GEMEENTERAAD VAN LEIDEN. 83 INGEKOMEN STEKKEN. LICHTSTERKTE. Resultaten der waarnemingen aan de Gasfabriek te Leiden ran 34 November 4895. N°. Datum. Uur. Aantal. Gemiddelde Eng. Standkaarsen 1 2 3 4 5 6 7 Nov. 3 4 5 6 7 8 9 5.30—7.30 5.30—7.15 5.30—7.30 530—7.30 5.30—7.15 5.30—7.30 5.30—7.30 7 8 7 8 7 8 8 46.8 46.6 46.6 46.4 46.6 46.6 46.8 297. Leiden, 13 November 1895. Onder overlegging van de tweede lijst van reclames tegen het kohier der plaatselijke directe belasting van 1895, hebben wij de eer U voor te stellen overeenkomstig ons advies, opgenomen in kolom 9 van die lijst o/ te wijzen de reclames van: G. R. Van Alphen (No. 122) \V. Galkboven (No. 446) E. L. Drukker (No. 136) H. Van Es (No. 404) J. Fakkel (No. 145) W. F. Filippo (No. 142) J. Fontein (No. 130) E. H. Haarlem (No. 148) A. Harteveld (No. 117) W. Van Houten (No. 403) J. Van Kampenhout (No. 120) J. Korpershoek (No. 437) H. Larewjjn (No. 441) J. Van Leeuwen (No. 143) K. F. W. Van Luyken (No. 114) P. Nieuwenburg (No. 147) C. J. Noll (No. 440) C. Plu (No. 419) J. Prins (No. 428) A. Van Riet (No. 131) A. Van Rooyen (No. 143) J. Sjardyn (No. 129) H. J. Sloots (No. 115) A. M. Soet (No. 134) F. P. J. Trel (No. 450) W. Van Ulden (No. 444) W. J. D. Vos (No. 106) K. Wallaard (No. 410) T. J. W. Willemsen (No. 109) E. J. Wjjntjes (No. 125) te verminderen de aanslagen van: P. Van Berkel (No. 124) met f M. Blankenstein (No. 112) A. Van der Bljj (No. 135) A. S. P. Brouwer (No. 439) L. Brugman (No. 438) J. Van der Burg (No. 148) C. S. Van der Klugt (No. 123) D. Van Nassau (No. 426) E. J. Schoondergang (No. 449) D. Siljee (No. 444) J. H. Teske (No. 427) C. A. Van Veen (No. 101) N. P. Visser (No. 421) en te rooieeren de aanslagen van: H. N. Kuiters (No. 152) J. Plu (No. 105) C. J. Rijke (No. 132) H. J. Zaalberg (No. 151) Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N*. 37§. Leiden, 44 November 4895. Door Jacoba Maria Plalteel, echtgenoote van Fokke Oedses De Vries alhier wordt om de daarbjj vermelde redenen verzocht toestemming te verleenen tot doorhaling van de hypothecaire inschrijving geves- tigd op de perceelen gemeente Leiderdorp kadaster Sectie A n 1037 en 4524, welke hypotheek op genoemde perceelen is gevestigd krach tens akte den 9en April 4894 ten overstaan van Mr. J. A. F. Coebergh. Notaris alhier verleden, ingevolge Raadsbesluit van 28 December 1893 tot nakoming der verplichtingen voortvloeiende uit het contract van verpachting van het reinhouden der gemeente. Het komt ons voor dat er geen bezwaar bestaat op het verzoek gunstig te beschikken, en wel op grond dat blijkens het bij de stukken gevoegd borderel van inschrijving tot zekerheid van een bedrag van 40000 hetwelk naar aanleiding van art. 44 der overeenkomst door de heeren Van Ulden als hoofdelijke contractanten met de gemeente Leiden blijkens voormelde akte aangegaan, zal kunnen verschuldigd zijn, de bypothekair verbonden vaste goederen, eene voldoende waarde vertegenwoordigen ook wanneer de bovengenoemde perceelen van het bypothekair verband worden ontheven. Nog zij in verband met de plaats gehad hebbende ruiling en recti ficatie van de kadastrale te naamstelling der in het adres vermelde perceelen in het contract het volgende is bepaald: Ten aanzien van het door de pachters aangeboden terrein in de Waard gemeente Leiderdorp, kadastraal bekend Sectie A n 4024 dat in gebruik is bij de pachters doch slaat ten name van Jacoba Maria Platteel, eerder weduwe van Pieter Kooreman, thans echtgenoote van 2.25 43.50 4.50 4.50 14.10 6.75 3.— 6.— 10.35 47.25 2430 43.50 4.50 Fokke Oedses De Vries en ten aanzien van de terreinen in de Waard, gemeente Leiderdorp, kadastraal bekend Sectie A n". 1037 en 1524, die in gebruik zijn bij genoemden Fokke Oedses De Vries, doeh staan ten name van Petrus Van Ulden, wordt overeengekomen dat de pachters zich verbinden één van die beide, alzoo óf perceel 1021 óf de perceelen 1037 en 1524 bij de overdracht der bovengenoemde eigendommen aan de gemeente Leiden, zoowel feitelijk of welteljjk te° leveren hetgeen begrepen is in de in het contract genoemde som van f 20000. In geval alzoo de gemeente te eeniger tijd gedurende den loop van het pachtcontract mocht besluiten de in het contract vermelde eigen dommen voor hel bovengenoemd bedrag van 20000 over te nemen, zal door de pachters ook moeten worden overgedragen het perceel n'. 4021 dal thans is geplaatst ten name van Petrus Van Ulden. W(j geven Uwe Vergadering op grond van een en ander in over weging machtiging te verleenen tot doorhaling der hypothekaire inschrijving gevestigd op de perceelen gemeente Leiderdorp, kadaster Sectie A nummers 1037 en 1524, te zamen groot 8 aren 60 centiaren, thans staande ten name van Jacoba Maria Platteel, echtgenoote van Fokke Oedses De Vries. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth van Leiden. Aan den Raad der gemeente Leiden. Geeft eerbiedig te kennen: Jacoba Maria Plalteel, eerder weduwe van Pieter Kooreman, thans echtgenoote van en ten deze bijgestaan door Fokke Oedses De Vries, particulier wonende te Leiden; dat blijkens akte op den 9 April 4894 voor den te Leiden residee- renden Notaris Mr. Joannes Adrianus Franciscus Coebergh verleden de heer Burgemeester van Leiden namens de gemeente Leiden aan de heeren Johannes Van Ulden en Petrus Van Ulden heeft verpacht het reinhouden der gemeente Leiden. dat de heer Petrus Van Ulden bij gezegde akte ten behoeve van de gemeente Leiden, ter voldoening aan het bepaalde in artikel 44 laatste alinea der voorwaarden van verpachting hypotheek heelt ver leend onder anderen op eene staalstede en water in de Waard onder de gemeente Leiderdorp, kadaster Sectie A, uommers 1037 en 1524 te zamen groot 8 aren, 60 centiaren, welk verband is ingeschreven ten kantore van hypotheken te Leiden den 47 April daaraanvolgende in deel 411, nommer 41; dat gezegde staalstede wel is waar heeft gestaan ten name van Petrus Van Ulden, doch sedert vele jaren in gebruik is geweest bjj de adressante, terwijl eene andere staalstede en water onder de ge meente Leiderdorp kadaster Sectie A, nommers 4021 en 1284 te zamen groot 12 aren 20 centiaren heeft gestaan ten name van de adressante, doch sedert vele jaren in gebruik is geweest bij Petrus Van Ulden; dat hier eene vergissing moet hebben plaats gehad ten aanzien van de vermelding der kadastrale nommers vermits de gebruikers der gezegde staalsteden zich steeds als eigenaars daarvan hebben beschouwd. dat ten einde de vermelding bij het kadaster in overeenstemming te brengen met de werkelijkheid er eene ruiling van de voormelde kadastrale nommers heeft plaats gehad, tengevolge waarvan nu de nommers 4021 en 1284 staan ten name van Petrus Van Ulden, en de nommers 1037 en 1524 ten name van de adressanle; dat echter gezegde nommers 4037 en 1524 belast zijn met voor melde hypothecaire inschrijving; dat adressante zeer gaarne zag dat voormelde inschrijving voor zooveel gezegde perceelen betreft werd doorgehaald, wat voor de gemeente van weinig belang is vermits die perceelen eene zeer ge ringe waarde vertegenwoordigen (ongeveer twee honderd gulden) terwijl de inschrijving ook op diverse andere perceelen genomen is en veertig duizend gulden bedraagt, terwijl bovendien voormelde per ceelen wel stonden ten name van Petrus Van Ulden, maar lcilelijk toebehoorden aan de adressante, zoodat de doorhaling der inschrijving eene daad van billijkheid zoude zjjn: en dat de adressante alzoo de vrijheid neemt UEA eerbiedig te verzoeken toestemming te willen verleenen tol doorhaling der voor melde inschrijving voor zooveel betreft de perceelen gemeente Lei derdorp, kadaster Sectie A, nommers 1037 en 1524, te zamen groot 8 aren, 60 centiaren. 't Welk doende etc., Leiden, 22 October 1895. J- M. Platteel. F. O. De Vries. N'. 379. Leiden, 15 November 1895. W(j hebben de eer U mede te deelen, dat, vermits door ons College vermoed werd dat de bewoning van de perceelen 5 en 16 in de Slagerspoort en van de perceelen 7, 8 en 11 iii de Daniëlspoort, nadeelig is voor de openbare gezondheid, wij, op grond van art. 1 der Verordening van 5 April 1894, Gem.blad n'. 2 van dat jaar, een onderzoek dienaangaande hebben opgedrageu aan eene Commissie samengesteld als in art. 4 der Verordening bovengenoemd is aange wezen. Blijkens het door die Commissie uitgebracht rapport is zij van oordeel dat de genoemde perceelen in bovenbedoelde poorten verbe teringen behoeven. Wjj hebben het door de Commissie opgemaakt proces-verbaal aan de eigenaren der perceelen ter kennis gebracht, die hunne bezwaren binnen den in art. 4 der aangehaalde Verorde ning bepaalden termijn van 14 dagen schriftelijk hebben kunnen inbrengen. Vermits gcene bezwaren zjjn ingebracht en geene der bevolen ver beteringen zijn tot stand gekomen, geven wij Uwe Vergadering, onder aanbieding van alle betrekkelijke stukken, ingevolge art. 7 der Ver ordening in overweging eene Commissie van 3 Raadsleden te benoe men, met uitnoodiging de zaak te onderzoeken en omtrent bare be vindingen een rnet redenen omkleed verslag aan den Raad in te dienen en hare conclusie in een concept-Raadsbesluit samen te vallen. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Te Leiden ter Boekdrukkerij van Gebroeders Muré, m.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1895 | | pagina 1