VRIJDAG 3 AUGUSTUS 1894. tevens den door demping verkregen grond in gebruik te mogen •ebben. 2°. Verzoek van J. Coster, om vergunning tot het leggen van eene stoep voor het perceel Morschstraat 60. 3 Verzoek van H. L. De Haas, om ontslag uit de betrekking van 2en onderwijzer aan de Jongensschool le klasse met ingang van 1 September a. s. 4°. Verzoek van den heer H C. Juta, om restitutie van betaald schoolgeld voor zijne dochter, die sedert de maand December des vorigen jaars de Hoogere Burgerschool voor Meisjes niet meer heeft bezocht, over de laatste twee kwartalen van den eursus 1893/94. Worden gesteld in handen van Burg. en Weth. 5*. Rekening, dienst 1893, van het Heilige Geest of Arme Wees en Einderhuis. 6*. Suppletoire slaat van begrooling en staten van af- en overschrij ving van het Roomsch Kath. Armbestuur en het Roorasch Kath. Wees- en Oudeliedenhuis, beide over den dienst 1893. Worden gesteld in handen van de Commissie van Financiën. 7°. Bezwaarschriften van verschillende personen tegen hunnen aan slag in de Plaats. Dir. Belasting, dienst 1894. Worden gesteld in handen van Burg. en Weth. 8". Adres van A. F. Hopman, houdende verzoek om niet over te gaan tot het rooien en verkoopen van den boom staande aan het Kort Rapenburg voor zjjne woning. Dit adres luidt aldus: Aan den Gemeenteraad der gemeente Leiden. Geeft met gepasten eerbied te kennen Antonius Franciscus Hopman wonende te Leiden; dat door hem in het Leidsch Dagblad is gelezen dat bij de Edel Achtb. HH. Burg. en Weth. het voornemen bestaat om aan Uwe be handeling te onderwerpen het voorstel tot het doen rooien van den boom op het Kort Rapenburg bij de Noordeindsbrug, als zoude deze voor den tram gevaar opleveren; dat hem als bewoner van het hoekhuis aan Brecstraat en Kort Rapenburg bij den (naar zijne meeuing) veertienjarigen dienst van den tram geene voorvallen zijn gebleken om dit gevaar te hebben leeren kennen, daarentegen wel, dat die boom eene beschutting op levert tegen groote ongelukken, waarvan de afgesleten schors van den boom een sprekend bewijs is en bovendien de van de Breestraat komende trams vóór de nadering aan den boom eenige meters afstands stilstaan, ten einde alvorens door te rijden zoo voor passagiers als voor rij- en voertuigen de noodige passage te verleenen; dat dus naar zijne meening geen buitengewoon gevaar en althans niet zoo groot als de EdelAchtb. HH. Burg. en Weth. zich voorstellen bestaatware dit anders, dan zou adressant een der eersten zijn tot medewerking, even als eenige maanden geleden bij het verleggen der bocht van de tramlijn aan den hoek, ten einde meerdere ruimte tusschen zijn hek en de tramlijn daar te stellen, door hem een ge deelte van de stoep van zijn huis is afgestaan en de ronde hoek in een leepen hoek is veranderd. Reden waarom hij verzoekt dat door den Raad tot het doen rooien van den boom niet zal worden besloten of ten minste een nader on derzoek moge worden ingesteld. 't Welk doende enz., Leiden, den 1 Augustus. A. F. Hopman. Te behandelen bij punt 17 der agenda. 9*. Verzoek van J. Kruyt, om eene loozing te maken van perceel Oude Singel 188 naar de gracht. Wordt gesteld in handen van Burg. en Weth. 10°. Verzoek van J. A. F. Degon omtrent den afstand in gebruik van grond der gedempte Koolgracht. Dit verzoek luidt aldus Aan het EdelAchtb. Bestuur en den Raad der gemeente Leiden. Ondergeteekende gelet op de publieke kennisgeving voorkomende in het Leidsch Dagblad van 1 Aug. wenscht eene onwillekeurige verkeerde voorstelling op zijn adres te rectifieeren. Het is adressant hoofdzakelijk te doen dat dit achtergedeelte van zijn fabriek vrij zal bljjven van de openbare straat, ter voorkoming van schade en overlast door het verbrijzelen van ruiten als anderzins Dat dit door eene beschouwing der teekening de aangegeven weg wijst. Dat de aangevoerde gronden daar tegen niet bestaan mits adressant de bestaande belten legen zijne gebouwen zou gebruiken en zelfs de verplichte onmiddelijke opzegging wil aanvaarden indien er iets legen de nieuwe gebouwen van adressant Van Rooijen zal gedeponeerd worden, dat aldus daar niets zal gebergd worden dan kolenasch en ander afval op dit gedeelte terrein opdat het gemakkelijk van uit de Oostdwarsgracht per schuit verwijderd kan worden. Dat dit eene veel nettere en behoorlijke toegangsweg zal wezen dan dat dit gedeelte een z. g. cul de sac vormt. Dat zelfs 't uitzicht op dat zwarte gedeelte achtergebouw, de straat niet zal sieren. Dat adressant Van Rooijen het in 't begin met mij geheel eens was en mij zelf verzocht een adres in dien geest op te stellen en dus alleen door anderen invloed van plan moet veranderd zijn. Mocht onverhoopt op mijn nader adres afwijzend worden beschikt zoo verzoek ik den vrocgeren toestand te herstellen en alsdan een hek of schutting te mogen plaatsen op dat gedeelte terrein grenzende langs de Koolgracht en de fabriek ter afscheiding met de openbare straat. Welk verzoek met den meesten eerbied en aandrang doende adressant teekent firma Alphonce Degon, Leiden, 1 Aug. 1894. J. A. F. Degon. Te behandelen bij punt 11 der agenda. 11°. De rekening van de ontvangsten en uitgaven der gemeente over 1893 met bijbehoorende stukken. Wordt gesteld in handen van de Commissie van Financiën. 12°. Eene dagvaarding ten verzoeke van J. P. Van der Wallen be- leekend aan den Burgemeester, om te verschijnen voor het Kanton gerecht op Woensdag 8 Augustus a. s., ten einde te worden veroor deeld tot schadevergoeding wegens belemmering van het venten van het blad »Üe Baanbreker." De Voorzitter. Zooals de heeren weten moet, indien de Raad besluit zich tegen de dagvaarding te verweren, daarop de goed keuring van Gedeputeerde Slaten worden gevrasgd, met overlegging van een rechtskundig advies. Ik deel hierbij mede dat Burg. en Weth. dadelijk hebben ingewonnen het rechtskundig advies van den heer Goudsmit, hetwelk voor de leden in de leeskamer is nedergelegd en waarbij zoo beslist mogelijk wordt aangeraden zich tegen de vordering te verweren. Aangezien de zaak spoed vereischt, stel ik voor om dit punt dadelijk aan de orde te stellen. Burg. en Weth. vragen machtiging aan den Raad om zich te verweren tegen deze vordering. Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming besloten de zaak in deze vergadering te behandelen en daarop mede zonder hoof delijke stemming of beraadslaging dat de gemeente zich in rechte zal verweren ter zake deze vordering tot schadevergoeding. Aan de orde is: I. Benoeming van een Regent van het H. G. of Arme Wees- en Kinderhuis. (Zie Ing. St. n°. 192.) De Voorzitter. Mag ik de heeren Kerstens, Van Hamel én Sicgen- beek van Hcukelom verzoeken om met mij het stembureau uit te maken? De uitslag der stemming is dat met 14 stemmen wordt benoemd de heer Abr. Corts, de heer H. W. Tieleman verkreeg 1 stem. II. Idem van eene derde onderwijzeres aan de school 3e klasse n*. 3. (Zie Ing. St. n®. 201.) Wordt met 14 stemmen benoemd Mej. D. L. Springer, 1 briefje was in blanco. III. Idem van een leeraar in de Fransche taal aan het Gymnasium. (Zie Ing. St. n®. 210.) Wordt met algemeene (15) stemmen benoemd de heer A. Packet. IV. Verzoek van P. Alma Lzn., om ontslag als plaatsvervangend lid der Commissie van aanslag voor de bedrijfsbelasting. (Zie Ing. St. n®. 212.) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming een eervol ontslag verleend. V. Benoeming van een plaatsvervangend lid dier Commissie. (Zie Ing. St. n°. 212.) Bij de eerste stemming worden uitgebracht op de heeren: Zaalberg 6, Tieleman 2 stemmen, Hassclbach, Van Hoeken en Siegcnbeek van Heukclom ieder 1 stem, terwijl 4 blanco briefjes werden ingeleverd. Niemand de volstrekte meerderheid verkregen hebbende, wordt tot eene tweede vrije stemming overgegaan. Hierbjj bekomen de heeren: Tieleman 6, Hasselbach 5 en Zaalberg 4 stemmen. Bjj de herstemming tusschen de heeren Tieleman en Hasselbach worden uitgebracht op de heeren: Hasselbach 8, Tieleman 5 stemmen. De heer Zaalberg verkreeg 1 stem en 1 briefje was in blanco. De heer J. J. Hasselbach alzoo verkozen zjjndc verklaart de benoeming aan te nemen. De Voorzitter. Ik dank de heeren stemopneniers voor hunne welwillende medewerking. VI. Verzoek van den Kerkeraad der Doopsgezinde gemeente omtrent het leggen van een riool in de Pieterskerkslraat. (Zie Ing. St. n°. 195.) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming gunstig op beschikt. MI. Staat van af- en overschrijving op de begrooting voor 1894 ad f 180. Herstellingen in de Bank van Leening. (Zie Ing. St. n°. 187 en 200.) Wordt zonder beraadslaging of hoofdeljjke stemming goedgekeurd. VIII. Verzoek van Mej. Otger, om een brug te leggen over de sloot langs den Hoogen Rijndijk. (Zie Ing. St. n®. 198.) IX. Idem van de Wed. J. W. F. Keiler—Recter, om vrijstelling van schoolgeld, Hoogere Burgerschool voor Meisjes. (Zie Ing. St. n®. 199.) Op deze verzoeken wordt achtereenvolgens zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming gunstig beschikt. X. Suppletoire staat van begrooting, dienst 1894, van het Gerefor meerd Minne- of Arme Oude Mannen- en Vrouwenhuis. (Zie Ing. St. n®. 203.) Wordt zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming goedgekeurd. XI. Verzoek van D. Smit c. s., de firma De Vries en Stevens, A.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1894 | | pagina 3