u Die voordracht opgemaakt in overleg met den Arrondissements- Schoolopziener na ingewonnen bericht van het hoofd der school is als volgt samengesteld: 1'. J. Van Aken, onderwijzer te Dordrecht; 2°. J. M. Laban, onderwijzer aan de openbare lagere school 3e klasse n°. 4; en 3*. J. Cbristiaanse, onderwijzer aan de openbare lagere school 4e klasse n°. 1. deze gemeente. Onder mcdcdeeling dat de betrekkelijke stukken ter inzage van de leden in de Leeskamer zijn nedergelegd, verzoeken wij U tot eene benoeming over te gaan. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N\ 151. LICHTSTERKTE. Resultaten der waarnemingen aan de Gasfabriek te Leiden ran 27 Mei2 Juni 1894. Aan den Achtbaren Raad der gemeente Leiden. Met verschuldigdcn eerbied geeft 0 te kennen de ondergeteekende, Johan Nierstrasz, predikant te Leiderdorp, dat hij den 17den Maart 11. zjjn dochter Hendrika van het Gymnasium heeft afgenomen, om redenen door hem medegedeeld aan den Rector, den WelEd. ZeerGel. heer Dr. Van der Mey. Beleefdelijk verzoekt mitsdien de ondergeteekende dat U goedgun- stiglijk naoogt willen besluiten hem vrijstelling te verleenen van het betalen van het schoolgeld over bet vierde kwartaal. Hoogachtend en heilwenschend, Leiderdorp, 6 Juni 1894. J. Nierstrasz. Leiden, 8 Juni 1894. N°. Datuin. Dur. Aantal. Gemiddelde Eng. Standkaarsfin. 1 Mei 27 8.9.30 7 16.8 2 28 8.9.30 8 16.4 3 29 8.9.45 8 16.6 4 30 8.9.45 7 16.6 5 31 8.9.45 8 16.4 6 Juni 1 8.9.30 7 16.6 7 2 8.9.45 8 16.4 297.08' 1524.55 N'. 152. Leiden, 7 Juni 1894. Onder overlegging van een staat van af- en overschrijving op de gemeentebegrooting voor den dienst van 1893, hebben wij de eer Uwe Vergadering mede te deelen dat de daarop voorkomende posten ver booging behoeven, opdat in de noodig gebleken uitgaven zal kunnen worden voorzien. Die posten zjjn de navolgende: Volgn. 74. Druk- en bindwerk De overschrijding is het gevolg van uitgaven voor extra drukwerk, o. a. de Verordening op de vee- en vleesch- keuring, de Verordeningen op het lager onderwijs, de rapporten In zake de Gehoorzaal, en voor bindwerk ten behoeve van het Oud-Archief. Volgn. 100. Onderhoud van huizen, torens, poorten en dergelijke Dit tekort vindt zijn oorzaak in de navolgende uit gaven, waarvoor in de begrooting geene gelden z|jn uit getrokken: herstelling van de trapleuningen in de Ge hoorzaal 280 (by Raadsbesluit van 10 Augustus 1893 werd ter zake een crediet van 350 toegestaan); voor ziening van de kap der Gehoorzaal 919.02' (tot welk bedrag in 1893 is beschikt over het bij Raadsbesluit van 26 October 1893 ter zake toegestaan crediet van 2500); vernieuwingen aan het bordes in de vestibule van de Kunslzaal 101.17', noodzakelijk geworden tengevolge van verlering door champignon; het aanbrengen vaneen jjzeren hek tot afscheiding van het Burg-terrein van de belendende perceelen aan den Ouden Rijn f 154.80) de kosten zijn van de eigenaren dier perceelen terugont vangen en komen voor onder Volgn. 42 der ontvangsten); eenige kleine uitgaven, o. a. besleigcring van de Gehoor zaal voor het onderzoek 51.01. Volgn. 114. Belooning en premiën aan de brandspuit- lieden en beambten Ter voldoening van de rekening der Leidsche Duin watermaatschappij wegens geleverd water bij het beproeven der brandkranen en bij brand. Volgn. 122. Kosten voortvloeiende uit het nemen van maatregelen ten behoeve van den openbaren gezondheids toestand1380.34 Hoofdzakelijk wegens geleverd duinwater in de poorten en stegen waar de leiding op kosten van de gemeente is aangelegd 1193.96). Verder voor eenige kleine uit gaven voor desinfectie, cholerahospitaal enz. Volg. 175. Uitgaven voortvloeiende uit het beheer der voormalige administratie van de Vereenigde Leprooshuizen Voornamelijk wegens kosten van vuur en licht eenige herstellingen aan de verhuurde buizen, waarvoor de raming te laag bleek te zijn. Het totaal der voorgestelde verhoogingen is 3558.84' welk bedrag kan worden gevonden uit het restant van het overschot op Volgn. 150 «Kosten van verpleging in het Ziekenhuis der Rijks universiteit ad 1080.54» en voor het overige ad 2478.30 door afschrijving van den post «Onderhoud van bruggen en overzetveren (Volgn. 92.) Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 154. Evenmin als bij het hoofd der school 3e klasse n*. 3, bestaat er bij ons bezwaar tegen de inwilliging van het verzoek van Mejuffr. M. L Haalebos, om ontslag uit hare betrekking van derde onder af' wijzces aan de genoemde school, zoodat wij U in overweging geven haar het gevraagd ontslag eervol te verleenen, ingevolge haar verzoek met >ngang van half Augustus e. k. De betrekkelijke stukken wordt U hierbij overgelegd. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Aan den Gemeenteraad van Leiden. Geeft met verschuldigden eerbied te kennen: Maria Jacoba Haalebos, onderwjjzeres aan de openbare school der 3e klasse n'. 3 alhier; dat zij uithoofde van haar aanstaand huwelijk het onderwijs gaat verlaten. Reden waarom zij U beleefd verzoekt haar tegen half Augustus e. k. uit hare betrekking eervol ontslag te verleenen. 't Welk doende enz., Leiden, 2 Juni 1894. M. J. Haalebos. Leiden, 7 Juni 1894. Ter voldoening aan Uwe apostille van 4 Juni jl. n°. 2347 heb lk de eer U mede te deelen, dat bij mij geen bezwaar beslaat tegen het verzoek van Mej. M J. Haalebos, om tegen half Augustus e. k. eervol ontslag uit hare betrekking te bekomen. Gaarne voeg ik hierbjj een woord van waardeering van de vele en goede diensten, door haar gedurende de 9 jaren, dat zij aan mijn school verbonden is geweest, aan het onderwijs bewezen. Aan den heer Burgemeester Het Hoofd van de Openb School van Leiden. der 3de klasse n*. 3. 271.50 Gast- en en 85.37 N°. 155. Leiden, 8 Juni 1894. Wij hebben de eer Uwe Vergadering hiernevens over te leggen de tweede ljjst van aangeslagenen in de Plaatselijke Directe Belasting over het jaar 1893, die in den loop van dat jaar de gemeente ver laten hebben of overleden zijn, met voorstel om aan de aangeslagenen afschrijving of restitutie te verleenen tot een bedrag als in kolom II van die lijst is aangegeven. Tevens wordt hierbij overgelegd eene lijst van nader te verhalen gebleven posten wegens Plaatselijke Directe Belasting over het jaar 1892, voor welke afschrijving kan worden verleend op grond van nader gebleken vertrek der belastingschuldigen in den loop van dat jaar. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N°. 156. Leiden, 8 Juni 1894. Ten aanzien van de bezwaarschriften tegen de suppletoire kohieren der Plaatselijke Directe Belasting over het jaar 1893, hebben wij de eer U voor te stellen te beschikken overeenkomstig ons in den hierbij gevoegden staat opgenomen advies en mitsdien af te wijten de reclames van: M. D. Molenaar (n°. 1), G. L. Van den Berg n'. 2), J. Den Broeder (n°. 3), J. Lemair (nu. 4), W. Snoeker (n°. 8), J. A. Beuze- maker (n'. 10), Wed. A. Casparie-Fricdboff (n*. 12), Wed. E. J. Van Reekers (n'. 13), G. Dekens (n°. 15) en G. Hoogstraten (n°. 16) en te verminderen den aanslag van D. Kloots (n'. 5) met f 1.69, Wed. G. A. Reimeringer (n*. 6) met ƒ28.12, Wed. A. Reiraeringer (n'. 7) met 2, T. P. Cornclissen (n'. 9) met f 4.50, L. Spaanderman (n*. 11) met f 2.88 en A. Reith (n\ 14) met ƒ2.62 te zamen tot een bedrag van 41.81. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. N*. 153. Leiden, 7 Juni 1894. Naar aanleiding van nevensgaand verzoek van J. Nierstrasz, hebben wij de eer U mede te deelen dat de dochter van adressant den 17 Maart jl. voor het laatst de lessen aan het Gymnasium heelt bijgewoond. Wij geven Uwe Vergadering mitsdien in overweging aan adressant vrijstelling of terugbetaling te verleenen van schoolgeld voor zijne dochter, vroeger leerlinge van het Gymnasium over het laatste kwar taal van den cursus 1893/94. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Lelden. N'. 157. Leiden, 8 Juni 1894. Naar aanleiding van nevensgaand verzoek van F. N. Knoch, hebben wij de eer U mede te deelen dat de zoon van adressant op 31 Meijl. de Hoogere Burgerschool voor Jongens heeft verlaten, op grond waarvan wij Uwe Vergadering in overweging geven aan adressant vrijstelling of terugbetaling van schoolgeld te verleenen voor zijn zoon, vroeger leerling der Hoogere Burgerschool voor Jongens, over het laatste kwartaal van den cursus 1893/94. Aan den Gemeenteraad. Burg. en Weth. van Leiden. Aan den Raad der gemeente Leiden. Geeft met verschuldigden eerbied te kennen F. N. Knoch, wonende alhier, dat zijn zoon Ernst Friedrich met ultimo Mei jl. heeft opgehouden als leerling der vierde klasse, de lessen aan de Hoogere Burgerschool voor Jongens alhier te volgen, daar hij zich voor eene praktische betrekking in Indië moet bekwamen, en dientengevolge over het laatste kwartaal van den cursus 1893/94 geen onderwjjs kan genieten aan genoemde inrichting. Redenen waarom adressant Uwe Vergadering beleefd verzoekt, hem vrijstelling, c. q. terugbetaling, te willen verleenen van het voor zijn zoon te betalen schoolgeld over het 4e kwartaal van den cursus 1893/94. 't Welk doende enz., Leiden, 6 Juni 1894. Knoch. Te Leiden ter Boekdrukkerij van Gebroeders Mubé r>* J. WlIÏSTER.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Handelingen van de Raad | 1894 | | pagina 2