55 N'. 201. Blijkens den hierbij INGEKOMEN STUKKEN. Leiden, 18 Juli 1895. overgelegden staat van de verzekerde eigen- a*. 20s. LICHTSTERKTE. Resultaten der waarnemingen aan de Gasfabriek te Leiden van 15—21 Juli 1895. domuien der gemeente vervallen met 1 Januari 1896 de verzekerin gen bij beurspolis gesloten door tusschenkoinst van de Makelaar* in assurantiën te Amsterdam, de firma Marinkelle en Co. Het totaal dezer verzekering bedroeg: onroerend 1.837.000, roerend 314331.75, totaal 2.151331.75, waarvan is vervallen tengevolge van verkoop of afbraak, 26900 voor gebouwen en 2000 voor meubi lair, zoodat op dit oogenblik de waarde van het verzekerde bedraagt 2.122431.75. De premie van verzekering is bepaald op 0.92 per mille. In verband met den aanstaanden afloop van den termijn der bo venbedoelde verzekeringen zijn van wcgc de Compagnie anonyme d'assurances contre l'incendie l'Dnion gevestigd te Parijs, aan ons Col lege aanbiedingen gedaan, die in vele opzichten aannemelijk waren, terwijl genoemde Maatschappij, blijkens verschillende ingewonnen in- formatien als zeer soliede bekend staat. Met het oog evenwel op het Raadsbesluit van 5 Juli 1883 waarbij werd bepaald dat de destijds vrij vallende eigendommen der gemeente zullen worden verzekerd bij beurspolis bij al de door de Nederland- landsche Handelsmaatschappij toegelaten assuradeurs voor zoover die in Nederland gevestigd zyn, hebben wij over eene verlenging van de loopende assurantiën met de HH. Marinkelle en Co. nadere onder handelingen aangeknoopt, welke onderhandelingen, naar het ons al thans voorkomt, geleid hebben tot een zeer bevredigend resultaat. De HH. Marinkelle en Co. namelijk hebben de noodige voorloopige schikkingen getroffen ten einde de eigendommen der gemeente bij soliede Maatschappen bij beurspolis geheel op de tegenwoordig be staande voorwaarden te verzekeren tegen de navolgende premiën, als: 0.40 %0 per jaar voor steenen gebouwen, 0.75 °/00 voor meubelen en gereedschappen daarin, 0.60 °/00 voor torens en 1 o/o0 voor houten gebouwen en daarin geborgen meubelen en gereedschappen en zulks gedurende zes jaren met jaarlijksche premiebetaling. De verzekering wordt als volgt percentsgewijs verdeeld, als: 410 pCt. bij de Hollandsche Brandassurantie-Societeit. 2'. 5 pCt. bij de Brandgevaar-Maatschappij. 3*. 10 pCt. bij de Nederlandsche Lloyd. 4°. 5 pCt. by de Oost-Indische Zee- en Brand-Assurantie-Maatschappij. 5*. bij de Tweede Nederlandsch-Indische Zee- en Brand-Assuranlie- Maatschappij. 6'. bij de Samarangsche idem. 7'. by de Tweede Samarangsche idem. 8®. bij de Javasche idem. 9*. bij de Bataviasche idem, te samen 20 pCt. 10®. 35 pCt. bij de Hamburg-Breraer Feur Vcrsicherungs Gesellschaft. 11®. 10 pCt. bij de Brandassurantie-Maatschappij La France te Parijs, en 12°. 5 pCt. by de Feur Versicherungs Gesellschaft »Rheinland". De negen eerste Maatschappijen zijn toegelaten op de polissen der Nederlandsche Handels-Maatschappij. De vier eerste zyn gevestigd hier te lande: de n®. 5, 6, 7, 8 en 9 hebben haar hoofdzetel op Java, terwijl volgens nader bericht van de HH. Marinkelle en Co. door de Nederlandsche Handels-Maatschappij werd bevestigd dat de onder n'. 10, 11 en 12 genoemde Maatschap pijen bij haar gunstig bekend staan en deze Maatschappijen behooren tot die buitenlandsche welke bij voorkomen van buitengewoon groote posten op hare polissen worden toegelaten. Het komt ons voor dat eene assurantie op beurspolis op de voor gestelde conditiën de voorkeur verdient boven de assurantie van alle eigendommen bij eene buitenlandsche Maatschappij, al moge deze dan ook als soliede bekend staan. Wij meenen evenwel niet gerechtigd te zijn, zonder nadere mach tiging van den Gemeenteraad tot de verlenging van de bovenbedoelde verzekering over te gaan op grond van het bovenaangehaald Raads besluit van 5 Juli 1883 waarbij is bepaald dat de verzekering zal ge schieden by beurspolis bij al de door de Nederlandsche Handelmaat schappij toegelaten assuradeurs voor zoover die in Nederland gevestigd zijn, terwijl er, onzes inziens, alleszins termen hestaan om in dit geval af te wijken van genoemd besluit voor zoover betreft de bepaling dat de assuradeurs in Nederland moeten gevestigd zijn. Wij geven Uwe Vergadering op grond van een en ander in over weging te besluiten dat de vrijvallende eigendommen der gemeente met ingang van 1 Januari 1896 worden verzekerd bij beurspolis door tusschenkomst van de heeren Marinkelle en C®., makelaars in assu rantiën te Amsterdam op de bovenmedegedcelde conditiën. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N° N®. 202. LICHTSTERKTE. Resultaten der waarnemingen aan de Gasfabriek te Leiden van 814 Juli 1895. N* Datum. Uur. Aantal. Gemiddelde Eng. Standkaarsen 7 8 7 8 7 8 8 16.8 16.6 16.8 16.8 16.4 16.6 16.6 N®. 204. Leiden, 31 Juli 1895. In aansluiting aan ons rapport van den 31en Juli (Ingek. St. n*. 198), waarbij de rekening van de inkomsten en uitgaven der gemeente over 1894 aan Uwe Vergadering werd overgelegd, hebben wij de eer U tot toelichting op die rekening alsnog het volgende mede te deelen. Volgens de oorspronkelijke begrooting zouden de ontvangen van dat dienstjaar bedragen de som van 816266. Bij Raadsbesluiten van 28 Juni, 23 Augustus en 29 November 1894 werd deze som evenwel verhoogd met ƒ24000, 21181.72s, 3045.05®, ƒ661 en 8448, te zamen alzoo met ƒ57335.78, en gebracht op ƒ873601.78. De rekening wijst echter eene werkelijke ontvangst aan van 831859.34. Deze mindere ontvangst van ƒ41742.44 wordt in hoofd zaak verklaard doordien, tengevolge van de nieuwe verordening op de bruggeldheffing, 3793.57 minder is opgebracht; door dien de rente van kapitalen (Volgn. 27 der rekening) 1591.05' beneden de raming is gebleven als gevolg van de latere opneming der 24000 door de Gasfabriek voor de telescopeering van den Gashouder en vermits de exploitatie der Bank van Leening in plaats van de geraamde 850 rente, een verlies van ƒ442.19® opleverde; verder door de lagere winst der Gasfabriek ad 1121.67, door het gemis van ontvangsten wegens het baggeren in de gemeentewateren ad ƒ2195.00, de pacht van haardasch ad 3068 als gevolg van het nieuwe pachtcontract in zake het reinhouden der gemeente; doordien 40000 minder be hoefde te worden opgenomen als kasgeld en eindelijk op grond dat de geraamde ƒ24661 als geldleening ter voorziening in de buitenge wone werken (telescopeering gashouder en aankoop huisje Sionsteeg) niet behoefden te worden opgenomen, aangezien er voldoende kapitaal aanwezig was, afkomstig van verkochte eigendommen en nog niet gedanen aankoop van inschrijving. Tegenover deze mindere ontvangsten staan weer meerdere ontvang sten op andere posten welke de lagere ontvangst tot het bovenge melde cijfer van 41742.44 terugbrachten. Het zijn in hoofdzaak de navolgende: 1284.95 als pi. dir. bel. bij suppletoire kohieren ge heven, ƒ1202.75® op de wik-, weeg-, meet- en keurloonen, ƒ1007.45 op de banken en staanplaatsen op markten e. d.; 7898.40 op de '"«andere ontvangsten" (Voign. 40 der rekening), waarop nl. 8000 als teruggegeven kapitaal in de Bank van Leening is geboekt; ƒ2250 818 hoogere winst ia de Duinwaterleiding en 19966.45® als opbrengst van verkochte gemeente-eigendommen. Wat de uitgaven betreft, deze waren oorspronkelijk, evenals de ontvangsten, uitgetrokken op 816266 en werden by dezelfde Raads besluiten als deze, met 57335.78 verhoogd en alzoo gebracht op ƒ873601.78. De werkelijke uitgaaf bedroeg echter 779794.09' dus 93807.68® minder dan geraamd was. Ook hiervan is mindere uitgaaf aan de eene, en meerdere uitgaaf aan de andere zijde, de oorzaak, de eerste tot een totaalbedrag van 123336.97®, de laatste ad 29529.29, Onder de mindere uitgaven dan geraamd was komen als hoofdposten voor: op Volgn. 159 40000 als minder afgeloste geldleening ter voorziening in de behoefte aan kasgeld, in verband met de mindere ontvangsten voor hetzelfde doel en "tot 'hetzelfde bedrag (Volgn. 49) en ƒ41063.72* op Volgn. 172 als niet gedane aankoop van inschrijving. De overschotten op andere posten bedroegen 42273.25, waaronder evenwel op de Onvoorziene Uitgaven 21601.04 welke som is gebezigd tot verhooging van andere uitgaafposten evenals dit het geval is met de van de posten «Onder houd van straten" en «Onderhoud van havens, vaarten enz." afge schreven bedragen van 6800 en 2679. De meerdere uitgaven zyn uit den aard der zaak alle door af- en overschrijving bij verschillende Raadsbesluiten gedekt. In hoofdzaak noemen wij 2303.53® meerdere bezoldiging en kleeding voor de baugwachters in verband met de nieuwe bruggendienst voor de groote vaart; 1114.03 op het onderhoud van wegen en voetpaden, voor de vernieuwing der driegatenbrug, ƒ3915.34' op'het onderhoud der huizen bij verschillende Raadsbesluiten en voor velerlei doeleinden; 1035.15 voor de klceding en wapening der politie, 2809.28' als gevolg van de nieuwe regeling van de bezoldigingen der onderwijzers, 1204.75 wegens hoogere verplegingskosten in het Ziekenhuis, 1319.45 voor kosten in zake het geding Ca de Duinwatermaatschappij, ƒ2300 wegens uitkeering aan de pachters van het reinhouden der gemeente. Hebben wij in hoofdzaak gezien wat aanleiding heeft gegeven tot de belangrijke verschillen tusschen de cijfers der begrooting en die der rekening, thans willen wij die verschillen post voor post nagaan om, zoodoende, tevens te constateeren dat de rekening goed is op gemaakt. Beginnende met de ontvangsten, zien wij dat minder is ontvangen dan geraamd was: op Volgn. 4. 50 opcenten op de hoofdsom der belasting op het personeelf 144.71' Datum. Uur. Aantal. Gemiddelde Eng. Standkaarsen. 1 Juli 1 8.9.30 7 16.8 2 0 16 8.9.45 8 16.6 3 0 17 8.9.45 7 16.8 4 0 18 8.9.30 8 16.4 5 19 8.9.45 7 16.6 6 0 20 8.9.45 8 16.8 7 0 21 8.9.45 8 16.8 4 Juli 8 8.9.30 2 0 9 8.9.45 3 0 10 8.9.45 4 0 11 8.9.30 5 0 12 8.9.45 6 0 13 8.9.45 7 0 14 8.9.45

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1895 | | pagina 1