C. Winkler Prins. 46 N®. 161. Leiden, 14 Juni 1895. Ook bij ons College bestaat er geene bedenking tegen de inwilli ging van het verzoek van den lieer C. Winkler Prins, om ontslag uit de betrekking van stads-genees- en heelkundige, zoodat wij Uwe Vergadering in overweging geven het gevraagd ontslag eervol te verleenen met ingang van 1 Juli a. s. De betrekkelijke stukken worden U bij deze overgelegd. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Aan Edel-Achtb. HH. Burg. en Weth. van Leiden. Daar ik de stad Leiden met der woon ga verlaten, geef ik U hiermede te kennen, dat ik tegen den Isten Juli aanstaande uit mijne betrekking als stads-genees- en heelkundige wensch te worden ontslagen. Met verschuldigden eerbied, Leiden, 9 Mei 1895. Uw, Dw. Dr., Aan Burg. en Weth. van Leiden. Edel-Achtbare Heeren. Het College van stads-genees- en heelkundigen heeft de eer, op UEd.-Achtb. verzoek om advies omtrent het adres van den heer C. Winkler Prins, arts, houdende verzoek om ontslag als stads-gences- en heelkundige, met ingang van 4 Juli a. s. mede te deelen, dat bij hen geen bezwaar bestaat het gevraagde ontslag eervol te verleenen. Namens het College van Stads-Genees- en heelkundigen, Leiden, 10 Juni 4895. Van Voorthuysen, Voorzitter. J. M. W. Kramer, Secretaris. N'. 162. Leiden, 13 Juli 1895. De Commissie van Financien heeft geene bedenkingen tegen de voordracht van Burg. en Weth. tot het verleenen van eene toelage aan den Secretaris van het College van Zetters ad f 100 en adviseert U den daarbij overgelegden staat van af- en overschrijving op den dienst van 4895 vast te stellen. Aan den Gemeenteraad. De Commissie van Financien. N*. 163. Leiden, 20 Juni 4895. In verband met het door C. Winkler Prins aangevraagd ontslag als stads genees- en heelkundige heeft de stads genees- en heel kundige Dr. J. M. W. Kramer, thans alleen belast met de genees kundige armenpractijk, verzocht dat hem ook de heelkundige praktijk worde opgedragen, terwijl mede een verzoek is ingekomen van Dr. A. C. Hartevelt, om benoemd te worden tot stads genees- en heel kundige. De heer Kramer werd bij Raadsbesluit van 28 Juni 1894 benoemd tot stads genees- en heelkundige op eene jaarwedde van f 450, onder bepaling dat hem voorloopig alleen de geneeskundige praktijk wordt opgedragen en dat de jaarwedde op 800 wordt gebracht, zoodra hem mede de heelkundige praktijk wordt opgedragen bij eventueele vacature van de betrekking van stads-heelkundige. Wij achten het in alle opzichten billijk dat, ter vervulling van de vacature, die zal ontstaan ten gevolge van het door den stads-genees- en heelkundige C. Winkler Prins gevraagd ontslag de heer Kramer wordt aangewezen, op grond waarvan wij Uwe Vergadering in over weging geven: 1'. te besluiten dat de stads-genees- en heelkundige Dr. J. M. W. Kramer mede belast wordt met de heelkundige armenpraktijk en dat de jaarwedde wordt vastgesteld op f 800; 2'. over te gaan tot de benoeming van een stads-genees- en heel kundige voorloopig alleen belast met de geneeskundige armenpraktijk op eene jaarwedde van/ 450, onder bepaling dat de jaarwedde op f 800, wordt gebracht, zoodra hem mede, bij eventueele vacature van de be trekking van stads-heelkundige, de heelkundige praktijk wordt op gedragen. Door ons College wordt aanbevolen Dr. A. C. Hartevelt. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Aan HH. Burg. en Weth. der gemeente Leiden. Geeft met verschuldigden eerbied te kennen de ondergeteekende Dr. J. M. W. Kramer arts te Leiden, dat door het bedanken van den heer C. Winkler Prins, arts alhier de betrekking van stads-genees- en heelkundige vaceert, dat ondergeteekende benoemd tot stads-genees- en heelkundige op dit oogenblik alleen belast is met de geneeskundige praktijk, dat zijn benoeming vermeldt dat hem ook de heelkundige praktijk zal worden opgedragen zoodra daarvoor een vacature is, dat hjj daarom thans verzoekt hem in de plaats van den heer C. Winkler Prins te benoemen tot stads-genees- en heelkundige en zijn salaris thans gelijk in zijn vroegere benoeming is bepaald, te brengen op 800 'sjaars. 't Welk doende, Leiden, 305'95. Dr J. Kramer, Arts. Aan den Gemeenteraad van Leiden. Geeft met verschuldigden eerbied te kennen: de ondergeteekende, Med. Dr. en Arts, thans nog te Rotterdam gevestigd, maar weldra domicilie kiezende te Leiden, dat hij in aanmerking wenscht te komen voor de benoeming tot stads-genees- en heelkundige ter vervulling van de vacature ontstaan door het bedanken van den heer C. Winkler Prins, Arts. 't Welk doende, enz. Rotterdam, 17 Mei 4895. Dr. A. G. Hartevelt. N®. 164. Leiden, 47 Juni 4895. Ter vervulling der vacature die ontstaan is aan de school 3e klasse n®. 4, ten gevolge van de benoeming van F. A. Schilthuizen tot tweeden onderwijzer, hebben wij de eer Uwe Vergadering hierbij eene voordracht aan te bieden, opgemaakt in overleg met den Arrondisse- ments-Schoolopziener na ingewonnen bericht van het hoofd der school, ter benoeming van een derden onderwijzer aan de genoemde schooi, op eene aanvangsjaar wedde van f 500, als: 4". A. Meerburg, tijdelijk met de waarneming der betrekking belast. 2®. J. M. Koolhaas, en 3°. J. F. Rinkema, beiden werkzaam als kweekeling aan openbare scholen. Onder mededeeling dat de betrekkelijke stukken ter inzage in de Leeskamer zijn nedergclegd, verzoeken wij U tot eene benoeming over te gaan. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N®. 165. Leiden, 15 Juni 1895. Naar aanleiding van art. 3 van het reglement van beheer, hebben wij de eer U de volgende dubbeltallen voor te dragen van de leden van ons bestuur builen den Gemeenteraad, die den 4 en Juli a. s. moeten aftreden, zijnde de heeren Dr. D. De Loos, Dr. J. G. Van der Sluys en F. De Stoppelaar, welke weder op nieuw benoembaar zijn; 1#. Dr. De Loos en Dr. J. F. A. Meilink. 2'. Dr. J. G. Van der Sluys en Dr. C. L. Rümke. 3®. F. De Stoppelaar en C. Bonger. Aan den Gemeenteraad Bestuurderen der Stedelijke Werkinrichting, van Leiden. L. Driessen, Voorzitter. H. C. Juta, Secretaris. N*. 166. Leiden, 13 Juni 1895. Wij hebben de eer U mede te deelen dat aan de Kleine Haven- brug verschillende vernieuwingen aan de bewegende deelen dringend noodzakelijk zjjn, bestaande hoofdzakelijk in vernieuwing van tand raderen, een wormas, het opzuiveren der kwadranten, nieuwe metalen in de kussenblokken, het opzuiveren van verschillende gaten, het rechlmaken van een der opzetassen en opzuivering van halzen en kussenblokken. Zoomede zijn vernieuwingen noodzakelijk aan het windwerk der Marebrug, alsmede het maken van een voorhar aan de Watersteegs- brug. De kosten van een en ander worden begroot op f 655. Vermits het thans nog niel bekend is of deze uitgaven zullen kunnen worden bestreden uit de op den post onderhoud van bruggen der begrooting voor dit jaar uitgetrokken gelden, geven wij Uwe Ver gadering in overweging de vereischte machtiging in deze te verleenen, zullende, zoo noodig, te zijner tijd een voorstel tot verhooging van het betrekkelijk artikel der begrooting worden ingediend. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N®. 167. Leiden, 20 Juni 1895. Wjj hebben de eer Uwe Vergadering mede te deelen dat er bij ons Seene bedenking bestaat tegen de inwilliging van het verzoek van r. W. De Jong, om gecontinueerd te worden in de betrekking van Stads-Genees- en Heelkundige, zoodat w|j U in overweging geven hem wederom voor den tjjd van drie jaren als zoodanig te besten digen. Het betrekkeljjk adres wordt U hierbij overgelegd. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Aan HH. Burg. en Weth. der gemeente Leiden. De ondergeteekende geeft met verschuldigden eerbied te kennen, dat hij zijne betrekking van Stads-Genees- en Heelkundige wenscht te doen continueeren. Dr. W. De Jong. N*. 168. Leiden, 20 Juni 1895. Onder overlegging van bijgaande stukken, hebben wij de eer U mede te deelen dat er ook bij ons geene bedenkingen bestaan tegen de inwilliging van bet verzoek van J. Lokker, om ontslag uit de be trekking van derden onderwijzer aan de school der 3e klasse n®. 1. Wij geven U derhalve in overweging hem dat ontslag eervol te verleenen ingevolge zijn verzoek met ingang van 15 Augustus a. s. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Aan den Raad der gemeente Leiden. Geeft met verschuldigde achting te kennen, de ondergeteekende J. Lokker, te Zoeterwoude, dat hij wegens verandering van betrekking eervol ontslag verzoekt uit zijne betrekking van 3en onderwijzer aan de Openbare school der 3e kl. n®. 1 tegen den 45en Augustus 1895. Zoeterwoude, 10 Juni 1895. J. Lokker. Aan den Heer Burg. der gemeente Leiden. In antwoord op uwe apostille van den 12en dezer, waarb|j een verzoek van den 3en onderwijzer J. Lokker, om eervol ontslag uit zijne betrekking tegen 15 Aug. e. k. heb ik de eer U te berichten, dat bij mij geen bezwaar bestaat tegen eene gunstige beschikking op adressants verzoek. Het hoofd der openb. sch. 3e kl. n®. 1, Leiden, 13 Juni 1895. A. Van der Harst,

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1895 | | pagina 11