GEMEENTERAAD VAN LEIDEN.
29
No. 86.
INGEKOMEN STUKKEN.
loeiden, 28 April 1896.
Naar aanleiding van nevensgaand verzoek van J. M. Van
Houten, hebben wij de eer U mede te deelen dat de dochter
van adressant, S. M. Van Houten, op 27 April j 1. de Hoogere
Burgerschool voor Meisjes heeft verlaten wegens vertrek naar
elders.
Wij geven Uwe Vergadering mitsdien in overweging aan
adressant vrijstelling of terugbetaling van schoolgeld te ver-
leenen voor zijne dochter, vroeger leerling der Hoogere Bur
gerschool voor Meisjes, over het, laatste kwartaal van den
cursus 1895/96.
Aan den Gemeenteraad.
Burg. en Weth. van Leiden.
Aan den EdelAchtbaren Raad der Gemeente Leiden.
Geeft met verschuldigden eerbied te kennen, de onderge-
teekende, Joan Marius Van Houten, dat zijn gezin vóór 1
Mei a. s. de stad metterwoon gaat verlaten, en verzoekt
mitsdien beleefd ontheffing van schoolgeld voor zijne dochter
Sara Maria, leerlinge der Hoogere Burgerschool voor meisjes,
over het laatste kwartaal.
't welk doende
Leiden, 24 April 1896. J. M. van Houten.
N°. 87.
LICHTSTERKTE.
Resultaten der waarnemingen aan de Gasfabriek te Leiden van
12—18 April 1896.
Gesuddelde Eng. Standkaarsen
1
April.
12
6-8
7
16.8
2
13
6-7.45
8
16.6
3
14
6-8
7
16.8
4
15
6-8
8
16.8
5
16
6-7.45
7
16.4
6
17
6-8
8
16.6
7
18
6-8
8
16.8
No. 88.
Leiden, den 30sten April 1896.
Ter bestrijding der kosten benoodigd voor de voorloopige
maatregelen in verband met de oprichting van een krankzin
nigengesticht werd door Uwe vergadering ten vorigen jare
een crediet verleend van ƒ4000.
Van deze sorn is voor het dienstjaar 1895 beschikt over
een bedrag van 2757,09'.
Het komt ons wenschelijk voor het saldo van den betrek-
kelijken begrootingspost ad. ƒ1242.905 over te brengen op
den dienst 1896, en wij hebben mitsdien de eer U hiernevens ter
vaststelling aan te bieden een suppletoiren staat van begroo
ting, dienst 1896, waarbij onder volgm la in ontvang wordt ge
bracht het restant van de toegestane 4000zijnde ƒ1242,905
begrepen in het saldo van den dienst 1895 en gelijk bedrag
in uitgaaf onder volgm' 150a »Kosten van op- en inrichting
van een krankzinnigengesticht".
Aan den Gemeenteraad.
Burgemeester en
Wethouders van Leiden.
N°. 89. Leiden, 30 April 1896.
Naar aanleiding van nevensgaand verzoek van J. H. Jansen,
geven wij Uwe Vergadering in overweging aan adressant,
wegens vertrek uit de gemeente, terugbetaling te verleenen
van schoolgeld voor zijne dochter, leerlinge van de Leerschool,
over de maanden Mei en Juni, tot een bedrag van 2.66.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van loeiden.
Aan de EdelAchtbare Heeren Burgemeester en
Wethouders der Gemeente Leiden.
EdelAchtbare Heeren.
Wegens vertrek naar elders verzoekt ondergeteekende
U EdelAchtbare Heeren, terugbetaling van het schoolgeld voor
twee derde gedeelten, van het kwartaal loopende over de
maanden April, Mei en Juni. Dit' schoolgeld is betaald voor
zijn dochtertje Catharina Carolina Jansen, wonende Oude
Singel 40 te Leiden, voor het bezoeken der School 2® klasse
van den WelEdel. Heer v. Dijk, aan de Oude Vest alhier.
Leiden, April 1896. Van UEdelAchtbare Heeren de
onderdanige dienaar.
Oude Singel 40. J. H. Jansen.
N°. 90. Leiden, 30 April 1896.
Wij hebben de eer U in overweging te geven om Dr. H.
Treub, ingevolge diens verzoek wegens vertrek uit de ge
meente, eervol ontslag te verleenen als lid van de Commissie
van de Bewaarscholen, onder dankbetuiging voor de vele in
deze betrekking aan de gemeente bewezen diensten.
Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 91. Leiden, 30 April 1896.
Na ingewonnen advies van den Stads Vroedmeester geven
wij Uwe Vergadering in overweging, Mej. W. Rolloos wederom
voor den tijd van drie jaren in hare betrekking van stads
vroedvrouw te continuëeren.
Aan den Gemeenteraad.
Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 92.
Leiden, 30 April 1896.
Wij hebben de eer U mede te deelen, dat, nadat het on
langs van de erven Van de Pavord Smits aangekocht perceel
Nieuwsteeg n°. 10 te huur was aangeboden, een gegadigde
zich heeft aangemeld voor het benedenhuis, met een aanbod
dat ons aannemelijk voorkomt.
Wij geven Uwe vergadering mitsdien in overweging het
benedenhuis van perceel n°. 10 Nieuwsteeg te verhuren aan
J. J. Spanjersberg, cartonnier alhier, wonende thans Lange
Raamsteeg n°. 1, voor een huursom van ƒ225 per jaar voor
den tijd van een jaar en elf en een halve maand, ingaande
'15 Mei 1896, onder bepaling dat de huursom in vier ter
mijnen elk van 56,25, bij vooruitbetaling moet worden vol
daan, de eerste termijn loopende van 15 Mei tot en met uit.
Juli tot een bedrag van 46,87' en dat de gemeente be
voegd is de huur ook vóór den afloop van den huurtijd te
doen eindigen, mits daarvan minstens zes maanden te voren
aan den huurder schriftelijk kennis wordt gegeven, en
verder onder de gewone gebruikelijke voorwaarden.
Aan den Gemeenteraad.
Burg. en Weth. van Leiden.
N°. 93. Leiden, 30 April 1896.
Ten gevolge van het overlijden van de heeren P. De Haas,
in leven Hoofdambtenaar ter Secretarie, en P. De Vries, in
leven eerste ambtenaar ten kantore van den Gemeente
ontvanger, is het noodig geworden eenige wijziging te brengen
in de regeling der jaarwedden van de ambtenaren op de
verschillende kantoren, terwijl tot eene verplaatsing van
enkele ambtenaren zal worden overgegaan.
Thans zijn op de begrooting de volgende jaarwedden uit
getrokken als:
voor een ambtenaar2000
1700
1600
1300
1000
900
700
700
700
terwijl bovendien een bedrag van ƒ1500 voor de aanstelling
van een Commies-Redacteur ter secretarie is toegestaan, te
zamen 12100.
Ten kantore van den Gemeente-Ontvanger:
voor een ambtenaar1200
'1000
400
Te zamen 2600
Totaal 14700.
Verder worden eenige vaste emolumenten genoten. Zoo ge
nieten de beambten ten kantore van den Gemeente-Ontvan
ger voor de vervolging ter zake de plaatselijke directe be
lasting te zamen een bedrag van ongeveer 600 per jaar,
hetwelk, voor zoover het niet invorderbaar is van de belas
tingschuldigen, uit de gemeentekas wordt voldaan.
Voor de werkzaamheden in verband met het opmaken van
de Kohieren der Plaatselijke Directe Belasting wordt aan den
Eersten Beambte ten kantore van den gemeente ontvanger
uitbetaald 300, aan den Hoofdambtenaar ter Reken-
N°.
DATUM.
UUR.
AANTAL.