaling der schoolgelden van af 1 Juni 11. voor zijn aanbehuwd zoon Cornelis Bouterse, leer ling der H. B. S 2e klasse, die weer eenige dagen wegens ongesteldheid zijne lessen niet heeft kunnen waarnemen en naar Apeldoorn zal terugkeeren. Hoogachtend W. A. OunsHOORN. NE 138. Leiden, 8 Juni 1896. De Commissie van Financiën heeft geene bedenkingen tegen de door de Plaatselijke Schoolcommissie ingediende Rekening en Verantwoording over het jaar 1896. Zij adviseert U die goed te keuren, in ontvangst ad f 130.—, in uitgaaf ad 109.98, met een batig saldo van 20.02. Aan den Gemeenteraad. De Comm. van Financiën. N°. 131). Leiden, den 9 Juni 1896. De Commissie van Financiën heeft de eer Uwe Vergadering mede te deelen dat zij geene bedenkingen heeft tegen het voorstel van Burgemeester en Wethouders, dd. 1 Juni j.l. (lng. Stukken n°. 124) tot verhooging van eenige uitgaafposten, waarvan de raming niet voldoende is gebleken voor de nood zakelijke uitgaven tot een bedrag van ƒ15199.24, welk bedrag geheel kan worden gevonden uit de hoogere winst van de Gasfabriek ten bedrage van ƒ19048.31. Zij stelt U derhalve voor den overgelegden suppletoiren staat van begrooting, dienst 1895, vast te stellen. Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financiën. Te Leiden ter Boekdrukkerij van J. J. Groen Zoon. V

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1896 | | pagina 1